Maandag 25 sept 1HV1 week 39 2023

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

1HV1  mardi 26/9 12.20-12.55- 134 - 27ll

Plattegrond 1HV1 - 28ll

Leerdoelen - Objectifs

Ik weet wanneer de toets over hoofdstuk 1 is = donderdag 12/10

Ik kan mijzelf voorstellen - Phrases-clés C

Ik begrijp een tekst over familie:  F Lire

Ik ken kan een oefening goed maken over Chapitre 1

Ik ken het persoonlijk voornaamwoord en het ww avoir Gr H

Ik heb mijn huiswerk af: Slimstampen voca E en F en Gr D

Je m'appelle Nicolas ..

Réponds

Bonjour, comment ça va?  Salut ........

Comment tu t'appelles? Je ......

Quelle âge as-tu? J'ai

Où est-ce que tu habites? J'.............

..

Faire F Lire p 42

F lire: exercices 23ab, 24abc, 25a, 26ab p 42

10 minutes 

Klaar? -> leer je woordjes met SlimStampen of WRTS

Niet op tijd af? Ga thuis verder

                          

Faire un exercice - Oefening

Fais l'exercice en 10 minutes

Controleer en corrigeer je antwoorden met het correctieblad

Eerder klaar? ga door met

F lire: exercices 23ab, 24abc, 25a, 26ab p 42

Niet op tijd klaar? Maak thuis af en controleer je antwoorden

Ik controleer Slimstampen Voca E en F en Gr. D

                          

Pers. voornmwrd & avoir

Uitleg exercices - pak je boek op p. 48

maak:

H Grammaire ex. 30abcd, 31abcde, 32, 33a

Luister naar de video's

Fin du cours

Huiswerk voor dodnerdag 26

SlimStampen Phrases-clés G 

H Grammaire ex. 30abcd, 31abcde, 32, 33a

Weektaak week 39

F Lire exercices 23, 24, 25, 26

G Phrases-clés: 27abcde, 28, 29abc

H Grammaire et écrire: 30acd, 31abcde, 32, 33a - 

Devoirs lundi 25 - Plenda

SlimStampen en leren vocabulaire E en F   F-N en N-F

SlimStampen Grammaire D

Weektaak week 39

F Lire exercices 23, 24, 25, 26

G Phrases-clés:  27abcde, 28, 29abc

H Grammaire et écrire: 30acd, 31abcde, 32, 33a

Slimstampen Grammaire H

Maandag 25 sept 1HV1 week 39 2023

Je connais le verbe avoir = hebben

J'                 ai            ik heb

Tu               as            jij hebt  

Il/elle/on  a              hij/zij heeft

Nous         avons     wij hebben

Vous          avez        jullie hebben

Ils                 ont          zij hebben