11.2 Ideologie

11.2 Ideologie
- Wat betekent het?
- Welke ideologieën zijn er?
- Hoe kunnen we ze indelen en vergelijken?
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

11.2 Ideologie
- Wat betekent het?
- Welke ideologieën zijn er?
- Hoe kunnen we ze indelen en vergelijken?

Slide 1 - Diapositive

Ideologie
Welke ideologieën weet je nog van vorig jaar?
Welke standpunten weet je nog van vorig jaar?
Een samenhangend geheel van beginselen en denkbeelden, meestal uitmondend in ideeën over de meest wenselijke maaschappelijke en politieke verhoudingen.

Slide 2 - Diapositive

Links - rechts?
Het is dus ingewikkelder. Je kan politieke meningen (standpunten) indelen op 4 dimensies:
1. Links - rechts 
2. Progressief - conservatief
3. Nationalisme - internationalisme
4. Materialisme - postmaterialisme
Lees 'Indeling van standpunten' p. 10

Slide 3 - Diapositive

Om sterker te staan in de wereld moet Nederland macht afstaan aan de Europese Unie.
A
Links - Rechts
B
Progressief - conservatief
C
Nationalisme-internationalisme
D
Materialisme- postmaterialisme

Slide 4 - Quiz

Softdrugs moeten in NL zo snel mogelijk gelegaliseerd worden.
A
Links - Rechts
B
Progressief - conservatief
C
Nationalisme-internationalisme
D
Materialisme- postmaterialisme

Slide 5 - Quiz

Hoe meer iemand verdient, hoe meer belasting hij/zij moet betalen.
A
Links - Rechts
B
Progressief - conservatief
C
Nationalisme-internationalisme
D
Materialisme- postmaterialisme

Slide 6 - Quiz

Het tegengaan van klimaatverandering is belangrijker dan economische groei.
A
Links - Rechts
B
Progressief - conservatief
C
Nationalisme-internationalisme
D
Materialisme- postmaterialisme

Slide 7 - Quiz

De overheid moet bedrijven dwingen om evenveel mannen als vrouwen in dienst te nemen.
A
Links - Rechts
B
Progressief - conservatief
C
Nationalisme-internationalisme
D
Materialisme- postmaterialisme

Slide 8 - Quiz

Het moet voor middelbare scholieren verplicht worden om elke ochtend het Wilhelmus te zingen.
A
Links - Rechts
B
Progressief - conservatief
C
Nationalisme-internationalisme
D
Materialisme- postmaterialisme

Slide 9 - Quiz

De regering moet miljarden investeren in Defensie om de veiligheid te waarborgen.
A
Links - Rechts
B
Progressief - conservatief
C
Nationalisme-internationalisme
D
Materialisme- postmaterialisme

Slide 10 - Quiz

De overheid moet zich vooral bezighouden met de veiligheid in het land en voor de rest te burgers vrij laten.
A
Links - Rechts
B
Progressief - conservatief
C
Nationalisme-internationalisme
D
Materialisme- postmaterialisme

Slide 11 - Quiz

Doen:
Lees 11.2
maak opdracht 3 en 7

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

Slide 14 - Vidéo

Welke ideologie is het?
(opdracht 6)

Slide 15 - Diapositive

Geweld is een gepast middel als daarmee volledige gelijkheid bereikt kan worden
A
Liberalisme
B
Conservatisme
C
Fascisme
D
Confessionalisme

Slide 16 - Quiz

Tradities zijn een belangrijke basis voor een land en moeten beschermd worden tegen veranderingen van buitenaf.
A
Liberalisme
B
Conservatisme
C
Fascisme
D
Confessionalisme

Slide 17 - Quiz

Een van de basistaken van de overheid is het bieden van bescherming onder andere tegen het stelen van eigendommen.
A
Liberalisme
B
Conservatisme
C
Fascisme
D
Confessionalisme

Slide 18 - Quiz

Alle bestaansmiddelen moeten in handen zijn van de overheid, zodat deze ze eerlijk kan verdelen tussen alle burgers.
A
Liberalisme
B
Communisme
C
Socialisme
D
Confessionalisme

Slide 19 - Quiz

Burgers zijn vooral zelf verantwoordelijk voor hun levensonderhoud, niet de overheid.
A
Liberalisme
B
Communisme
C
Socialisme
D
Confessionalisme

Slide 20 - Quiz

De verschillen in inkomens van mensen moeten zoveel mogelijk verkleind worden.
A
Liberalisme
B
Communisme
C
Socialisme
D
Confessionalisme

Slide 21 - Quiz

De Bijbel moet bepalend zijn als de overheid beslissingen moet nemen.
A
Liberalisme
B
Conservatisme
C
Fascisme
D
Confessionalisme

Slide 22 - Quiz

Burgers moeten zoveel mogelijk kunnen meebeslissen bij belangrijke gebeurtenissen, bijvoorbeeld dmv referenda.
A
Liberalisme
B
Communisme
C
Socialisme
D
Confessionalisme

Slide 23 - Quiz

Afronding
Huiswerk: opdracht 8
Studiewijzer volgt (snel!)

Slide 24 - Diapositive