Cette leçon contient 42 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 5 vidéos.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Vidéo
Slide 2 - Diapositive
'Paragraaf 7.4 Verteren'
Voeding en vertering
Slide 3 - Diapositive
Deze les
-Terugblik 7.3
-Lezen paragraaf 7.4
-Uitleg (deel 1)
-Opdrachten maken
(-Lesstof check)
Slide 4 - Diapositive
Terugblik...
Slide 5 - Diapositive
In de spieren is een voorraad brandstof opgeslagen, die bij inspanning kan worden gebruikt.
In welke vorm is brandstof in spieren opgeslagen?
A
in de vorm van glucose
B
in de vorm van glycogeen
C
in de vorm van glucagon
D
in de vorm van insuline
Slide 6 - Quiz
Een vegetariër eet geen vlees. Welke voedingsstof zal een vegetariër via andere voedingsmiddelen moeten binnenkrijgen om voldoende bouwstoffen voor zijn spieren binnen te krijgen?
A
Koolhydraten
B
Vetten
C
Eiwitten
D
Mineralen
Slide 7 - Quiz
Welke van onderstaande voedingsstoffen kunnen direct in het bloed worden opgenomen zonder eerst verteerd te worden?
A
Eiwitten
B
Glucose
C
Vetten
D
Zetmeel
Slide 8 - Quiz
Voedings
stoffen
Eiwitten
Koolhydraten
Vetten
Water
Mineralen
Vitaminen
Slide 9 - Diapositive
Functie: Brandstof en soms bouwstof
suikers: glucose, zetmeel
Brood - pasta - banaan - rijst
Slide 10 - Diapositive
Vitaminen
Functie: Bouwstof of beschermende stof
Geen vitaminetabletten
Vit A - goede huid en oog
Vit D - stevige botten
Slide 11 - Diapositive
Water
Functie: Bouwstof
Je lichaam bestaat uit 60% water
Dranken - fruit - groente
Slide 12 - Diapositive
Vetten
Functie: Brandstof, bouwstof of reservestof
Vette vis - avocado - noten - boter - olie - chips
Slide 13 - Diapositive
Mineralen
Functie: Bouwstof
Worden ook wel zouten genoemd
Calcium, natrium, magnesium, ijzer
Slide 14 - Diapositive
Eiwitten
Functie: Bouwstof
Opbouw van spieren
Vlees - Vis - Noten
Linzen - Eieren
Slide 15 - Diapositive
7.4
Verteringsstelsel
Slide 16 - Diapositive
Wat doet je verteringsstelsel?
Vertering = voedsel klein maken
Slide 17 - Diapositive
Hoe werken enzymen?
-Grote voedinsstoffen worden kleiner gemaakt door enzymen
-Voor iedere voedingsstof is een ander enzym
-Enzymen zijn gevoelig voor temperatuur
Slide 18 - Diapositive
1. enzym bindt aan voedingsstof
2. enzym knipt voedingsstof
3. enzym komt los en kan weer
opnieuw gebruikt worden
Slide 19 - Diapositive
Slide 20 - Diapositive
Hoe slik je voedsel door?
Verslikken?
Slide 21 - Diapositive
Waar gaat je voedsel langs?
Slide 22 - Diapositive
Welk verteringssap bevat alleen een enzym voor de vertering van zetmeel?
A
Speeksel
B
Gal
C
Alvleessap
D
Maagsap
Slide 23 - Quiz
Er is geen vertering nodig bij.....
A
Water, glucose, vitamines en mineralen
B
Voedingsvezels
C
Vetten en eiwitten
D
Zetmeel
Slide 24 - Quiz
Slide 25 - Vidéo
Waar begint en waar eindigt het?
Ons verteringsstelsel loopt van ........................tot ....................
mond
tot kont
Slide 26 - Diapositive
Slide 27 - Vidéo
Slide 28 - Diapositive
Wat is de functie van de maag?
A
Zorgt voor zuurstof in je bloed
B
Hier groeit de baby in
C
Het maken van speeksel
D
Het voedsel tijdelijk opslaan
Slide 29 - Quiz
Wat is GEEN taak van de maag
A
Voedingsstoffen opnemen
B
Voedsel opslaan
C
Voedingsstoffen verteren
D
Voedsel kneden
Slide 30 - Quiz
Slide 31 - Diapositive
Onverteerde resten noemen we voedingsvezels.
De peristalitiek gaat daardoor beter.
Slide 32 - Diapositive
Slide 33 - Vidéo
Verteringssappen
Slide 34 - Diapositive
Slide 35 - Diapositive
Slide 36 - Diapositive
Door welk verteringssap of door welke verteringssappen worden vetten afgebroken?