H4.2 Lezen - Les 1

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t, havo
• Leerjaar 2

Havo 2

Lezen H4.2 

Les 1

Lesprogramma

• Voorkennis activeren
• Theorie  activerende tekst
• Theorie 'Beeld en opmaak'
• Aan de slag met opdrachten
• Afsluiting les

Lesdoelen

Aan het einde van de les kun je vier tekstdoelen herkennen  en weet je in welke teksten beeld en opmaak heel belangrijk zijn.

Welk tekstdoel? Er zitten twee vliegen op het kale hoofd van een oude man. Zegt de ene vlieg: 'Weet je nog dat we hier vroeger verstoppertje speelden?'

1. Informeren
2. Amuseren
3. Overtuigen
4. Activeren

Welk tekstdoel? Het KNMI waarschuwt voor winterse buien.

1. Informeren
2. Amuseren
3. Overtuigen
4. Activeren

Welk tekstdoel? Prachtige BBC-documentaires. Twee dvd's al vanaf € 18,95!

1. Informeren
2. Amuseren
3. Overtuigen
4. Activeren

Welk tekstdoel? Elke school hoort een vrouwelijke directeur te hebben.

1. Informeren
2. Amuseren
3. Overtuigen
4. Activeren

Noteer een signaalwoord dat hoort bij een opsommend verband

Noteer een signaalwoord dat hoort bij een tegenstellend verband

Noteer een signaalwoord dat hoort bij een redengevend verband

Noteer een signaalwoord dat hoort bij een oorzaak/gevolg verband

Wat is een activerende tekst?

Welke tekstvorm past bij een activerende tekst?

Wat is het verschil tussen activeren en overtuigen?

Activerende tekst

Een activerende tekst wil de lezer vooral tot actie aanzetten. Bijna altijd is informatie geven het tweede tekstdoel. Met die informatie probeert de schrijver de lezer over te halen.

Activerende tekst

Twee soorten activerende teksten komen veel voor:

- reclame: probeert de lezer tot iets over te halen, bijvoorbeeld iets kopen.

Tekstvormen: advertentie, affiche, folder.

- oproep: nodigt de lezer uit iets te doen, bijvoorbeeld ergens aan meewerken, ergens lid van worden, geld storten voor een goed doel.

Tekstvormen: uitnodigingsbrief, uitnodigingsmail.

Beeld en opmaak

Beeld en opmaak (synoniem: lay-out) zijn in activerende teksten een belangrijk middel om aandacht te trekken.

- Opmaak: alles wat de schrijver doet met de uiterlijke vorm van de tekst, zoals de verdeling over de pagina, de keuze van lettertype en lettergrootte en het gebruik van kleur.

- Beeld: de afbeelding die met de tekst is gecombineerd. Mogelijke functies: aandacht trekken; illustratie bij de tekst; voorbeeld bij de tekst; toevoeging van informatie die niet in de tekst staat.

Aan de slag

Ga nu op je Chromebook aan de slag met opdracht 2 t/m 7 van H4.2 Lezen. Dit is ook huiswerk voor de volgende les.

Je mag met een muziekje op werken. Als je klaar bent, ga je de Test Jezelf maken van H4.4, H4.5 en H5.5 ter voorbereiding op de so van volgende week.