klas 2 E/F week 24 en week 25

programma week 24/2
  1. aanwezigheid /   stamgroepen 
  2.  vorige week  : stageverslag terug /bespreken
           fictie opdracht : duidelijk ?       boek /verwerkingopdrachten en toets                                                                                     Alaska /Rafael/Wild  
  •   wat nog in week 24 en 25   (en 26 ) 
  •      tussenletters  n / s 
====================================================== vandaag  
herhaling /vervolg Spelling
aan het werk  ; opdrachten afmaken                                             




         
  

1 / 44
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 44 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

programma week 24/2
  1. aanwezigheid /   stamgroepen 
  2.  vorige week  : stageverslag terug /bespreken
           fictie opdracht : duidelijk ?       boek /verwerkingopdrachten en toets                                                                                     Alaska /Rafael/Wild  
  •   wat nog in week 24 en 25   (en 26 ) 
  •      tussenletters  n / s 
====================================================== vandaag  
herhaling /vervolg Spelling
aan het werk  ; opdrachten afmaken                                             




         
  

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

week 24 
week 25 
week 26 toetsweek 
H4  par. spelling tussen  -n 
dinsdag  28/06 
toets fictie/ 
inleveren  verwerkingsopdrachten  
opdrachten weektaak 24 af
vragen over en bij de theorie van H4 de paragrafen Lezen, Woordenschat Grammatica zinsdelen, woordsoorten en Spelling 

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Tussen-n  en tussen -s 
spelling  H 4 

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Met of zonder tussen-n?
A
keuzepakket
B
keuzenpakket

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een tussen-s of geen tussen-s?
ontwikkeling + stoornis
A
wel een tussen-s
B
geen tussen-s

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 6 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoofdregel:
Je schrijft de tussenletters -(e)n- als het éérste deel een zelfstandig naamwoord is met alléén een meervoud op -en of -n. Dus: bejaardenflat, kattenbak, eikenboom, krantenkop
Uitzondering:
Je schrijft geen tussenletter wanneer het eerste deel een zelfstandig naamwoord is met een meervoud op -s (of op -(e)n en -s). Dus: groentesoep (groentes en groenten), ruimtegebrek, 
Andere uitzonderingen:
  1. Het eerste deel van de samenstellng is de enige in z'n soort: zon, koningin, maan, Dus: maneschijn, zonnescherm,  
  2. Het eerste deel van de samenstelling heeft geen meervoud: tarwe, rogge Dus: tarwebrood, roggebrood, erezaak, eremedaille
  3. Het eerste deel van de samenstelling is: 
  • een bijvoeglijk naamwoord: rodekool, platteland,  
  • een werkwoord: huilebalk, spinnewiel, knorrepot
  • een versterkend woord: beregoed, reuzeplan
 4. Het woord is geen samenstelling (maar een versteende uitdrukking). bullebak, duimelot, apekool, kattebelletje (briefje), ruggespraak, schattebout, madelief, spillepoot, zinnebeeld


Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Met of zonder tussen-n?
A
tarwenmeel
B
tarwemeel

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Met of zonder tussen-n?
A
beregoed
B
berengoed

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Met of zonder tussen-n?
A
zonnensteek
B
zonnesteek

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Met of zonder tussen-n?
A
hogeschool
B
hogenschool

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Met of zonder tussen-n?
A
rodekool
B
rodenkool

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Met of zonder tussen-n?
A
kattebak
B
kattenbak

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Tussen S
A
liefdesscène
B
liefdescène

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke samenstelling heeft onterecht een tussen -s?
A
horlogesmaker
B
bakkersroom
C
scheepsjournaal
D
stadscentrum

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Zelfstandig aan het werk   
Wat

afmaken NN online taakwerk week 24/25 
Hoe
stil / geluidsniveau 1
Hulp
geen
Tijd
Tot einde les 
uitkomst
oefenen /extra trainen bij niet voldoende onderdelen 
Klaar
lezen boek /fictieopdracht

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

programma week 25/1
  1. aanwezigheid /   stamgroepen 
  2.   programma  W 25/26 
  3.   tussenletters  n / s 
====================================================== vandaag  
vandaag : 
  • Toets Fictie : Wild/Rafael/Alaska  
  • aan het werk  
  •  opdrachten afmaken                                             




