Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
M2 Kapitel 2 - Wiederholung
Wiederholung Kapitel 2
Zahlen bis 1000
Zelfstandig naamwoord vervangen door een persoonlijk voornaamwoord
Werkwoorden haben & sein
Basisregels der, die,das
1 / 44
suivant
Slide 1:
Diapositive
Duits
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
Cette leçon contient
44 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
45 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Wiederholung Kapitel 2
Zahlen bis 1000
Zelfstandig naamwoord vervangen door een persoonlijk voornaamwoord
Werkwoorden haben & sein
Basisregels der, die,das
Slide 1 - Diapositive
Wie geht es dir heute?
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 2 - Sondage
ich
du
jullie
zij (mv)
ik
jij
wij
sie (mv)
Slide 3 - Question de remorquage
Het persoonlijk voornaamwoord "sie" heeft drie betekenissen. Welke zijn dit?
A
zij (enkelvoud), zij (meervoud) & wij
B
zij (enkelvoud), zij (jullie) & U
C
zij (enkelvoud), zij (meervoud) & U
D
zij (enkelvoud), zij (meervoud) & jullie
Slide 4 - Quiz
haben & sein
1.) Zoek eerst
het onderwerp
van de zin.
2.) Let erop dat je
vervoeging van het werkwoord
bij het
onderwerp past
!
blz. 77
Slide 5 - Diapositive
Ich ______ (sein) in Berlin ___________
Slide 6 - Question ouverte
Wir _____ (haben) keine Zeit.
Slide 7 - Question ouverte
sie (mv)
du
ihr
er
haben (mv)
hast
habt
hat
Slide 8 - Question de remorquage
Meine Eltern haben das Haus gemietet.
A
Mijn ouders hebben het appartement gehuurd.
B
Mijn ouders hebben de kamer gehuurd.
C
Mijn ouders hebben het huis gekocht.
D
Mijn ouders hebben het huis gehuurd.
Slide 9 - Quiz
Er _______ (sein ) müde.
Slide 10 - Question ouverte
Meine Schwester und mein Bruder _______(sein) mit dem Bus da.
Slide 11 - Question ouverte
ich
du
ihr
sie (mv)
bin
bist
seid
sind
Slide 12 - Question de remorquage
Hoe lukt het je om de "haben & sein" te vervoegen.
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 13 - Sondage
Van zelfstandignaamwoord naar persoonlijk voornaamwoord
Maria
ist da. ->
Sie
ist da.
In het Nederlands werkt het op dezelfde manier:
Maria is er . ->
Zij
is er.
blz. 58
Slide 14 - Diapositive
Van zelfstandignaamwoord naar persoonlijk voornaamwoord
Je kan zelfstandige naamwoorden vervangen door een persoonlijk voornaamwoord.
der Junge (m) -> er
die Katze (v) -> sie
das Kind (o) -> es
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Diapositive
Vervang het woord met hoofdletters door:
er, sie of es:
DAS FUßBALLSPIEL war langweilig. _____ steht 0:0
A
ES steht 0:0.
B
Das steht 0:0
C
ER steht 0:0.
D
ERNST steht 0:0
Slide 17 - Quiz
Waarom is antwoord A van de vorige vraag goed.
DAS FUßBALLSPIEL war langweilig. ES steht 0:0
A
Omdat het een kort is.
B
Omdat "das Fußballspiel" onzijdig is.
C
Omdat het in enkelvoud staat.
D
Omdat het 0:0 staat.
Slide 18 - Quiz
Vervang het woord met hoofdletters door er, sie of es:
PETER ist mein Freund. ___ ist 15 Jahre alt.
Slide 19 - Question ouverte
Vervang het woord met hoofdletters door er, sie of es:
DIE INSEL hat 26 Einwohner. ___ ist klein.
Slide 20 - Question ouverte
Geef jezelf voor dit onderdeel een cijfer:
Begrijp je het vervangen van een zelfstandig voornaamwoord door een persoonlijk voornaamwoord?
