Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 15 min
Éléments de cette leçon
Welkom
bij Nederlands
Slide 1 - Diapositive
Is jouw telefoon ingeleverd op vliegtuigstand?
Telefoon inleveren
Slide 2 - Diapositive
Wie is er aanwezig?
Slide 3 - Diapositive
Huiswerkcheck
Slide 4 - Diapositive
HUISWERK NAKIJKEN
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Doel van de les
- Het leerdoel is dat je tekstverbanden en signaalwoorden kunt herkennen in een tekst.
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Tekstverbanden
Slide 12 - Carte mentale
Tekstverbanden en signaalwoorden
In teksten hebben zinnen en alinea's met elkaar te maken. Ze houden verband met elkaar. Aan een signaalwoord zie je met welk verband je te maken hebt. Die woorden helpen je een tekst beter te begrijpen.
Slide 13 - Diapositive
Welke tekstverbanden ken jij?
Slide 14 - Question ouverte
Tekstverbanden met aantal signaalwoorden
Tegenstelling: in tegenstelling tot, maar, echter, hoewel, daarentegen,..
Voorbeeld: denk aan, zo, zoals, bijvoorbeeld, neem nou, ..
Opsomming: ten eerste, ten tweede, ook , en, opsommingstekens, ...