Week 3

Herzlich Wilkommen M2A

Du brauchst:
- Kugelschreiber (pen) 
- Buch A

Je zit op je vaste plek van de plattegrond
Telefoon is in je kluis. Laptop in de tas.
Tas zet je op het rek!


1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

Herzlich Wilkommen M2A

Du brauchst:
- Kugelschreiber (pen) 
- Buch A

Je zit op je vaste plek van de plattegrond
Telefoon is in je kluis. Laptop in de tas.
Tas zet je op het rek!


Slide 1 - Diapositive

So am 20. September
- Wörter Lektion 1.1   D->NL
- Wörter Lektion 1.2  D->NL
- Wörter Lektion 1.3  D->NL / NL->D

- Grammatik A, B, C 

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Aufgabe 12 + 13, Lektion 1.2

Slide 5 - Diapositive

Sprechen: Aufgabe 8, S. 25
1. Wie heißt du? 
2. Wie alt bist du?
3. Wo wohnst du?
4. Hast du Geschwister?
5. Wie heißen deine Eltern? 

Voer het gesprek in het Duits. Wissel ook van rol.
 Begroet elkaar. Neem ook afscheid.
Kennen jullie het uit je hoofd? 

timer
15:00

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Wörter lernen: 
5 Minuten lernen, danach testen!
timer
15:00

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Machen  
Aufgabe 3+4 (Lektion 1.2)
Gebruik woordjes 1.2

Aufgabe 5 (Lektion 1.2)

Aufgabe 3 (Lektion 1.3)
Gebruik woordjes 1.3



timer
15:00

Slide 10 - Diapositive

Diese Stunde:

  • Testen: Wörter 1.1 + 1.2
  • Korrigieren: Aufgabe 13, 14, 15 (Lektion 1.1)
  • Arbeiten

Slide 11 - Diapositive

Herzlich Wilkommen M2A

Du brauchst:
- Kugelschreiber (pen) 
- Buch A

Je zit op je vaste plek van de plattegrond
Telefoon zit in je tas!
Tas zet je op het rek!


Slide 12 - Diapositive

Diese Stunde:

  • Wiederholung Grammatik A + B
  • Grammatik D: telwoorden (12 + 13, Lek. 1.2)

Slide 13 - Diapositive

Wat betekent Sie (met hoofdletter!)?

Slide 14 - Question ouverte

Sleep het juiste Duitse persoonlijk voornaamwoord naar het Nederlandse persoonlijk voornaamwoord.
ik
jij
hij
zij
wij
jullie
het
u
zij
ich
ihr
er
es
wir
du
sie
Sie
sie

Slide 15 - Question de remorquage

(tanzen) ... du auch?
A
Tanz
B
Tanzt
C
Tanzst
D
Tanzen

Slide 16 - Quiz

Ihr (wohnen) ... in Amersfoort
A
wohnen
B
wohnst
C
wohnt
D
wohnst

Slide 17 - Quiz

ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
machte
machtest
machte
machten
machtet
machten

Slide 18 - Question de remorquage

Machen 1.2: 
Aufgabe 1
Aufgabe 2
Aufgabe 3
Aufgabe 4
Aufgabe 5
Aufgabe 13


timer
15:00

Slide 19 - Diapositive