thema 6 - H1 - Spreekwoorden en gezegden les - les 3



Op je tafel :
- Chromebook
- boek VIA Vooraf
- pen
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 3

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon



Op je tafel :
- Chromebook
- boek VIA Vooraf
- pen

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Doel van vandaag
  1. Ik luister goed naar de uitleg en doe actief mee
  2. Ik maak de kahoot moeilijke woorden
  3. Ik ken de moeilijke woorden en de betekenis van de spreekwoorden en gezegdes van thema 6

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat gaan we doen in deze les?
Tussentoets moeilijke woorden. 
 Spreekwoorden en gezegden leren
Opdrachten maken
Online oefenen met spreekwoorden en gezegden


Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Doel van vandaag
Ik werk zelfstandig aan de opdrachten

Ik let op mezelf tijdens de uitleg en het werken

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 5 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

'Aan de bak komen


 = Werk kunnen vinden

Slide 6 - Diapositive

Nadat ik koorts had gehad was mijn conditie nogal zwak. Omdat ik niet heel sportief ben ging ik naar de huisarts om mij te laten onderzoeken. De huisarts gaf mij een goede behandeling. Ik moest op dieet en als je op dieet gaat, dan pas je je eetpatroon aan. Om mij hierbij te helpen kreeg ik van de huisarts een recept. Op dit recept stond een medicijn en dit kon ik ophalen bij de apotheek. In dit medicijn zaten veel vitamine. Voordat ik dit mocht gebruiken moest ik eerst goed de bijsluiter lezen. Nadat ik had gedaan wat de huisarts had gevraagd, bleek ik geen kans te hebben op een ziekte en was mijn gezondheid verbeterd.

'Bergen kunnen verzetten


 = Heel veel werk aankunnen

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

'Een goed begin is het halve werk'



 = Als je een goede start maakt, is het makkelijker om het werk af te maken

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

'Ergens werk van maken'



 = Actie ondernemen

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

'Half werk leveren'


= Niet goed je best doen

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

'Je steentje bijdragen'


= Ergens aan meewerken

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

'Je beste beentje voorzetten'



= Ergens heel erg je best voor doen

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

'Veel handen maken licht werk'


= Als je het met veel mensen doet, is het werk zo gedaan

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

'Er is werk aan de winkel'

= Dat je aan de slag moet gaan

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

'Werken als een paard'


= Heel hard werken

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat betekent 'Je steentje bijdragen' ?
A
Actie ondernemen
B
Heel veel werk aankunnen
C
Dat je aan de slag moet gaan
D
Ergens aan meewerken

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

'Werken als een paard'
'Bergen kunnen verzetten'
Heel hard werken
Heel veel werk aankunnen

Slide 17 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat betekent 'Je beste beentje voorzetten'?
A
Werk kunnen vinden
B
Ergens heel erg je best voor doen
C
Niet goed je best doen
D
Als je het met veel mensen doet, is het werk zo gedaan

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

'Aan de bak komen'
'Een goed begin is het halve werk'
'Half werk leveren'
Werk kunnen vinden.
Niet goed je best doen.
Als je een goede start maakt, is het makkelijker om het werk af te maken.

Slide 19 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Bergen kunnen verzetten.
Ergens werk van maken.
Half werk leveren.
Je steentje bijdragen.
Je beste beentje voorzetten.
Werken als een paard.
Er is werk aan de winkel.
Zet de juiste betekenis achter de spreekwoorden
Ergens aan meewerken.
Actie ondernemen.
Ergens heel erg je best voor doen.
Heel hard werken.
Heel veel werk aankunnen.
Dat je aan de slag moet gaan.
Niet goed je best doen.

Slide 20 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag
 Maken bladzijden 192-193-194-195 

Klaar? 
Ga naar studiemeter.



Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag!
Maak in je boek opdracht 4-5-6!

Maak studiemeter alle opdrachten:
spreekwoorden en uitdrukkingen!

Daarna:
Maak nieuwsbegrip online:
1-2-3-4-5
Maak in werken aan..... 2 bladzijden

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik heb goed op mezelf gelet vandaag en lekker kunnen werken
😒🙁😐🙂😃

Slide 24 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions