Woordenschat 2

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

werkstraf

1. degenen die schade (nadeel) van iets ondervinden
2. zonder beperkende voorwaarden; beslist
3. straf waarbij de veroordeelde bepaald werk moet uitvoeren als alternatief voor gevangenisstraf
4. geldbedrag dat een slachtoffer krijgt als compensatie voor geleden schade

benadeelden

1. degenen die schade (nadeel) van iets ondervinden
2. zonder beperkende voorwaarden; beslist
3. eerlijk; integer; deugdelijk
4. klein (of zo klein mogelijk) maken; tot een minimum beperken

minimaliseren

1. degenen die schade (nadeel) van iets ondervinden
2. zonder beperkende voorwaarden; beslist
3. eerlijk; integer; deugdelijk
4. klein (of zo klein mogelijk) maken; tot een minimum beperken

betrouwbaar

1. degenen die schade (nadeel) van iets ondervinden
2. zonder beperkende voorwaarden; beslist
3. eerlijk; integer; deugdelijk
4. klein (of zo klein mogelijk) maken; tot een minimum beperken

onvoorwaardelijk

1. degenen die schade (nadeel) van iets ondervinden
2. zonder beperkende voorwaarden; beslist
3. eerlijk; integer; deugdelijk
4. klein (of zo klein mogelijk) maken; tot een minimum beperken

goedgelovig

1. degenen die schade (nadeel) van iets ondervinden
2. niet te bereiken
3. eerlijk; integer; deugdelijk
4. te snel iets gelovend; naïef; kritiekloos dingen aannemend

onbereikbaar

1. degenen die schade (nadeel) van iets ondervinden
2. niet te bereiken
3. eerlijk; integer; deugdelijk
4. te snel iets gelovend; naïef; kritiekloos dingen aannemend

liegen alsof het gedrukt

1. een tegenvaller; een onverwachte, vervelende situatie; een onvermoede schadepost
2. iets misdaan hebben (zonder dat de overtreder hiervoor al gestraft is)
3. met een stalen gezicht een leugen vertellen
4. Het is verdacht.

Daar zit een luchtje aan.

1. een tegenvaller; een onverwachte, vervelende situatie; een onvermoede schadepost
2. iets misdaan hebben (zonder dat de overtreder hiervoor al gestraft is)
3. met een stalen gezicht een leugen vertellen
4. Het is verdacht.

een lijk in de kast

1. een tegenvaller; een onverwachte, vervelende situatie; een onvermoede schadepost
2. iets misdaan hebben (zonder dat de overtreder hiervoor al gestraft is)
3. met een stalen gezicht een leugen vertellen
4. Het is verdacht.

iets op z’n kerfstok hebben

1. een tegenvaller; een onverwachte, vervelende situatie; een onvermoede schadepost
2. iets misdaan hebben (zonder dat de overtreder hiervoor al gestraft is)
3. met een stalen gezicht een leugen vertellen
4. Het is verdacht.

Dat kan me gestolen worden.

1. Dat interesseert me totaal niet. Daar vind ik niets aan.
2. met een stalen gezicht een leugen vertellen
3. Bedrog is een manier om snel voordeel te behalen, maar uiteindelijk bereik je meer met eerlijkheid.
4. heimelijke, verboden zaken; illegale zaken

Eerlijk duurt het langst.

1. Dat interesseert me totaal niet. Daar vind ik niets aan.
2. met een stalen gezicht een leugen vertellen
3. Bedrog is een manier om snel voordeel te behalen, maar uiteindelijk bereik je meer met eerlijkheid.
4. heimelijke, verboden zaken; illegale zaken