Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
Éléments de cette leçon
Leg uit wat geluid is
Slide 1 - Question ouverte
Slide 2 - Vidéo
00:18
Het geluid wat je hoort is een vacuümpomp. Wat verwacht je te horen als er geen lucht meer in de stolp zit?
Slide 3 - Question ouverte
Herhaling
Geluid = trilling
Heeft een tussenstof nodig.
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Vidéo
00:42
Wat was hier de tussenstof?
Slide 6 - Question ouverte
Programma en lesdoelen
Programma:
Uitleg
Opdrachten
Nakijken
Afsluiten
Lesdoelen:
Je kan het verschil tussen geluidssterkte en frequentie uitleggen
Je kan uitleggen bij welke geluidssterkte gehoorbeschadiging kan ontstaan en wat je kan doen om dit te voorkomen
Slide 7 - Diapositive
Geluidssterkte
Geluidssterkte is hoe hard het geluid is, meet je in decibel (dB)
Geluidssterkte meet je met een decibelmeter
Slide 8 - Diapositive
Welk geluid klinkt het hardst?
A
20 dB
B
40 dB
C
60 dB
D
80 dB
Slide 9 - Quiz
Gehoorschade
Tot 80 dB veilig geluid
80 - 110 dB kans op gehoorbeschadiging
110 - 140 dB gehoorbeschadiging
vanaf 140 dB pijn
Slide 10 - Diapositive
De geluidssterkte van een rumoerige klas is 90 dB. Heb je kans op gehoorbeschadiging als je in deze klas zit? Leg uit!
Slide 11 - Question ouverte
Gehoorbeschadiging voorkomen
Bij de bron: Geluid zachter/dempen
Bij de ontvanger: Gehoorbeschermer/kortere blootstelling
Tussen bron en ontvanger: Geluidsisolatie
Slide 12 - Diapositive
Om geluidsoverlast van snelwegen tegen te gaan worden er geluidsschermen geplaatst. Hierbij verminder je de geluidsoverlast
A
bij de bron
B
tussen de bron en ontvanger
C
bij de ontvanger
D
A,B en C zijn juist
Slide 13 - Quiz
Frequentie
Frequentie zegt iets over de toonhoogte.
Frequentie is het aantal trillingen per seconde.
Eenheid is Hertz (Hz)
Hoeveel trillingen per seconde heeft een toon van 500 Hz?
Hoe meer trillingen, hoe hoger de frequentie, hoe hoger de toon klinkt.
Slide 14 - Diapositive
Welke toon klinkt het hoogst?
A
400 Hz
B
4000 Hz
C
5000 Hz
D
10 000 Hz
Slide 15 - Quiz
Wat is het verschil tussen de frequentie en geluidssterkte?
Slide 16 - Question ouverte
Frequentie en geluidssterkte
Frequentie zegt iets over de de toonhoogte (hoge en lage tonen). Eenheid is Hz.
Geluidssterkte zegt iets over hoe hard of zacht het geluid klinkt. Eenheid is dB.
Slide 17 - Diapositive
Opdrachten
Ga naar classroom - materiaal tijdens de les - opdrachten geluidssterkte en frequentie. Maak de opdrachten in je schrift.
Hulpmiddel is je tekstboek (H4.1, H4.2 en begin H4.3)
Uploaden: foto van gemaakte opdrachten (in classroom)
timer
13:00
Slide 18 - Diapositive
1. waar of niet waar?
a. Geluid kan ook zonder trilling ontstaan b. Ook zonder tussenstof kan je geluid horen
Slide 19 - Question ouverte
2. Als je de geluidssterkte gaat meten gebruik je een decibelmeter. Deze moet gebruikt worden volgens vaste regels. Waarom is dit?
A
Vergelijken
B
niet goed meten
C
handleiding
D
geen goed antwoord
Slide 20 - Quiz
3. Ga naar blz. 83 in je tekstboek en bekijk bron 3. Hoeveel dB komt er ongeveer uit een computer?
A
20 dB
B
30 dB
C
40 dB
D
50 dB
Slide 21 - Quiz
5. Tijdens een concert is de geluidssterkte ongeveer 110 dB. Leg uit waarom het dan verstandig is om gehoorbeschermers te dragen
Slide 22 - Question ouverte
5. Op blz. 86 in je tekstboek zie je in bron 1 een trillende snaar. De snaar heeft een frequentie van 100 Hz. Leg uit hoe vaak de snaar in 1 seconde trilt.
Slide 23 - Question ouverte
6. Hieronder zie je een aantal frequenties. De frequentie zegt iets over de toonhoogte. Noteer de trilling met de hoogste en de trilling met de laagste toon. (10 000 Hz, 750 Hz, 20000 Hz, 20 Hz, 150 Hz, 75 Hz)
Slide 24 - Question ouverte
7. Leg in je eigen woorden uit wat het verschil is tussen de geluidssterkte en de frequentie.
Slide 25 - Question ouverte
8. Noteer de letter van het juiste antwoord. De dB is de eenheid van
A
Toonhoogte
B
Trilling
C
Geluidssterkte
D
Isolatiewaarde
Slide 26 - Quiz
9. Noteer de letter van het juiste antwoord. Wat betekent ‘De toon heeft een frequentie van 440 Hz’?
A
De toon ontstaat door 440 trillingen per seconde
B
De toon ontstaat door 440 trillingen
C
De toon van 440 Hz is niet te horen
D
De geluidssterkte is 440 Hz
Slide 27 - Quiz
Afsluiten
Lesdoelen:
Je kan het verschil tussen geluidssterkte en frequentie uitleggen
Je kan uitleggen bij welke geluidssterkte gehoorbeschadiging kan ontstaan en wat je kan doen om dit te voorkomen
Indien je nog geen foto van gemaakte opdrachten hebt ingeleverd - Nu doen!