1. Wie was Lodewijk XVI en wat was zijn bijnaam?
2. Lodewijk had het in zijn eentje voor het zeggen. Hoe noem je deze macht?
3. Hoe dacht Lodewijk over de adel? Hoe kwam dit?
4. Hoe heette het paleis van Lodewijk XIV?
5. Waarom omringde Lodewijk XIV zich met de adel?
6. Lodewijk had het in zijn eentje voor het zeggen. Hoe noem je deze macht?
7. Hoe heette de minister van Financiën en economische zaken? Wat deed hij om de schatkist te vullen?
8. Wie moesten er voor alles betalen in Frankrijk?