week 2 leerjaar 3

• retail en logistiek
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 3

les 1

leerdoelen

• je weet wat een supermarkt manager doet
• je kan 3 doelgroepen van een supermarkt benoemen
• 
  

ondernemer

eigen baas

eigen zaak (winkel)

online of in een pand/huis

interieurspecialist

inrichten van een ruimte

nieuwe meubels, 

nieuwe indeling,

administratief medewerker

• telefoongesprekken voeren
• afspraken maken
• offertes aanvragen(nieuw werk)
• rekeningen betalen
• 
  

mode-ontwerper

eigen bedrijf 

modebedrijf

logistiek medewerker

in een magazijn bij:

• groothandel
• fabriek
• 
  

touroperator, reisbureau

• reisbureau
• vanuit huis
• bij reisorganisatie (tui)

verkoopmedewerker

waar?

• winkel
• webshop (online)
• groothandel ( winkel voor bedrijven)

receptionist, secetarieel medewerker

• kantoor
• recreatiepark
• hotel
• makelaar

taken 

• klant welkom heten (hallo zeggen)
• uitzoeken wat de klant wil
• juiste maat pakken
• spullen mooi presenteren
• advies geven 

Wat als je.......

een supermarkt manager ben? 

Tevreden klanten, leuke werknemers, een een goede presentatie van de winkel

stel je eens voor, jij wordt gevraagd om de nieuwe managerte worden van de nieuwe supermarkt. 

Als manager zorg je voor tevreden klanten, betrokken medewerkers en een optimale winkelpresentatie. Een hele uitdaging!

Voordat je de beslissing neemt of jij het nieuwe gezicht van de supermarkt wordt, ga je je eerst verdiepen in wat allemaal jou taken worden. 

waar denk je aan bij een supermarkt manager?

Welke 5 positieve kenmerken zie of hoor je?

• er is een prettige sfeer
• er is veel mogelijk voor de werknemers
• elke dag is anders (nieuw uitdaging)
• talent kan doorstromen 
• opleidingen om te volgen

rollenspellen

doelgroep & verkoop trucs

manager wil verkopen aan zijn klant

klant= doelgroep

Ouderen, alleenstaande, volwassenen met/zonder kids

jongeren, scholieren.

Hoe zou jij hier rekening mee houden?

Stel dat er in de omgeving van de supermarkt veel mensen wonen die uit een ander land komen. 

Wat kan je doen, zodat ze in jou winkel gaan shoppen? 

Wat kan je doen, zodat ze in jou winkel gaan shoppen?

Verkoopdruk

Een truc om je te verleiden iets toch te kopen. 

Je gaat met meer producten naar huis dan je vooraf wilde. 

Koopmotief

De reden waarom de klant iets koopt. 

Je hebt honger, dus je neemt een afgebakken kaasbroodje mee. 

stelling 1

Boodschappen doen met een volle maag, kan er voor zorgen dat je minder boodschappen koopt

stelling 2

Kleine hapjes en proeverijen zorgen ervoor dat de klant met een volle buik de supermarkt verlaat en minder koopt.

stelling 3

Het tempo van muziek in de winkel is te traag. Dit zorgt dat de klant langzamer loopt. 

stelling 4

De geur van vers brood zorgt voor honger. Je koopt dan meer. 

stelling 5

Diepvries ligt altijd aan het einde, 

je hoeft niet te haasten als je ijsjes smelten. 

stelling 6

Goedkoopste producten staan op ooghoogte. 

stelling 7

reclame ongezonde (lekkere) producten zorgen dat de klant boodschappen gaat doen. 

Nabespreken

kijk terug op de les. Hoe is het gegaan, wat ging super? 

zijn er ook dingen die je anders zou doen?

antwoord dit op de volgende slides

Wat ga je de volgende keer anders doen?

wat heb je geleerd deze les. Noem minimaal 1 ding

Super, je bent bij het einde, tot volgende week!