Voorbereiding toets

h3 Wie beslist? (par 1 t/m 4)
Herhalingsles
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

h3 Wie beslist? (par 1 t/m 4)
Herhalingsles

Slide 1 - Diapositive

Waar gaat dit hdst over ?

Slide 2 - Question ouverte

  1. monarchie
  2. grondwet
  3. liberalen
  4. ministers
  5. Belgie
a. Thorbecke
b. afscheiding 1839
c. gekozen door Willem I
d. ontstaan 1815
e. belangrijke aanpassing in 1848

Slide 3 - Diapositive

Noem 2 belangrijke veranderingen na de grondwet van 1848 (2p)

Slide 4 - Question ouverte

par 3 Op weg naar kiesrecht
Na 1848 was NL geen echte.....De belangrijkste politieke groep waren de .....Door de industrialisatie ontstonden de......zij kwamen op voor de rechten van de arbeiders.Ook vrouwen streven naar gelijke rechten. Zij werden....genoemd. Een vb hiervan was....Rond 1900 werden de eerste.....zoals de ongevallenwet, aangenomen. In .....kwam er algemeen kiesrecht. In....kwam er algemeen vrouwenkiesrecht.

Slide 5 - Diapositive

Leg mbv 2 beeldelementen uit hoe de tekenaar denkt over het algemeen kiesrecht (2P)

Slide 6 - Diapositive

toetsvragen par 4: Door wat wordt Nederland bestuurd?
A
Door het parlement
B
Door de koning
C
Door staatssecretarissen
D
Door de regering

Slide 7 - Quiz

Door wie wordt de Tweede Kamer gekozen?
A
Door de Eerste Kamer
B
Door de Provinciale Staten
C
Rechtstreeks door de bevolking
D
Door het parlement

Slide 8 - Quiz

Wanneer heb je stemrecht in Nederland?
A
Als je burgemeester bent geweest.
B
Als je de Nederlandse identiteit hebt en ouder dan 18 jaar bent.
C
Als je een eigen bedrijf hebt.
D
Als je ouder dan 18 jaar bent.

Slide 9 - Quiz

Door wie wordt de Eerste Kamer gekozen?
A
Door de bevolking
B
door de regering
C
Door het kabinet
D
Door de Provinciale Staten

Slide 10 - Quiz

Waarom moeten politieke partijen samenwerken om in de regering te komen?
A
Omdat een meerderheid nodig is om besluiten te nemen.
B
Om de koning over te halen om zijn handtekening te zetten.
C
Omdat de Eerste Kamer niet met hen wil samenwerken.
D
Om de ministerposten te kunnen verdelen

Slide 11 - Quiz

Het goedkeuren of afkeuren van een wetsvoorstel van de Tweede Kamer is een taak van....
A
De bevolking
B
De Provinciale Staten
C
De Eerste Kamer
D
De regering

Slide 12 - Quiz

Welk woord laat je weg?

Kabinet - Staatssecretarissen - Ministers - Koning
A
Kabinet
B
Staatssecretarissen
C
Ministers
D
Koning

Slide 13 - Quiz

Laatste vraag; De ministers en de koning samen noemen we
A
Een meerderheid
B
Het kabinet
C
De regering
D
De Eerste Kamer

Slide 14 - Quiz

Aan het werk
  • Bereid de SO voor
  • bekijk de lessonup lessen
  • ga naar de methodesite voor extra oefenmateriaal
timer
10:00

Slide 15 - Diapositive

extra filmmateriaal

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Vidéo