Prinsjesdag

PRINSJESDAG
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo b, k, mavo, havoLeerjaar 3,4

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

PRINSJESDAG

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Prinsjesdag

Slide 2 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen deze les
1-Je kan de belangrijkste personen/rollen benoemen van Prinsjesdag.
2-Je kan de belangrijkste tradities benoemen van Prinsjesdag.
3-Je kan uitleggen wat de Rijksbegroting en Miljoenennota is.
4-Je kan uitleggen hoe jij het geld zou verdelen en waarom.


Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

bekijk de video

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Wanneer is het Prinsjesdag?
A
De eerste dinsdag van september.
B
De tweede dinsdag van september.
C
De derde dinsdag van september.
D
Dat is ieder jaar anders.

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Waarmee begint de troonrede ieder jaar?
A
Geachte aanwezigen ...
B
Yo beste matties ...
C
Hooggeëerd publiek ...
D
Leden van de Staten Generaal ...

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Wat wordt er op Prinsjesdag bekend gemaakt?
A
De nieuwe plannen voor het komende jaar.
B
Hoeveel geld de overheid het afgelopen jaar heeft uitgegeven.
C
Wie de mooiste hoed op heeft.
D
Welke belangrijke mensen er in de Ridderzaal zitten.

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Wat staat er in de miljoenennota?
A
Hoeveel geld er dit jaar binnenkomt en hoeveel geld er wordt uitgegeven: de begroting.
B
Waaraan het geld wordt uitgegeven: een toelichting op de begroting.
C
Antwoord A en B zijn allebei goed.
D
Antwoord A en B zijn allebei niet goed.

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Hoe ziet het Binnenhof eruit?
A
B
C
D

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Waar leest de koning de troonrede voor?
A
In de Ridderzaal.
B
In de Koningszaal.
C
In Paleis Noordeinde.
D
Op het balkon.

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Wat is waar?
Er zijn meerdere antwoorden goed.
A
De Ridderzaal is een zaal op het Binnenhof.
B
Koningin Maxima leest de troonrede voor.
C
De koning brengt het koffertje naar de Tweede Kamer.
D
Prinsjesdag is op de derde dinsdag van September.

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Het Binnenhof wordt verbouwd. Waar wordt de troonrede dit jaar voorgelezen?
A
Koninklijke schouwburg Den Haag
B
Koninklijk theater Carré Amsterdam
C
Paleis op de Dam Amsterdam
D
Tijdelijke 2e Kamergebouw Den Haag

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Sinds wanneer bestaat Prinsjesdag?
A
1814
B
1648
C
1945
D
1900

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Belangrijkste personen Prinsjesdag
Minister-President
Koning
Minister van Financien
Tweede Kamerleden
Ministers

Wat zijn hun rollen? 

Slide 15 - Diapositive

https://www.parlement.com/id/vh8lnhrogvuq/prinsjesdag

koning op die dag in de Glazen Koets naar het Binnenhof en leest in de Ridderzaal de troonrede voor.

Later op de dag gaat de minister van Financiën naar de Tweede Kamer. Daar overhandigt hij aan de voorzitter van de Tweede Kamer de Miljoenennota en de Rijksbegroting voor het volgend jaar. Daarin staat hoe de regering aan het geld denkt te komen om de voorgenomen plannen uit te voeren en hoeveel geld voor elk plan beschikbaar is.

De Tweede Kamer bespreekt in de algemene politieke beschouwingen de plannen. De premier verdedigt die dan.

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Tradities
Welke tradities zijn er op Prinsjesdag?

Wat vind je van deze tradities?

Rijksbegroting

-Inkomsten en uitgaven per ministerie.
-Wordt door elke minister stukje geschreven en samengevoegd.


Miljoenennota

-Inkomsten en uitgaven voor heel Nederland.
-Plannen van het kabinet voor komende jaar.
-Hoe staat Nederland ervoor?
-Wordt samengesteld onder verantwoordelijkheid van de minister van Financien.

Slide 18 - Diapositive

De Rijksbegroting bestaat uit de begrotingsvoorstellen van alle ministeries. In de Rijksbegroting staat hoeveel geld elk ministerie krijgt en welke uitgaven zij het komende jaar verwachten.

In de Miljoenennota staan de verwachte ontwikkelingen, belangrijkste plannen en keuzes van het kabinet voor het komende jaar. De Miljoenennota beschrijft wat die plannen kosten en geeft de financiële- en economische situatie van Nederland weer. 
Wat zijn de algemene beschouwingen?
A
bespreken de fractieleiders van de politieke partijen in de Kamer de hoofdlijnen van de miljoenennota en de rijksbegroting.
B
Afspraken over wat elke minister afzonderlijk aan geld mag besteden in zijn werkgebied.
C
Met elkaar bespreken welke partij het meest te zeggen krijgt in het komende jaar.

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 20 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 21 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Verdeel het zelf.
Je moet 50 miljoen verdelen onder de volgende onderwerpen:
-zorg
-onderwijs
-milieu
-defensie
-minimumlonen
-innovatie en ontwikkeling

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

1

Slide 24 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

00:00
In de politiek mag stevige taal gebruikt worden!
😒🙁😐🙂😃

Slide 25 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen gehaald?

1-Je kan de belangrijkste personen/rollen benoemen van Prinsjesdag.
2-Je kan de belangrijkste tradities benoemen van Prinsjesdag.
3-Je kan uitleggen wat de Rijksbegroting en Miljoenennota is.
4-Je kan uitleggen hoe jij het geld zou verdelen en waarom.

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions