1.8 Talent spelling 2

startopdracht
1. Ik ben  mijn nieuwe pen helaas vergeten. 
2. Mijn ouders hebben de trein gepakt naar Amsterdam. 
3.  De hond van de buren heeft giftig voer gegeten. 

Noteer: pv/ wwg/ o en lv in je schrift. Zet het goede nummer ervoor. 


1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo, mavoLeerjaar 1,2

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

startopdracht
1. Ik ben  mijn nieuwe pen helaas vergeten. 
2. Mijn ouders hebben de trein gepakt naar Amsterdam. 
3.  De hond van de buren heeft giftig voer gegeten. 

Noteer: pv/ wwg/ o en lv in je schrift. Zet het goede nummer ervoor. 


Slide 1 - Diapositive

even checken
Schrijf de goede vorm van het werkwoord op.

1. Kijken 
Hij ………….naar een slechte serie. Heeft hij weleens in zijn agenda ………….?
2. Gebeuren 
Het …………….. vaak dat hij een afspraak vergeet. Ik baal ervan; het is weer niet ……………..
3. Herkennen 
Zij ……………. niemand als het donker is. Zij heeft mij niet ……………… toen ze langsliep.
4. Worden
Hij ………… volgende week 16 jaar . Zij is deze week 16 jaar ……………...

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

TALENT - 1.8 SPELLING 
Herhaling: 
  • Je weet hoe je de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd spelt.
  • Je weet hoe je een komma,punt, uitroepteken, vraagteken gebruikt.
Leerdoelen: 
  • Je weet hoe je dubbele punt en aanhalingstekens goed gebruikt
  • Je kent tien dicteewoorden.

Slide 4 - Diapositive

Programma             60 minuten
Startopdracht
Lesdoel
Lekker lezen
Instructie en aantekeningen
Toepassen 
Check-out (evt startopdracht)


5 minuten
5 minuten 
15 minuten
10 minuten
15 minuten
5 minuten

Slide 5 - Diapositive

Check-In
Hoe voel je je op dit moment?
😒🙁😐🙂😃

Slide 6 - Sondage

Lekker lezen

Slide 7 - Diapositive

PERSOONSVORM IN DE TEGENWOORDIGE TIJD
De persoonsvorm ziet er in de tegenwoordige tijd zo uit:

enkelvoud stam
ik loop
loop ik
loop jij?
De ik-vorm noemen we de stam van het werkwoord.

Slide 8 - Diapositive

PERSOONSVORM IN DE TEGENWOORDIGE TIJD
De persoonsvorm ziet er in de tegenwoordige tijd zo uit:

enkelvoud stam + t
jij/u loopt
hij/zij loopt
het loopt

Slide 9 - Diapositive

PERSOONSVORM IN DE TEGENWOORDIGE TIJD

Meervoud hele werkwoord 
 wij lopen
jullie lopen
zij lopen



Slide 10 - Diapositive

Jij ............. nooit het goede antwoord.
A
raad
B
raadt
C
raat
D
raatd

Slide 11 - Quiz

Mijn broer (kleden) ..... zich aan.
A
kleed
B
kleedt
C
kleette
D
kleedde

Slide 12 - Quiz

Flip ............ eerste bij de wedstrijd.
A
wort
B
word
C
wordt
D
woord

Slide 13 - Quiz

Boris ........... een nieuwe televisie
A
heb
B
hebt
C
heeft
D
heefdt

Slide 14 - Quiz

Ik ........... dat niet leuk.
A
vint
B
vind
C
vindt
D
vond

Slide 15 - Quiz

Het maken van aantekeningen kan helpen om de uitleg beter te onthouden. 
Instructie en Aantekeningen
Boek bladzij 65

Slide 16 - Diapositive

LEESTEKENS: DE KOMMA
Leestekens en hoofdletters helpen je bij het lezen van een tekst.

Deze leestekens ken je al: punt, vraagtekens, uitroepteken. 

Ze staan aan het einde van een zin.

Slide 17 - Diapositive

LEESTEKENS: DE KOMMA
De komma is een leesteken dat in een zin staat. 

De komma is een korte pauze in een zin.

Slide 18 - Diapositive

LEESTEKENS: DE KOMMA
Je gebruikt een komma:
  • Tussen de delen van een opsomming
(Op tafel liggen mijn boeken, mijn mobiele telefoon en mijn sleutels.)
  • Als je iemand aanspreekt.
(Mevrouw, mag ik even naar het toilet)

Slide 19 - Diapositive

LEESTEKENS: DE KOMMA
  • Je gebruikt een komma:
vóór woorden zoals want, maar en omdat.
(Ik vind wiskunde leuk, want we hebben een grappige leraar.)
  • Tussen twee werkwoorden.
(Als ik deze opdracht af heb, ga ik lekker lezen. )
  • Als de zin heel lang is


Slide 20 - Diapositive

Directe rede

Slide 21 - Diapositive

Directe rede
Esmee belde en zei: "Ik kom iets later, want ik heb een lekke band."

"Ik haal je wel op", zei Tarik


Slide 22 - Diapositive

DICTEEWOORDEN
affiche                                recherche
capuchon                         shampoo
chic
chips
chirurg
chocoladebol
gesjouw
lunchen

Slide 23 - Diapositive

Toepassen

Slide 24 - Diapositive

Waar ga jij vandaag mee aan de slag?
Ik ga 1.8 zelfstandig maken.
Ik doe mee met de uitleg en ga daarna zelfstandig aan het werk met 1.8
Ik doe test jezelf 1.3, 1.7 of 1.8

Slide 25 - Sondage

Wat?
Maak de opdrachten op bladzij 68 en 69
Hoe?
De vragen beantwoorden in je werkboek. Opdracht 9 met een maatje. 
Hulp
Kijk het uitlegfilmpje in de online omgeving
Tijd
10 minuten
Klaar?
Maak de 'Test jezelf' spelling. 
Opdracht 
timer
10:00
Programma

Toepassen
Check-out

Slide 26 - Diapositive

TALENT - 1.8 SPELLING 
Herhaling: 
  • Je weet hoe je de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd spelt.
  • Je weet hoe je een komma,punt, uitroepteken, vraagteken gebruikt.
Leerdoelen: 
  • Je weet hoe je dubbele punt en aanhalingstekens goed gebruikt
  • Je kent tien dicteewoorden.

Slide 27 - Diapositive

startopdracht
1. Ik heb net mijn telefoon opgeladen.
2. De hond van Martin is zomaar de straat overgegaan.
3. De monteur meldde gisteren de schade aan de eigenaar.

Noteer: pv/ wwg/ o en lv in je schrift. Zet het goede nummer ervoor. 


Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Vidéo

Slide 30 - Vidéo