Lezen 3.1 & 3.2 - Informatieve en instructieve teksten

Nederlands les 4.2
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Nederlands les 4.2

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen?
- Vrij lezen & maken dagopgaven Beter Spellen (15 minuten)

Lezen hoofdstuk 3
* Ophalen voorkennis via quiz
* Terugkoppeling lesdoelen les 1 (o.b.v. gemaakt werk)
* Uitleg instructieve teksten
* Zelf aan de slag met weektaken

Slide 2 - Diapositive

Terugblik/ herhalen


Wat weet je nog over soorten teksten en tekstdoelen?

Slide 3 - Diapositive

Welk signaalwoord hoort bij het tekstverband: VOORWAARDE?
A
mits
B
waardoor
C
omdat
D
alles bij elkaar

Slide 4 - Quiz

Welk signaalwoord hoort bij het tekstverband: OPSOMMING?
A
verder
B
alles bij elkaar
C
al met al
D
zoals

Slide 5 - Quiz

Welk signaalwoord hoort bij het tekstverband: SAMENVATTING?
A
hierdoor
B
concluderend
C
zoals
D
kortom

Slide 6 - Quiz

Welk signaalwoord hoort bij het tekstverband: CONCLUSIE
A
kortom
B
alles overziend
C
met dat doel
D
daarentegen

Slide 7 - Quiz

Welk signaalwoord hoort bij het tekstverband: vergelijking?
A
Net als
B
Dus
C
Kortom
D
Maar

Slide 8 - Quiz

Welk signaalwoord hoort bij het tekstverband: TOELICHTING?
A
zoals
B
samenvattend
C
met andere woorden
D
tenzij

Slide 9 - Quiz

Wat is het doel van:
een nieuwsbericht over het terugkeren van de prestatiebeurs?
A
Informeren
B
Instrueren
C
Overtuigen
D
Overhalen

Slide 10 - Quiz

Wat is het doel van:
een oproep om te demonstreren tegen de uitrol van 5G?
A
Informeren
B
Instrueren
C
Overtuigen
D
Overhalen

Slide 11 - Quiz

Wat is het doel van:
een brief aan de gemeente over de verkeersoverlast bij jou in de straat?
A
Informeren
B
Instrueren
C
Overtuigen
D
Overhalen

Slide 12 - Quiz

Wat is het doel van:
mail van je mentor hoe je teams moet installeren op je laptop?
A
Informeren
B
Instrueren
C
Overtuigen
D
Overhalen

Slide 13 - Quiz

Lesdoelen 
1. Je herkent informatieve teksten en weet waarover de schrijver je wilt informeren
2. Je hebt geoefend met het lezen en begrijpen van informatieve teksten.

Slide 14 - Diapositive

Informatieve teksten - tekstvormen

Slide 15 - Diapositive

§3.2 Instructieve teksten

Slide 16 - Diapositive

  • Een instructie vertelt je hoe je iets moet doen. 
  • De informatie wordt vaak stapsgewijs gegeven en de verschillende stappen staan in een dwingende, vaste volgorde: 
  • wat moet je eerst doen, wat daarna, enzovoort. 
  • Om die volgorde aan te geven, kunnen signaalwoorden worden gebruikt (zie vorige Lessonup)

Slide 17 - Diapositive

  • In instructieve teksten wordt de informatie stapsgewijs gegeven;
  • Dat wil zeggen in een volgorde;
  • Om die volgorde aan te geven kun je signaalwoorden gebruiken;
  • Haal eerst de ..., Maak daarna het, Vervolgens doe je ..., Haal tot slot ... 

Slide 18 - Diapositive

Bewaar nadat u de raclette-grill heeft gereinigd het toestel op een droge en koele plaats. Reinig de grillplaat en de raclette-pannetjes met een zachte spons in een warm sopje. Het apparaat maak je schoon met een vochtige doek. Voordat u met de reiniging begint, moet het apparaat voldoende afgekoeld zijn. Trek dus zeker eerst de stekker eruit.
Bekijk de tekst:
Duidelijke tekst?

Slide 19 - Diapositive

Wat voor soort tekst is dit?
A
Instructieve tekst
B
Informatieve tekst

Slide 20 - Quiz

Is de tekst duidelijk geschreven?
A
Ja
B
Nee

Slide 21 - Quiz

Opdracht :

Maak een duidelijke instructieve tekst van de tekst die je net gelezen hebt.

Hoe kun je dit het beste doen?
Gebruik Word of pen/papier

Slide 22 - Diapositive

Bewaar nadat u de raclette-grill heeft gereinigd het toestel op een droge en koele plaats. Reinig de grillplaat en de raclette-pannetjes met een zachte spons in een warm sopje. Het apparaat maak je schoon met een vochtige doek. Voordat u met de reiniging begint, moet het apparaat voldoende afgekoeld zijn. Trek dus zeker eerst de stekker eruit.
Bekijk de tekst:
Duidelijke tekst?

Slide 23 - Diapositive



  • Trek eerst de stekker uit het stopcontact.
  • Laat de raclette-grill daarna 30 minuten afkoelen.

  • Neem vervolgens de grillplaat van het apparaat.
  • Reinig daarna de grillplaat en de pannetjes met een zachte spons in een warm sopje.
  • Maak ten slotte het apparaat schoon met een vochtige doek.

  • Bewaar de raclette-grill na elk gebruik op een droge en koele plaats.

Maak gebruik van signaalwoorden!
Zo beter?

Slide 24 - Diapositive

De opdrachten:

  • Als je alles hebt begrepen ga je zelfstandig aan de slag met de opdrachten in NU Nederlands:

Onderdeel LEZ3 , paragraaf 3.1 
Opdracht 1 - 2 - 3 & examenopdracht

Onderdeel LEZ3 , paragraaf 3.2
Opdracht 1 - 2 - 3 & examenopdracht

Onderdeel LEZ3 , paragraaf 3.3
Theorie doorlezen en opdracht 1 

Slide 25 - Diapositive

Controle voor jezelf:

  • Je weet nu hoe je informatieve & instructieve teksten kunt herkennen

Slide 26 - Diapositive

Zelfstandig aan de slag!
Wat?

Vragen?
Stel ze aan docent

Tijd?
Restant van lesuur 

Klaar?
Maak  van hoofdstuk Lez 3.2  alle opdrachten. Wat niet af is, is huiswerk/weektaak.

Slide 27 - Diapositive

Check

Je kunt informatieve teksten herkennen en begrijpen

Je kunt instructieve teksten herkennen en begrijpen




Slide 28 - Diapositive

Informatieve tekst
Instructie
Infographic
handleiding
tekst en afbeeldingen zijn even belangrijk
uitleggen
objectieve informatie

Slide 29 - Question de remorquage

Volgende les
Lezen §3.3 Infographics


Slide 30 - Diapositive