1672 en absolutisme

1672 en absolutisme
1 / 43
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 43 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

1672 en absolutisme

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan wij doen?
Begrippen tekenen
Instructie en kennis testen
Afsluiting

Slide 2 - Diapositive

Absolutisme 
en het 
rampjaar

Slide 3 - Diapositive

Lodewijk XIV

Slide 4 - Diapositive

Toenemende macht vorsten
  • In vroege middeleeuwen door leenstelsel veel macht bij adel
  • Door opkomst steden kunnen vorsten belasting heffen
  • Met dat belastinggeld kunnen ze ambtenaren en soldaten in   dienst nemen
  • Vorsten voeren een centraal bestuur in waardoor hun macht nog groter wordt

Slide 5 - Diapositive

Met een grondwet

Slide 6 - Diapositive

0

Slide 7 - Vidéo

Lodewijk XIV
Lodewijk is een absolute vorst.

Zijn macht komt van God, hij heeft 'het goddelijk recht om te regeren'
(Droit Divin)

Slide 8 - Diapositive

Lodewijk XIV
Alle macht ==> Absolutisme
1. Edelen bij hem
2. Economische groei (Mercantilisme)
3. Macht van God
4. Eigen leger



Slide 9 - Diapositive

De staat dat ben ik!
Het droit divin
Het goddelijk recht

Slide 10 - Diapositive

Centralisatie in beeld

Slide 11 - Diapositive

Lodewijk XIV
Lodewijk wil Frankrijk groter maken en wil zijn rijk beschermen door natuurlijke grenzen
op te zoeken.

Hij voert daarom veel oorlogen met zijn buurlanden.

Slide 12 - Diapositive

Ondertussen in de Republiek...
Johan de Witt is raadspensionaris van Holland.

De strijd tussen de stadhouder en de raadspensionaris leek even gewonnen door de raadspensionaris...

Slide 13 - Diapositive

Stadhouder Willem II
  • 1648: Vrede van Münster
  • Stadhouder boos
  • Regenten toch de baas?
Willem II gaat dood --> geen nieuwe stadhouder benoemt

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

1672

Slide 16 - Diapositive

Rampjaar 1672
De Republiek werd door verschillende landen aangevallen.

Frankrijk, Engeland, Keulen en Münster.

Slide 17 - Diapositive

Rampjaar 1672
Willem III pleegt, tijdens het rampjaar, een staatsgreep.

Slide 18 - Diapositive

Rampjaar 1672
Johan de Witt (en zijn broer Cornelis) worden door een grote menigte in Den Haag vermoord.

Slide 19 - Diapositive

Stadhouder
Raadspensionaris

Slide 20 - Diapositive





Frankrijk

Slide 21 - Diapositive

1672

Slide 22 - Diapositive

Duitse Bisdommen
  • Bisdom = Gebied onder leiding van een bisschop
  • Zij willen gewoon meer gebied
1672

Slide 23 - Diapositive

Stadhouder
Willem III
      Raadspensionaris
     Johan de Witt

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Frankrijk
Absoluut
De Republiek
Een oligarchie, rijke burgers en adel aan de macht
Heilige Roomse Rijk
Bestaande uit vele kleine staatjes - ieder met een eigen vorst, meer of minder absoluut

Slide 26 - Diapositive

(Niet allemaal horen ze ergens bij)
Stadhouder
Raadspensionaris
Baas leger
Baas vloot
geeft raad aan SG
overlegt met andere landen
Baas land

Slide 27 - Question de remorquage

Wie wil wat?
Raadspensionaris
Johan de Wit
Stadhouder
Willem II
Oorlog voeren
Leger uitbreiden
Vrede
Gewesten samenwerken
prinsgezind
Staatsgezind

Slide 28 - Question de remorquage

Wat mochten de Staten Generaal niet?
A
Handelsverdragen met andere landen sluiten.
B
Een wet maken over tolheffing in heel de Republiek.
C
Stadhouders bevel geven vredes-onderhandelingen te beginnen.
D
De oorlog verklaren aan Engeland.

