§3.7 Mens en landschap 2

§3.7 Mens en Landschap 2


H3 Klimaat en Landschap
Domein Aarde
H4
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

§3.7 Mens en Landschap 2


H3 Klimaat en Landschap
Domein Aarde
H4

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
  • Je weet de kenmerken, oorzaken en gevolgen van versnelde bodemerosie, verwoestijning en verzilting als vormen van landdegradatie.
  • Je begrijpt dat de gevoeligheid voor landdegradatie verschilt tussen landschapszones.
  • Je begrijpt dat duurzaam landgebruik vormen van landdegradatie kan voorkomen of stoppen.
  • Je kunt de invloed van de mens op natuur en milieu in de verschillende landschapszones beschrijven en verklaren.

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

geofactoren zijn
A
gesteente en relief
B
bodem
C
mens
D
flora en fauna

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe een landschap eruit ziet wordt bepaald door acht geofactoren.
Welke hoort er niet bij?
A
ondergrond en klimaat
B
de mens en de bodem
C
water en lucht
D
zeestromen en reliëf

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke geofactor is tegenwoordig dominant en bepalend voor een landschap?
A
Klimaat
B
Mens
C
Dier
D
Plant

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke geofactor bepaalt de overgang tussen steppe en woestijn?
A
Temperatuur
B
Neerslag
C
De bodem
D
Reliëf

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke geofactor wordt steeds dominanter?
A
Het klimaat
B
De ondergrond
C
De mens
D
Dieren

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 8 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Landschappen veranderen
Landdegradatie: Achteruitgang kwaliteit vd bodem en het landschap door overbeweiding, te intensief gebruik en ontbossing, waardoor het land biologische en economische productiecapaciteit verliest.

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kwetsbaar vooral bij:
klimaatverandering:
  • lange droge periodes
  • veel reliëf
  • groot neerslagoverschot/tekort

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Landdegradatie oorzaak/gevolg
Drie vormen:
- (versnelde) bodemerosie
- verzilting
- verwoestijning
Oorzaken door:
- overbeweiding
- ontbossing
- onzorgvuldige landbouw

Door de mens of door de natuur?

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Eerst de oorzaken:

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Klimaatfactoren
Oorzaak 1: Overbewijding
Het verdwijnen van de vegetatie doordat er te veel vee graast, heet overbeweiding.

Slide 15 - Diapositive

Als er te veel vee graast in een gebied, wordt alles kaalgevreten. De natuurlijke vegetatie krijgt niet de kans zich te herstellen. Het verdwijnen van de vegetatie doordat er te veel vee graast, heet overbeweiding (figuur 5.16). Het is een van de belangrijkste oorzaken van verwoestijning in woestijnsteppes.
Oozaak 2: Ontbossing.....

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Oorzaak 3: onzorgvuldig landbouw

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Drie vormen van landdegradatie

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vorm 1: Verwoestijning
  • In Aride- en semi-aride gebieden
  • Van nature weinig begroeiing
  • Door overbeweiding en ontbossing verdwijnt de vegetatie
  • Daardoor meer kale vlaktes (dus meer woestijn) 

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Vorm 2: Bodemerosie
Bodemerosie = Het door erosie verdwijnen van het voor planten belangrijke deel van de bodem.
  • Treedt van nature vooral op in reliëfrijke en droge gebieden
  • Door de wind en water slaat de bodem weg
  • Mens versterkt dit door ontbossing en overbeweiding

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vorm 3: Verzilting
  • In Aride en semi-Aride gebieden valt weinig neerslag
  • Boeren pompen dan grondwater uit de bodem
  • Dit grondwater bevat een klein beetje zout
  • Doordat het water verdampt, blijft het zout achter
  • Op den duur verzilt de bodem
  • Verzilting = het zouter worden van de bodem

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 27 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Oplossingen?

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

DRUPPELIRRIGATIE

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Terrassen

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Meer bos!

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag
Maak van §3.7 opdrachten 1 t/m 6
Eerder klaar? Ga dan bezig met je PO

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions