Ruimte/diepte Klas 1

• Beeldende vorming
• Middelbare school
• vmbo, mavo, havo, vwo
• Leerjaar 1

 ruimte

of 

diepte 

Aan het einde van deze lessenserie weet je

- Het verschil tussen 2D en 3D

- Hoe je diepte/ruimte in een tekening krijgt

- Welke foefjes kun je daarvoor gebruiken

- Je kent de foefjes bij naam

- Je kunt de foefjes herkennen en  zelf toepassen in een tekening.

Ruimte of diepte

repoussoir

Een repoussoir is een schildertechniek waarbij met opzet een voorwerp in de voorgrond van een schilderij wordt geplaatst, om de illusie van diepte te vergroten. Een repoussoir is donkerder van kleur en bedekt een gedeelte van de voorstelling.

Overlapping

Onderdelen voor en achter elkaar plaatsen.

Daardoor lijken de bomen op de achterste rij verder weg.

Door afsnijding en overlapping van het onderwerp wordt diepte gecreëerd.

Verkleining

Voor groot, achter klein

Afsnijding

Voorwerpen worden door de rand van het papier afgesneden. Hierdoor wordt een tekening ruimtelijk.

Atmosferisch perspectief;
kleuren en vormen vervagen naarmate ze verder weg zijn

Atmosferisch perspectief

Wat is plasticiteit?

Plasticiteit = ruimtelijkheid

Je tekent een cirkel, deze is plat

Teken je er schaduw in en bij, dan lijkt de cirkel een bal. 

Een bal is een ruimtelijke vorm, neemt ruimte in.

Om schaduw te kunnen tekenen heb je licht nodig. 

Je moet je dus afvragen: waar komt het licht vandaan?

Veel plasticiteit: ruimtesuggestie door licht en schaduw

Lijnperspectief

Manier om de driedimensionale wereld op een plat vlak weer te geven, door gebruik te maken van een verdwijnpunt waar alle wijkende lijnen naar toe lopen.

Hiernaast zie je centraalperspectief, een vorm van lijnperspectief waarbij de tekenaar in het midden van de ruimte staat.

Maak een collage over diepte

- Zoek afbeeldingen van afsnijding, overlapping, verkleining, atmosferisch perspectief, een doorkijkje en repoussoir. 

- Zorg voor 10 afbeeldingen in totaal.

- Maak er een mooi geheel van.

- Noteer bij de afbeeldingen welke vorm van ruimte je ziet.

Fotografie

Maak 4 foto's

Laat 4 foefjes zien waardoor diepte ontstaat (kijk op je tekenblad of collage welke foefjes er ook al weer zijn)

Print de foto's uit (zorg ervoor dat ze op 1 A4 passen) en doe ze in je werkboek.

Tekenopdracht op A4

- Neem een A4 tekenvel, gebruik het liggend

- Teken 9 vakjes

- Teken met mooie letters in het middelste vak het woord RUIMTE

- in de andere vakjes maak je 8 tekeningen waarin je de volgende foefjes laat zien: overlapping, afsnijding, verkleining, atmosferisch perspectief, lijnperspectief, plasticiteit, doorkijkje en repoussoir.

Kleur de tekeningen netjes in. Kleur het hele hokje.

RUIMTE

Overlapping                    Afsnijding                               Verkleining

Atmosferisch 

perspectief                                                                          Lijnperspectief

Plasticiteit                         Doorkijkje                               Repoussoir