0
10
Slide 21 - Sondage
Beantwoord in een hele Duitse zin:
Wohnst du in einem Dorf oder in einer Stadt?
Slide 22 - Question ouverte
Slide 23 - Diapositive
Welke getallen staan hieronder uitgeschreven?
siebenundsiebzig-zwölf-achtzig-einundzwanzig-sechshundert
A
77-12-80-21-600
B
77-12-80-21-60
C
770-12-80-21-600
D
77-12-88-21-600
Slide 24 - Quiz
Noteer voluit in het Duits:
17-30-16-100
Slide 25 - Question ouverte
Hoe staat het met je kennis van de Duitse getallen...
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 26 - Sondage
Regels voor het gebruik van de lidwoorden der, die, das
blz. 52
Slide 27 - Diapositive
dagen van de week
maanden
seizoenen
August
Montag
Junge
Mannelijke personen
Mannelijke dieren
"Mannelijke" beroepen
Nederlanse "het-woorden"
das Mädchen
Freiheit
Rose
Frau
Kuh
Ärztin
vrouwelijke personen
vrouwelijke dieren
"vrouwelijke beroepen"
Woorden op: -chen, -keit, -ung, -schaft, -e
das
die
der
Slide 28 - Question de remorquage
Wohnt _____ Mutter von Jasper auch in der Wohnung
Slide 29 - Question ouverte
____ Kuh ist noch jung.
Slide 30 - Question ouverte
Wie heißt _____ Kind?
Slide 31 - Question ouverte
___ Winter war 2024 sehr kalt.
Slide 32 - Question ouverte
Wiederholung Vokabeln
Let op hoofdletters!
Slide 33 - Diapositive
Vertaal in het Duits:
Mijn lievelingsdier is een pony.
Ik ben bang voor spinnen.
Slide 34 - Question ouverte
de boerderij
Slide 35 - Question ouverte
Wat is de juiste vertaling in het Duits van deze woorden?
soms-heel-daar-ver-nooit-makkelijk
A
maar-ganz-dort-weit-nie-einfach
B
manchmal-ganz-dort-weit-nie-einfach
C
manchmal-hinauf-dort-weit-nie-einfach.
D
manchmal-ganz-dort-warum-nie-einfach
Slide 36 - Quiz
het flatgebouw
Slide 37 - Question ouverte
Geef jezelf een cijfer hoe goed je de woordenschat en zinnen beheerst:
0
10
Slide 38 - Sondage
het appartement
Slide 39 - Question ouverte
Fertig (klaar)
Ga online verder oefenen
Slide 40 - Diapositive
Wat vond je van de uitleg tijdens de lessen?
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 41 - Sondage
...grapje: ) Klaar!
Du bist fertig!
Ga verder met de Woordtrainer 2.5. & 2.6.
of Memrise!
Slide 42 - Diapositive
Ben je goed voorbereid op de toets?
Weet je wat je nog moet leren?
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 43 - Sondage
Klaar?
Ga aan de slag met de Woordtrainer: 1.1. t/m 1.5.
Slide 44 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
K1 persoonlijk voornaamwoord & werkwood sein
Septembre 2019
- Leçon avec
14 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1
Wiederholung Grammatik Kapitel 2
Mars 2022
- Leçon avec
50 diapositives
Duits
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
K1 verleden tijd haben/sein
Septembre 2019
- Leçon avec
11 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Das Verb haben und sein
Mars 2023
- Leçon avec
20 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 1,2
Das Verb haben und sein
Décembre 2022
- Leçon avec
44 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 1,2
h2_haben und sein + pers.vnw
Novembre 2019
- Leçon avec
22 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
Bezittelijke voornaamwoorden
Novembre 2022
- Leçon avec
18 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1,2
M22 - M23 - M25 Kapitel 2 Woche 47-1
Décembre 2022
- Leçon avec
39 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2