Examentraining VWO 25 april 2024

1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Het CE Engels VWO
- tekstboekje (11 teksten)
- vragenboekje (40 vragen, waarvan 30 multiple choice)
- antwoordblad

Hulpmiddelen: woordenboek E-N (evt ook N-N)
Schrijf met PEN!! 

Slide 2 - Diapositive

Het recept
- Ken de signaalwoorden

-Ken je woordjes

- Ken de vraagsoorten

- Oefenen, oefenen, oefenen

Slide 3 - Diapositive

Signaalwoorden
Zorg dat je:

A) Signaalwoorden herkent > Markeer ze in de tekst. Bij signaalwoorden vind je antwoorden !!!

B) Weet welk verband ze aangeven > Tegenstelling, opsomming, etc.

C) Hoe je ze in een zin gebruikt

DUS > LEER DE SIGNAALWOORDEN!!!!!

Slide 4 - Diapositive

Welk signaalwoord/functiewoord hoort bij welk tekstverband? Sleep de goede antwoorden naar elkaar toe.
As well as
In short
Provided that
Whereas
For instance
Uitbreiding/Opsomming
Gevolg/Conclusie
Voorwaarde
Tegenstelling
Voorbeelden

Slide 5 - Question de remorquage

He should not be doing this job, ... he was not trained for it.
A
despite
B
however
C
since
D
such as

Slide 6 - Quiz

Which linking word is the odd one out?
A
as well as
B
furthermore
C
also
D
for example

Slide 7 - Quiz

Which linking word is the odd one out?
A
as a result
B
consequently
C
besides
D
therefore

Slide 8 - Quiz

Fill in the correct linking word:
We don't take global warming seriously enough ________ rising ocean levels and floods.

A
though
B
as a result of
C
because of
D
in spite of

Slide 9 - Quiz

Vraagsoorten
- Meerkeuzevraag
- Open vraag
- Gatenvraag
- Beweringenvraag

Slide 10 - Diapositive

Meerkeuzevraag: Stappenplan
Lees de vraag, niet de antwoorden! Staat er nuttige informatie in de vraag?

In het voorbeeld hiernaast zie je dat je moet kijken in alinea's 1 en 2.

Verder staat er het woord relate in de vraag. We moeten dus op zoek naar een signaalwoord en uitzoeken om welk tekstverband het gaat.

Slide 11 - Diapositive

Meerkeuzevraag (vervolgd)
1. Lees de relevante tekst, en niets meer!
2. Streep alle signaalwoorden en : en ; aan
3. Lees dan pas de antwoorden.
4. Haal de duidelijk foute antwoorden er tussenuit.
5. Past het antwoord in het onderwerp van de tekst? (Je hebt vooraf gescand).
6 Kies je antwoord

Slide 12 - Diapositive

Which of the following is in line with the main idea of paragraph 4?
A
A country’s economy is dependent on its culture.
B
Cultural diversity should preferably be preserved.
C
Local cultures are readily sacrificed in the quest for profit.
D
The significance of cultural differences is underestimated.

Slide 13 - Quiz

Uitleg
De vraag is wat de kern van deze alinea is.

- Signaalwoorden zijn yet (r. 1) en but (r.3) Die markeer je.

- Bij antwoord A stond iets over a country's economy. Dit staat niet echt in de paragraaf.

- Bij C staat iets over dat Profits belangrijker zijn dan Cultures. Dat staat ook niet in de tekst.

- Blijven B en D over.

- B is positief,  D is negatief. De zin achter het signaalwoord 
Yet is negatief, en de zin na But is dat ook.  D is dus het juiste antwoord.

Slide 14 - Diapositive

Beweringenvragen
Hoe herken ik de vraag? -> Meerdere stellingen, genummerd 1,2 etc.

Slide 15 - Diapositive

Stappenplan
Allereerst markeren we het stuk tekst waar we moeten zoeken.

Dan strepen we de zoektermen aan waar we mee gaan werken. Denk hierbij aan:
- Namen, plaatsen
- Alles wat je in een cijfer kunt uitdrukken (de meerderheid), en tijdsaanduidingen (vandaag de dag)
- Internationale woorden (discriminatie, autoriteit)

Bij stelling 1 zouden we bijvoorbeeld 'te warm' (meetbare temperatuur) en 'tegenwordig' (tijdsaanduiding) kunnen markeren.