Slide 29 - Quiz

De Moedernegotie was
A
De handel met Scandinavië.
B
De handel in slaven met Zuid Amerika
C
De handel in graan met het Middellandse Zeegebied
D
De handel in graan met het oostzeegebied

Slide 30 - Quiz

Door de inname van welke stad door de Spanjaarden
vluchtten veel mensen richting het noorden?
A
Gent
B
Brugge
C
Brussel
D
Antwerpen

Slide 31 - Quiz

Waarom was de naam de VERENIGDE oost-Indische Compagnie
A
Het waren verenigingen van steden die samen specerijen in gingen kopen
B
Het waren handelsgilden die gingen samenwerken in één vereniging
C
Het waren een aantal handelsmaatschappijen die handelden op Indië samen gingen.
D
Het was een handelsmaatschappij van de VERENIGDE Nederlanden

Slide 32 - Quiz

De wetenschappelijke revolutie was in de :
A
15e eeuw
B
16e eeuw
C
17e eeuw
D
18e eeuw

Slide 33 - Quiz

Wat ontdekte Galileo Galilei
A
Dat de aarde rond was
B
Dat de aarde om de zon draait
C
Dat de zon om de aarde draait
D
Dat er sterren in het heelal waren

Slide 34 - Quiz

Wie ontdekte kleine microscopische wezentjes?
A
Galileo Galilei
B
Isaac Newton
C
Christiaan Huygens
D
Antonie van Leeuwenhoek

Slide 35 - Quiz

De Nederlander Christiaan Huygens
A
Maakte de telescoop nog beter!
B
Ontdekte Saturnus en Mars
C
Ontdekte de ringen om Saturnus
D
Ontdekte buitenaards leven

Slide 36 - Quiz

Niet alle vorsten lukte het even goed om de absolute macht te verkrijgen.

Wat was een reden voor het niet verkrijgen of niet goed kunnen uitvoeren van alle absolute macht?
A
Ziek en zwak zijn
B
Een vrouw zijn
C
Een groot land met veel inwoners hebben
D
Een parlement in het land hebben

Slide 37 - Quiz

Wat is een goed voorbeeld van een politieke maatregel die Lodewijk XIV invoerde om absolute macht te krijgen?
A
Het invoeren van mercantilisme
B
Opbouw van een permanent leger
C
De koning neemt alle besluiten
D
Iedereen moet katholiek zijn

Slide 38 - Quiz

Wat is een goed voorbeeld van een economische maatregel die Lodewijk XIV invoerde om absolute macht te krijgen?
A
Het invoeren van mercantilisme
B
Opbouw van een permanent leger
C
De koning neemt alle beslissingen
D
Iedereen moet katholiek zijn

Slide 39 - Quiz

Op welke manier zorgde Lodewijk XIV ervoor dat de Franse bevolking zijn absolute macht accepteerde?
A
Door verzet met geweld neer te slaan
B
Door te zeggen dat hij zijn macht van God had gekregen
C
Door het protestantisme te verbieden
D
Door oorlog te voeren tegen de Republiek

Slide 40 - Quiz

Wat is mercantilisme?
A
Het goddelijk recht van koningen om alle macht te hebben
B
Dat de koning boven de wet staat
C
Een militair bondgenootschap tussen Frankrijk en Engeland
D
Het beleid om de eigen handel te stimuleren en belasting te hebben op import

Slide 41 - Quiz

Lodewijk XIV noemde zichzelf de zonnekoning. Wat bedoelde hij daarmee?
A
Dat alles om hem draaide, net zoals de planeten om de zon draaien
B
Dat alles om Frankrijk draait, net zoals de planeten om de zon draaien
C
Hij zag zag zichzelf als een soort nieuwe farao

Slide 42 - Quiz

Kijken 

Slide 43 - Diapositive