AugLB introductie brugklas paragraaf 4

Het vak levensbeschouwing
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
LevensbeschouwingMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Het vak levensbeschouwing

Slide 1 - Diapositive

Noem een regel/afspraak bij jullie thuis EN welke waarde daar (stiekem) bijhoort

Slide 2 - Question ouverte

bespreken opdracht 13
Hieronder staan 5 waarden. Neem de waarden over in je schrift en noteer bij iedere waarde 2 normen (die nog niet eerder genoemd zijn):

Vriendschap/  vrijheid/   Sport/  Veiligheid/ Eerlijkheid

Slide 3 - Diapositive

opdracht 14

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Met welke groepen deel jij een levensbeschouwing?

Slide 8 - Question ouverte

soorten levensbeschouwingen
individuele levensbeschouwing:
is jouw eigen, persoonlijke, kijk op het leven

gemeenschappelijke levensbeschouwing:
een kijk op het leven die je deelt met een groep mensen die dezelfde waarden en normen hebben

Slide 9 - Diapositive

Kun je een voorbeeld verzinnen van botsende levensbeschouwingen?

Slide 10 - Question ouverte

3 soorten levensbeschouwingen
  1. godsdienstig (theisme):
    -bij antwoorden op levensvragen wordt god vaak betrokken
    -jodendom, christendom, islam, etc
  2. niet-godsdienstig
    -bij antwoorden op levensvragen kijken deze mensen niet naar god voor een antwoord
    -agnost: twijfelen aan het bestaan van God
    -boeddhisten, sommige humanisten
  3. anti-godsdienstig:
    -
    bij antwoorden op levensvragen wordt god nooit betrokken, want atheisten zijn tegen alles wat met godsdienst te maken heeft
    -sommige humanisten

Slide 11 - Diapositive

Leg uit:
“Iedere godsdienst is een levensbeschouwing, maar niet iedere levensbeschouwing is een godsdienst.”

Slide 12 - Question ouverte

verschil religie vs godsdienst
godsdienst: een LB die uitgaat van het bestaan van een God of goden


Religie: levensbeschouwing die de mens in verbinding ziet met het ‘hogere’ (kan een God zijn, of  goden, de kosmos of een levenskracht)

Slide 13 - Diapositive

wat betekent polytheïsme?

Slide 14 - Question ouverte

Maak van paragraaf 4:
-een quiz voor je klasgenoten (bv. via Kahoot!)
-een samenvatting/mindmap
-maak spiekkaartjes met moeilijke woorden (bv. Quizlet)

Slide 15 - Diapositive