Zoek naar signaalwoorden. Daar staat het antwoord in de buurt!

Slide 16 - Diapositive

De Afrikaanse kuststreek is tegenwoordig te warm voor pinguïns.

FYI: De tekst gaat algemeen over pinguïns in Afrika
A
Juist
B
Onjuist

Slide 17 - Quiz

Uitleg
De stelling was: De Afrikaanse kuststreek is tegenwoordig te warm voor pinguïns. 

Een van de  zoektermen was warm. In dit hele stuk tekst wordt op geen enkele manier gesproken over temperatuur, dus de stelling is onjuist.

Slide 18 - Diapositive

Open vragen
Bij een open vraag is het belangrijk dat je de tijd neemt om de vraag goed te lezen.

De vraag zegt namelijk vaak al waar je moet zoeken en waar je op moet letten. 

Daarnaast staat er ook hoe je het antwoord moet opschrijven, bijvoorbeeld door te citeren, of met een of twee woorden, of in Nederlands. 

Slide 19 - Diapositive

Wat is volgens alinea 1 de belangrijkste oorzaak voor het krimpen van de
aantallen rode eekhoorns?
Geef antwoord in het Nederlands.

Slide 20 - Question ouverte

Uitleg
De vraag was: Wat is volgens alinea 1 de belangrijkste oorzaak voor het krimpen van de
aantallen rode eekhoorns?
Geef antwoord in het Nederlands. 

- Signaalwoorden in de tekst: yet (r.2)

- Als we de zin die begint met yet  gaan lezen zien we het woord predominantly, wat 'belangrijkste' betekent.

- De zin in zijn geheel laat zien dat er een virulent virus is dat zorgt voor het verdrijven van rode eekhoorns. 

- Alle elementen van de vraag komen in deze zin terug. De oorzaak is dus een virus/besmettelijke ziekte.

Slide 21 - Diapositive

Stappenplan: Gap-vraag met signaalwoorden
- Lees de zin voor de gap (eventueel iets meer dan 1 zin). Lees ook de zin na de gap.

- Probeer te zien welk tekstverband er tussen deze twee zinnen zit. 

- Zoek daar je antwoord op uit.

- Moeilijk? Vertaal dan de zinnen en kijk of een van de antwoordopties logisch klinkt.

Slide 22 - Diapositive

Which of the following fits the gap in paragraph 2?
A
Obviously
B
In other words
C
Consequently
D
Yet

Slide 23 - Quiz

Uitleg
Antwoorden A Obviously
                           B In other words
                           C Consequently
                           D Yet

- De zin voor de gap bespreekt iemand die vindt dat mannen         meer moeten blijven verdienen. 
- De zin na de gap bespreekt dat het eind van de man(nelijke heerschappij) nabij is.
- Hier spreekt een tegenstelling uit.

Omdat ik mijn signaalwoorden heb geleerd weet ik dat het antwoord D is.

Slide 24 - Diapositive

Echte gatenvragen (géén signaalwoorden)
- Lees de zin voor de gap (eventueel iets meer dan 1 zin). Lees ook de zin na       de gap.
- Kijk of in die zinnen signaalwoorden staan, liefst in de buurt van de gap.
- Nog niet genoeg? Kijk of je een tegenstelling van een positieve zin en een       negatieve zin kunt vinden.
- Nog niet genoeg? Kijk of er een tegenstelling in de antwoorden te vinden         is,  bv. tussen A en B > dan is het meestal één van die 2 antwoorden
- Nog niet genoeg? Kies het antwoord dat het dichtst bij het onderwerp van       de tekst ligt.

Slide 25 - Diapositive

Voorbeeld
Antwoorden: A annoying
B British
C funny
D international 
- In de zin voor de gap zie ik eerst een dubbele punt. Dat geeft  hier een voorbeeld aan. Dan volgt een opsomming met het woordje and vlak voor de gap. We zoeken dus een woord dat in dat rijtje past. 
- Achter de gap staat weer een dubbele punt.  Na een opsomming levert dit meestal een conclusie op. Die conclusie is dat Mr. Bean steeds meer een symbool van Groot-Britannië wordt. Met die kennis blijkt de opsomming misschien wel een verzameling karaktertrekken van de Britten.  Dat Britse moet echter wel nog echt benoemd worden.
Dus is het antwoord B

 

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Diapositive

Slide 33 - Diapositive

Slide 34 - Diapositive