5.6.2. regeling

1 / 37
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havoLeerjaar 1

Cette leçon contient 37 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Wat is een hormoon?

Slide 2 - Question ouverte

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Planten maken suiker tijdens de fotosynthese. Hoe noemen we deze soort suiker?

Slide 7 - Question ouverte

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Hormonen zijn:
A
Regelstoffen
B
Voedingsbestanddelen
C
Geslachtskenmerken

Slide 27 - Quiz

Regeling vindt plaats d.m.v
A
Hormonen
B
Impulsen

Slide 28 - Quiz

Duur van de regeling t.o.v. het zenuwstelsel
A
Korter
B
Langer

Slide 29 - Quiz

Welke stoffen worden gemaakt in de Eilandjes van Langerhans die de bloedsuikerspiegel regelen?
A
Glycogeen en glucagon
B
Insuline en glycogeen
C
Insuline en glucagon
D
Insuline en glucose

Slide 30 - Quiz

Adrenaline
  • Ook adrenaline heeft invloed op de glucosegehalte in het bloed.

  • Adrenaline wordt gemaakt in de bijnieren.

  • Wanneer komt adrenaline vrij?

Slide 31 - Diapositive

Adrenaline

Slide 32 - Diapositive

Nieren en bijnieren
De bijnieren liggen als kapjes op de nieren.
  • In een stress situatie produceren de bijnieren adrenaline
  • Adrenaline heeft een snelle, kortdurende werking. 
  • Adrenaline zorgt dat de glucoseconcentratie van het bloed stijgt,  dat je hart sneller gaat kloppen, dat je sneller gaat ademhalen en dat de bloedvaten naar de spieren en hersenen zich verwijden.

Adrenaline wordt ook wel het fight, flight, fright hormoon genoemd.

Slide 33 - Diapositive

Als het gevolg van meer adrenaline in het bloed:
A
Worden de luchtwegen nauwer
B
Worden de bloedvaten naar de darm nauwer
C
Daalt de hoeveelheid glucose in het bloed
D
Wordt de hartslag verlaagd

Slide 34 - Quiz

Welke klieren produceren adrenaline?
A
bijnieren
B
eilandjes van langerhans
C
schildklier
D
hypofyse

Slide 35 - Quiz

Wat voor effect heeft adrenaline op de hartslag en de bloeddruk?
A
De hartslag daalt, bloeddruk neemt toe
B
De hartslag en bloeddruk nemen toe
C
De hartslag neemt toe, bloeddruk daalt
D
De hartslag en de bloeddruk dalen

Slide 36 - Quiz

De bijnieren maken het hormoon adrenaline.

Welk effect kan adrenaline hebben op je lichaam?

A
je ademhaling vertraagt
B
je hartslag daalt
C
glycogeen wordt omgezet in glucose
D
je pupillen worden kleiner

Slide 37 - Quiz