H22_gnm bij schildklieraandoening

Schildklieraandoeningen 
H22 farmacotherapie in de apotheek 
Geneesmiddelen
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
BSPMBOStudiejaar 1,2

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Schildklieraandoeningen 
H22 farmacotherapie in de apotheek 
Geneesmiddelen

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 5 - Diapositive

Verder nog propylthiouracil en carbimazol om te snel werkende schildklier af te remmen.
Met deze middelen eerst schildklier plat en vervolgens met levothyroxine als substitutietherapie. Bij hartkloppingen en versnelde hartslag eerste 6 weken een betablokker.

T3

Liothyronine (T3) is direct actief, wat is de reden dat dit gnm geen 1e keus is

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Mensen met hyperthyreoïdie krijgen vaak zowel Strumazol als Thyrax.
Waarom?
(zoek het antwoord op in je boek)

Slide 7 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

welke antwoorden horen bij levothyroxine?
A
thyreostatica
B
thyrax
C
thyreomimetica
D
strumazol

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

dhr. de Vries gebruikt thyrax 0,1mg 1 keer per dag 1 tablet. Op welk tijdstip moet dhr thyrax innmen?
Nu krijgt dhr de Vries ook ferrofumaraat 200mg 3d1t. Welk advies over de inname van de ijzertabletten geef je meneer?

Slide 11 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

levothyroxine
thiamazol
thyreostatica
thyreomimetica
hyperthyreoidie
hypothyreoidie
werking schildklier wordt nagebootst
werking schildklier wordt geremd

Slide 12 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions