diverse cwv rekensommen

cwv
diverse rekensommen
1 / 39
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 39 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

cwv
diverse rekensommen

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel dagen zitten er in een jaar?
A
345 dagen
B
355 dagen
C
365 dagen
D
375 dagen

Slide 2 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel dagen zitten er in een kwartaal?
A
30 dagen
B
84 dagen
C
91 dagen
D
75 dagen

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

U rijdt vanaf Arnhem naar Parijs met een gemiddelde snelheid van 90 km/uur. Deze afstand is 510 km. Na 4,5 uur moet u pauze houden.
Hoeveel kilometer moet u dan nog rijden?
A
90 uur
B
105 kilometer
C
110 kilometer
D
120 kilometer

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

U rijdt vanaf Arnhem naar Parijs met een gemiddelde snelheid van 90 km/uur. Om 07.00 uur vertrekt u, de afstand is 510 km. Na 4,5 uur moet u pauze houden.
Hoe laat mag u weer verder rijden?
A
11.30 uur
B
11.45 uur
C
12.00 uur
D
12.15 uur

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

U rijdt vanaf Arnhem naar Parijs met een gemiddelde snelheid van 90 km/uur. Om 07.00 uur vertrekt u, de afstand is 510 km. Na 4,5 uur moet u pauze houden.
Hoe laat komt u aan in Parijs?
A
14:25 uur
B
14:15 uur
C
13:25 uur
D
13:15 uur

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is gegeven?
79,5 km
1,5 uur
15%

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


A
79,5x90x0,85=60,1 min
B
90x1,15=103,5 min
C
79,5x1,15x90=82,3 min
D
90x0,85=76,5 min

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


De Berlingo van Jack rijdt 1:15. Hij rijdt een afstand van 79,5. Hoeveel liter benzine verbruikt Jack?
(afronden op 1 decimaal)
A
119,3 liter
B
15,0 liter
C
5,3 liter
D
5 liter

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe berekenen?
Of: 79.5/15 = 5.3

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Snelle berekening voor omrekenen m/s <-> km/u

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel m/s is 55 km/u?
A
198
B
51.4
C
58.6
D
15.3

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een auto verbruikt 5,5 liter diesel op 100 km.
Hoeveel kilometer kan de auto rijden met 1 liter diesel? Rond af op 2 decimalen.
A
94,53 km
B
18,18 km
C
5,51 km
D
20,11 km

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De auto heeft nog 45 liter diesel in de tank. Hoeveel kilometer kan de auto nog rijden als hij 5,5 liter op 100 km verbruikt?
Rond af op 1 decimaal.
A
818,1 km
B
247,5 km
C
18,18 km
D
225,1 km

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

U rijdt 7 uur en verricht 3 uur andere werkzaamheden. Daarnaast heeft u 2 uur pauze en 1 uur wachttijd. Wat is uw dagelijkse arbeidstijd ?
A
10 uur
B
13 uur
C
11 uur
D
12 uur

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Rekenen met tijdzones
.



In New York is het 6 uur vroeger.
Hoelang heeft de vliegreis geduurd?


van
naar
datum
vertrek lokale tijd
aankomst lokale tijd
Amsterdam
New York
30-3
10.00 
(30-3)
12.07
(30-3)

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vraag: Hoelang heeft de vliegreis geduurd?
Gegeven: vertrek Amsterdam 10:00 u, aankomst New York 12:07 uur (lokale tijd).
In New York is het 6 uur vroeger.
A
2 uur 7 minuten
B
6 uur
C
8 uur 7 minuten
D
6 uur 7 minuten

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


5,4 uur =
A
5 uur en 40 minuten
B
5 uur en 4 minuten
C
5 uur en 25 minuten
D
5 uur en 24 minuten

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe kom je aan het antwoord?

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een kaart heeft een schaal van:
1 : 100.000
dit betekent dat 10 cm op de kaart =
A
100 km
B
10 km
C
1000 km
D
1 km

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


1 km
10 hm
100 dam
1000 meter
10.000 dm
100.000 cm
1000.000 mm
Door de schaal van de kaart te delen door 100 000, krijg je de afstand in kilometers.
Eén kilometer is namelijk 100 000 keer groter dan één centimeter. Je 'streept' vijf nullen weg.

Bij een schaal van 1 : 100 000 is 1 cm op de kaart gelijk aan 1 km in het echt.
dus 10 cm=10 km


Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je moet met je vrachtauto een container wegbrengen van Rotterdam naar Parijs. De wegenkaart van
Europa heeft een schaal van 1 : 3.000.000. Je meet de afstand tussen beide plaatsen met een liniaal. Volgens de wegenkaart is de afstand 15 cm.
A
200.000.000 cm =2000 km
B
450.000.000 cm =4500 km
C
20.000.000 cm =200 km
D
45.000.000 cm =450 km

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Ali rijdt met de vrachtwagen 80 km/u van Assen via Arnhem naar Raamsdonksveer (240 km). Hoe laat moet hij vertrekken om uiterlijk om 11.00 uur in Raamsdonksveer aan te komen?
A
07.30 uur
B
08.00 uur
C
08.30 uur
D
09.00 uur

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Ali rijdt met de vrachtwagen 80 km/u van Assen via Arnhem naar Raamsdonksveer (240 km). In Arnhem stopt hij een half uur om iets af te leveren. Hij vertrekt om 8.00 uur uit Assen. Hoe laat komt hij aan in Raamsdonksveer?
A
10.30 uur
B
11.00 uur
C
11.30 uur
D
12.00 uur

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hans vertrekt om 14:10 uur voor een wandeltocht van 6 km. Hij is om 15:40 uur weer thuis.

Bereken zijn gemiddelde snelheid in km/uur.
A
4 km/uur
B
6 km/uur
C
5 km/uur
D
9 km/uur

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

1 kwartaal is 13 weken of 3 ........
A
jaar
B
maanden
C
dagen
D
weken

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

0,8 uur is hetzelfde als... minuten
A
48
B
40
C
80
D
30

Slide 28 - Quiz

0,8 x 60 = 48
Myrthe fietst 150 min. met een gemiddelde snelheid van 22 km/u.
Hoeveel kilometer heeft Myrthe gefietst? .... km

Slide 29 - Question ouverte

53,2 km (22 : 60 x 145 = 53,1666= 53,2)

1 km
10 hm
100 dam
1000 meter
10.000 dm
100.000 cm
1000.000 mm
Door de schaal van de kaart te delen door 100 000, krijg je de afstand in kilometers.
Eén kilometer is namelijk 100 000 keer groter dan één centimeter. Je 'streept' vijf nullen weg.

Bij een schaal van 1 : 100 000 is 1 cm op de kaart gelijk aan 1 km in het echt.
dus 10 cm=10 km


Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je moet met je vrachtauto een container wegbrengen van Rotterdam naar Parijs. De wegenkaart van
Europa heeft een schaal van 1 : 3.000.000. Je meet de afstand tussen beide plaatsen met een liniaal. Volgens de wegenkaart is de afstand 15 cm.
A
200.000.000 cm =2000 km
B
450.000.000 cm =4500 km
C
20.000.000 cm =200 km
D
45.000.000 cm =450 km

Slide 31 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Vanuit Parijs rijd je door naar de haven in Bordeaux. Daar moet je een container laden voor Apeldoorn. Je kijkt nu op de Michelin wegenkaart van Frankrijk, schaal 1 : 1.500.000. Met de liniaal meet je opnieuw de afstand. Deze is 390 mm. Wat is de afstand tussen Parijs en Bordeaux in kilometers?
A
58,5 km
B
58.500 km
C
585 km
D
58.500.000 km

Slide 32 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

58.500.000 cm = 585 km

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De afstand tussen Maastricht en Amsterdam is
220 km. Op de kaart heb je een afstand van 22 cm gemeten.
De schaal van de kaart is dan?
A
1 : 10.000
B
1 : 100.000
C
1 : 1000
D
1 : 1.000.000

Slide 34 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Je moet met je vrachtauto een container wegbrengen van Apeldoorn naar Madrid. De wegenkaart van
Europa heeft een schaal van 1 : 3.000.000. Je meet de afstand tussen beide plaatsen met een liniaal. Volgens de wegenkaart is de afstand 60 cm.

A
5000 km
B
1800 km
C
2000 km
D
500 km

Slide 35 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Eenheden van tijd
1 millennium = 1 000 jaren
1 eeuw        = 100 jaren
1 jaar         = 4 kwartalen
1 jaar         = 12 maanden
1 jaar         = 52 weken
1 jaar         = 365 of 366 dagen
1 kwartaal   = 3 maanden
1 kwartaal   = 13 weken
1 week = 7 dagen
1 dag = 24 uren
1 dag = 1 etmaal
1 uur = 60 minuten
1 uur = 4 kwartieren
1 kwartier = 15 minuten
1 minuut = 60 seconden

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel uur is 3,5 etmaal?
A
42 uur
B
72 uur
C
84 uur
D
76 uur

Slide 37 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De auto heeft een snelheid van 20 m/s. Wat is de snelheid in km/uur?  Sleep de goeie antwoord.
36 km/u
38
km/u
3,6
km/u
40
km/u
50
km/u
72
km/u

Slide 38 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Sepp vertrekt om 10.37 uur met de trein uit Groningen.
Om 14.05 uur komt hij in Eindhoven aan.

Hoe lang duurt de treinreis?
timer
1:00

Slide 39 - Question ouverte

23 + 3 uur + 5 = 3 uur en 28 min