2e les: vraagwoorden & Friday the 14th

• Engels
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

Welcome! 

Take a seat and log in to this lesson up :)

Your preparation for today

Do: exercises 1, 2, 3, 4 on pages 10 & 11, and exercises 1, 2 & 3 on pages 15, 16 & 17

Study: 'Classroom English' on page 19.

superstitions

Friday the 13th

In groups of 3-4, discuss why Friday the 13th is considered to be unlucky.

Write down your answer on the next slide - IN ENGLISH! :)

Why is Friday the 13th considered to be unlucky?

01:09

What does "significant" mean?

1. onzin
2. belangrijk
3. behoorlijk
4. veelvoorkomend

02:19

"quell the superstition"
What does that mean?

1. eind maken aan het bijgeloof
2. bevestigen van het bijgeloof
3. bijgeloof erger maken
4. bijgeloof strafbaar maken

02:30

What do you think happened to the ship?

04:44

"mundane things"

1. extreme dingen
2. bijzondere dingen
3. gewone dingen
4. grappige dingen

Were you right with your answer before?

1. Yes
2. No

Question words:

Copy these into your notebook and write down the Dutch translation: 

who

what

where

when

why

whose

how

Which

Welke zijn er allemaal?

who

what

where

when

why

whose

how

Welke zijn er allemaal?

wie

wat

waar

wanneer

waarom

van wie (wiens/wier)

hoe

Maak zelf een vraag met:
'Which"

Maak zelf een vraag met:
'What"

Maak zelf een vraag met:
'When"

Maak zelf een vraag met:
'Why"

Maak zelf een vraag met:
'How"

Blooket:

Go to play.blooket.com

and enter Game ID

Korte samenvatting

Who:                       je gebruikt who om te vragen wie er wordt bedoeld.

What:                     je gebruikt what om te vragen wat iets is.

Where:                  je gebruikt where om te vragen naar een plaats.

When:                   je gebruikt when om te vragen naar een tijd.

Why:                      je gebruikt why om te vragen naar een reden

How:                      je gebruikt how om te vragen naar de manier waarop iets     gebeurt, of gevoelens.

Evaluatie:

1. Wat hebben wij geleerd en gedaan?
2. Ging het toepassen goed?
3. Hoe zorg je ervoor dat je herinnert wat er vandaag geleerd is? 

Linkee