Wanneer deel en alfabetische volgorde

• Begrijpend lezen
• Basisschool
• Groep 4

Na deze les kan ik...

1. Wanneer vragen beantwoorden

2. Woorden op alfabetische volgorde zetten

Ik ben gisteren naar de dierentuin geweest

1. Ik maak een vraag van deze zin.

2. Wanneer ben ik naar de dierentuin geweest?

Vorige week hadden wij vakantie

1. Ik maak een vraag van deze zin.

2. Wanneer hadden wij vakantie?

Juf Monica ging woensdag boodschappen doen.

Wanneer ging juf Monica boodschappen doen?

Skittles at gisteren haar brokjes.
Wanneer at Skittles haar brokjes?

Goed gedaan!!!

            Dat was ons eerste doel.

                                         Ik kan wanneer vragen beantwoorden

 

                              Nu verder met ons tweede doel!!!

                                                Woorden op alfabetische volgorde zetten

Alfabetische volgorde

Hetzelfde als in het alfabet

Kennen jullie het alfabet wel?

Citroen, Appel en Druiven

1. Ik zeg het alfabet in mijn hoofd op

2. Ik luister goed naar de volgorde van de letters

3. Ik kijk bij iedere letter of een woord met die letter begint.

a van appel

b 

c van citroen

d van druiven

afwassen, appel en alfabet

1. Dan kijk ik naar de tweede letter van het woord.

2. Ik zeg het alfabet op in mijn hoofd. 

3. Ik kijk bij ieder woord of de letter in het woord zit.

afwassen

alfabet

appel 

Zet op alfabetische volgorde:
kat, hond, krokodil, schildpad

Zet op alfabetische volgorde
zwemmen, voetbal, honkbal, turnen

Nu kan ik...

1. Wanneer vragen beantwoorden

2. Woorden op alfabetische volgorde zetten