Quiz m&m hoofdstuk 1

Vergrijzing betekent dat.....
A
De bevolking steeds jonger wordt.
B
Dat de bevolking steeds ouder wordt.
1 / 15
suivant
Slide 1: Quiz
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Vergrijzing betekent dat.....
A
De bevolking steeds jonger wordt.
B
Dat de bevolking steeds ouder wordt.

Slide 1 - Quiz

Vergrijzing is het ouder worden van de bevolking. Bij dit proces wordt ook de term ontgroening gebruikt --> het aantal jongeren in de bevolking neemt af. 
Wat is natuurlijke bevolkingsgroei?
A
Bevolkingsgroei door het aantal geboorten min het aantal sterfgevallen
B
De bevolkingsgroei door migratie

Slide 2 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is sociale bevolkingsgroei?
A
De bevolkingsgroei door migratie
B
Bevolkingsgroei door het aantal geboorten min het aantal sterfgevallen

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De VOC staat voor......
A
Vereenigde Oost-Indische Compagnie
B
Voorste Oost-Indische Compagnon
C
Vlaamse Orde Compagnie
D
Vierde Oost-Indische Compagnie

Slide 4 - Quiz

VOC is opgericht in 1602. De naam vindt zijn oorsprong in dat kooplieden samen gingen werken om handel te drijven. 
Het alleenrecht op de handel heet monopolie.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een deel van het bedrijf dat iemand bezit, heet genocide
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk bedrijf was betrokken bij de slavenhandel?
A
VOC
B
WIC

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Europese goederen (wapens, textiel, drank)
Slaven
Producten van de plantages (katoen, suiker, koffie, tabak)
Van Europa naar Afrika
Van Afrika naar Amerika
Van Amerika naar Europa

Slide 8 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem twee lagelonenlanden

Slide 9 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Uit welk werelddeel komt de katoen die hoogstwaarschijnlijk voor jouw spijkerbroek is gebruikt?
A
Afrika
B
Antarctica
C
Europa
D
Azië

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wanneer je de afstand uitdrukt in tijd of geld, dan noem je dat...
A
Relatieve afstand
B
Absolute afstand

Slide 11 - Quiz

Absolute afstand is de afstand hemelsbreed (stel je voor je zit in een helikopter).
Noem minstens twee locatiefactoren.
(locatiefactoren = redenen waarom een bedrijf zich wel of niet vestigt op een bepaalde plek)

Slide 12 - Question ouverte

Locatiefactoren: 
- Lonen en opleidingsniveau mensen.
- Aanwezigheid van goede havens, wegen en communicatiemiddelen.
- Stabiele regering en medewerking van de overheid van een land. 
- Weinig milieuheffingen en belastingen. 

Alles om zo goedkoop en veilig mogelijk uit te zijn.
Wat is het bruto nationaal product?

Slide 13 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Een dienst is.....
A
Niet tastbaar
B
Tastbaar

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke is een multinational?
A
Mc Donalds
B
Shell
C
IKEA
D
Adidas

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions