KERN 50_tekstverband oorzaak - gevolg

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Wat gaan we doen vandaag?

1. Praktisch.

2. Quiz; test jezelf!

3. Uitleg bij KERN 50: oorzaak - gevolg.

4. Zelfstandig werken.

Minder uren Nederlands: 3 uur i.p.v. 5 uur. 

SO van 11 februari wordt verplaatst. 

KERN 49: Noteer het signaalwoord:
Vandaag moest ik een presentatie geven en daarna was ik vrij. (T1)

Uitleg

Vandaag moest ik een presentatie geven en daarna was ik vrij.

Signaalwoord - Tijd.

Je leest namelijk de volgorde waarin dingen gebeuren: presentatie geven, vrije tijd. 

Vul het juiste signaalwoord in:
Voor atletiek moet je ten eerste hard kunnen lopen en ..... moet je sterk zijn.

1. Maar
2. Daarnaast
3. Ten tweede
4. Anderzijds

Uitleg

Voor atletiek moet je ten eerste hard kunnen lopen en ten tweede moet je sterk zijn.

Signaalwoord opsomming.

Nee, ik ben niet boos. ......: ik ben blij dat je het hebt gezegd.

1. Voordat
2. Integendeel
3. Bovendien
4. Daarnaast

Uitleg

Nee, ik ben niet boos. Integendeel: ik ben blij dat je het hebt gezegd.

Signaalwoord- tegenstelling.

Vraag 1 (T1)

Er is veel geld opgehaald. Wat is het gevolg hiervan voor de kinderen? 

Wat is het verschil tussen deze 2 zinnen?

1. War Child heeft geld ingezameld. Veel kinderen kunnen meedoen aan de programma's.

2. War Child heeft geld ingezameld. Hierdoor kunnen veel kinderen meedoen aan de programma's.

Gebruik van signaalwoorden

1. War Child heeft geld ingezameld. Veel kinderen kunnen meedoen aan de programma's.

2. War Child heeft geld ingezameld. Hierdoor kunnen veel kinderen meedoen aan de programma's.

Wat vind jij makkelijker lezen?

Zin met signaalwoord

Zin zonder signaalwoord

Het signaalwoord in de kolibrie tekst was:

.... er veel gas uit de grond wordt gehaald, ontstaan er aardbevingen in Groningen. (T2)

1. Toen
2. Daarnaast
3. Hoewel
4. Doordat

Antwoord

Doordat er veel gas uit de grond wordt gehaald, ontstaan er aardbevingen in Groningen.

Tekstverband: oorzaak - gevolg.

Zelfstandig werken

Wat?	KERN 50: vraag 4, 5, 7, 11 en 12.
Hoe?	Lees uitleg op bladzij 104.
Tijd?	Tot einde van de les.
Klaar?	Werk aan de NUMO-taak voor 16 februari.