         
  

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

week 24 
week 25 
week 26 toetsweek 
H4  par. spelling tussen  -n 
dinsdag  28/06 
toets fictie/ 
inleveren  verwerkingsopdrachten 
bij gelezen boek  
opdrachten weektaak 24 af/  voorbereiden /vragen Toets Toetsweek 
vragen over en bij de theorie van H4 de paragrafen Lezen, Woordenschat Grammatica zinsdelen, woordsoorten en par. Spelling
(tussen-n en tussen -s )

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

goed gespeld ?
A
toetsweek
B
toetweek

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

goed gespeld ?
A
toetspecialist
B
toetsspecialist

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

A. Deze zonnenbril staat je beregoed.
B. Deze zonnebril staat je beregoed
C. Deze zonnebril staat je berengoed
A
A= goed
B
B = goed
C
C. =goed

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Toets Fictie 
  • inleveren verwerkingsopdrachten
  • toets maken bij Wild/Rafael/ Alaska 
  • opdrachten weektaak afmaken
  • extra trainen:  woordenschat, bijvoeglijke bepaling, telwoorden,  spelling 

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Met of zonder tussen-n?
A
kattebak
B
kattenbak

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Met of zonder tussen-n?
A
roggebrood
B
roggenbrood

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Met of zonder tussen-n?
A
ziektenkiem
B
ziektekiem

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wel of geen tussen-s?
Wat is goed?
A
personeelchef
B
personeels-chef
C
personeelschef
D
personeel-chef

Slide 28 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wel of geen tussen-s?

station + chef
A
ja
B
nee

Slide 29 - Quiz

Bijvoorbeeld station + hal
uitlegvideo 

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Oefenen met de tussen -s
kun je doen via de linken op de volgende pagina.

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

programma week 26/2
  1. aanwezigheid /   stamgroepen 
  2.   programma  W 25/26 
  3. Toets Fictie : Wild/Rafael/Alaska  
============================== 
vandaag  : verwerkingsopdrachten + boeken terug + 
  • aan het werk ,   opdrachten afmaken , vragen stellen 
  •       korte herhaling                                     




         
  

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Toets H4 
  1. Lezen : feiten, meningen, argumenten, conclusies
  2. Woordenschat: rijmende uitdrukkingen

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Als een feit onjuist is, is het nog wel een feit.
A
juist
B
onjuist

Slide 34 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een feit?
A
Het speelveld bij handbal is rechthoekig
B
handbal is een vermoeiende sport
C
Zowel A als B is een feit

Slide 35 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is waar?
Een rijmende uitdrukking is:
A
Na regen komt zonneschijn
B
Een ezel stoot zich in algemeen geen 2x aan dezelfde steen
C
Met man en macht ergens voor strijden
D
Zo rood als een tomaat

Slide 36 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

rijmende uitdrukking:
heg noch ..... weten
A
leg
B
skeg
C
steg
D
vleg

Slide 37 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

rijmende uitdrukking:
dubbel en .....
A
dik
B
dwars
C
bubbel
D
enkel

Slide 38 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Juist of onjuist? ''Baat het niet, dan schaadt het niet'' is een voorbeeld van een rijmende uitdrukking.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 39 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de bijvoeglijke bepaling?
De bloemen staan in de gele vaas .
A
de gele vaas
B
vaas
C
gele vaas
D
gele

Slide 40 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de bijvoeglijke bepaling?
De barbecue van de buren is te koop.
A
De barbecue
B
barbecue
C
van de buren
D
buren

Slide 41 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Met of zonder tussen-n?
A
manenschijn
B
maneschijn

Slide 42 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Tussen S
A
liefdesscène
B
liefdescène

Slide 43 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Zelfstandig aan het werk   
Wat

afmaken NN online taakwerk week 24/25 
Hoe
stil / geluidsniveau 1
Hulp
geen
Tijd
Tot einde les 
uitkomst
oefenen /extra trainen bij niet voldoende onderdelen 
Klaar
extra trainen (online) 

Slide 44 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions