Spelling mv -s / 's + bn (h4 en h5 brugklas NN 6e ed.)

Goedemorgen, welkom!
Vandaag:
Spelling hoofdstuk 4 en 5:
- meervouden op s / 's (blz. 124-125)
- bijvoeglijk naamwoord (blz. 154-155)
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Goedemorgen, welkom!
Vandaag:
Spelling hoofdstuk 4 en 5:
- meervouden op s / 's (blz. 124-125)
- bijvoeglijk naamwoord (blz. 154-155)

Slide 1 - Diapositive

Ik hou van y's
Meervoud -s / 's
blz. 124-125

Wat houdt het ezelsbruggetje ook alweer in?
Noteer de meervouden van bovenstaande woorden in je schrift.

Slide 2 - Diapositive

Neem de volgende woorden onder elkaar over en zet ze in het meervoud met een s / 's
bureau – kilo – autorally – oudtante – ski – explosie – kangoeroe – toeristenmenu – ekster – extra – nieuwsfoto – neusspray

Slide 3 - Question ouverte

Welke is goed?
A
dominees
B
dominee's

Slide 4 - Quiz

Welke is goed?
A
cadeaus
B
cadeau's

Slide 5 - Quiz

Welke is goed?
A
babys
B
baby's

Slide 6 - Quiz

Bijvoeglijk naamwoord
blz. 154-155
korte vorm -> groot, hoog, braaf
lange vorm -> grote, hoge, brave
Kun je in de trappen van vergelijking zetten: 
groot - groter - grootst
hoog - hoger - hoogst
braaf - braver - braafst 
stoffelijk bn -> eindigt meestal op -en -> gouden, zilveren, houten, katoenen, etc.
soms niet -> plastic, nylon, aluminium, etc.
kleuren

Slide 7 - Diapositive

Schrijf de bn correct:
Struikelend over haar (satijn) jurk verloor Assepoester haar (glas) muiltje.

Slide 8 - Question ouverte

Schrijf de bn correct:
Heb jij je ook zo geërgerd aan de (overvol) (Engels) treinen?

Slide 9 - Question ouverte

Schrijf de bn correct:
Mijn (stokdoof) (lief) oma heeft (grijs) krullen.

Slide 10 - Question ouverte

Woordenschat: Heb je al goed geleerd?
Heb je al goed geleerd?

Slide 11 - Diapositive

leken
recente
mentale
misvatting
inactieve
irrelevante
essentiële
niet lichamelijke; geestelijke
ondeskundigen
niet bij-; hoofd-; belangrijke, noodzakelijke
onjuiste opvatting
die niet veel bewegen
niet oude; nieuwe
onbelangrijke

Slide 12 - Question de remorquage

Noteer de betekenissen van onderstaande woorden onder elkaar.
1 carrière:
2 realistisch:
3 begaafde:
4 identiek:
5 belandden:

Slide 13 - Question ouverte