El deporte

1 / 12
suivant
Slide 1: Vidéo
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 12 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Vidéo


Hago
  • Atletismo
  • Ciclismo
  • Equitación
  • Esquí
  • Natación
  • Patinaje

Juego
  • Baloncesto/basquet
  • Fútbol
  • Tenis
  • Voleibol/balónmano
  • Hockey

Los deportes
Practico

Slide 2 - Diapositive

Los deportes
Hacer deporte -  aan  een sport doen
¿Haces deporte?
Practicar deporte - een sport beoefenen
¿Practicas (algún) deporte?

Jugar + balsporten - juego al fútbol/baloncesto
Hacer + alle andere sporten - hago judo /gimnasia/ ... /...
Montar a caballo - paardrijden

Slide 3 - Diapositive

Apunta estas preguntas:
1. Wat is het woord voor teamsport in het Spaans?
2. Welke sport speelt Jaime?
3. Hoe vaak per week en hoe lang doet hij dat?
4. Welke sporten komen nog meer voorbij (Spaans)
4. Welke sporten volgt hij graag op tv?

Slide 4 - Diapositive

Bron K
1. ¿Practicas algún deporte?
2. ¿Cuántas veces a la semana entrenas?
3. ¿Juegas partidos también?
4. ¿Ganas muchos partidos?
5. ¿Tienes consejos para nosotros?


Frases Clave - Bron K

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Zie volgende dia voor opdracht.

Slide 7 - Diapositive

Maken: 
Schrijf van 2 van de personen uit de vorige dia een stukje tekst met de gegevens die je hebt (In het Spaans - en dus niet Carlos). 
Doe vervolgens hetzelfde over jezelf. (wat voor sport doe je, hoe vaak etc.)
 

Slide 8 - Diapositive

26. Completa este podcast sobre el fútbol con las siguientes palabras. Después, escucha y comprueba. 

Slide 9 - Diapositive

26. Completa este podcast sobre el fútbol con las siguientes palabras. Después, escucha y comprueba. 
audio 26

Slide 10 - Diapositive

Deportes urbanos 
¿Conoces alguno?
Lees de tekst en maak de opdracht die bij de tekst
hoort (ejercicio 5).
Schrijf de antwoorden op.
Je kunt de antwoorden op de volgende dia 
controleren. 

Slide 11 - Diapositive

Actividad 5

Slide 12 - Diapositive