KGT Les 5 bacteriën

• Biologie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Basisstof 5: Bacteriën

Huiswerk controle!!!

Bladzijde 176 open leggen

Hoe is het huiswerk gemaakt?

Nog moeilijkheden?

Wat gaan we vandaag doen?

Huiswerk noteren

Lesdoelen

Even terugblikken

Uitleg basisstof 5  en 6

Aan de slag! 

Gewone zeehond

Phoca vitulina

Alpenkauw

Rijk: Animalia (Dieren)

Stam: Chordata (Chordadieren)

Klasse: Aves (Vogels)

Orde: Passeriformes (Zangvogels)

Familie: Corvidae (Kraaien)

Geslacht: Pyrrhocorax

Soort:

Pyrrhocorax graculus

(Linnaeus, 1766)

Huiswerk 3.5

Dinsdag 4e uur:

Kader en GL:

Huiswerk 3.5 Bacteriën

Lezen va blz. 184

Maken 1 t/m 9

GL:

Huiswerk 3.6 Gewervelden

Lezen va blz. 195

Maken 1 t/m 4

Lesdoelen

Aan het einde van deze les kan je...

1. Tenminste 2 manieren benoemen waarbij bacteriën nuttig zijn
2. 1 manier vertellen hoe de bacteriën zich minder snel kunnen voortplanten.

Even terugblikken

Waar of niet waar:
In schimmels kan fotosynthese plaatsvinden

1. Waar
2. Niet waar

Wat is NIET juist?

1. Schimmels hebben lange schimmeldraden
2. Schimmels planten zich voort met sporen
3. Schimmels kunnen nuttig of schadelijk zijn
4. De penseelschimmel maakt sporen in een orgaan

Waar of niet waar:
"Een paddenstoel is een orgaan van een schimmel"

1. Waar
2. Niet waar

Bouw van bacteriën

Bacteriën hebben als enige groep geen celkern. 

Bacteriën zijn eencellig: ze bestaan altijd maar uit één cel.

Bouw van bacteriën

Bacteriën zijn heel klein, met je blote oog kan je ze niet zien.

Onder een gewone microscoop zie je alleen maar streepjes.

Onder een elektronenmicroscoop kun je ze wel goed zien.

Voortplanting

Bacteriën planten zich voort door celdeling. Iedere cel kan zichzelf in tweeën splitsen.

Dit gaat erg snel, vooral in warme omstandigheden. 

Nut en schade

Bacteriën zitten overal op en in je lichaam -> wel miljarden goede bacteriën. 

Ze helpen bij het verteren van voedsel.

Ze beschermen je tegen ziekteverwekkers. 

Nut en schade

Ook in de natuur zijn bacteriën erg nuttig. Ze ruimen, net als schimmels, dode resten van organismen op. 

Ons voedsel bestaat ook uit resten van organismen, denk maar aan fruit, groenten en vlees. Hierop kunnen bacteriën erg goed leven. Daardoor kan voedsel bederven.

Nut en schade

Maar we kunnen bacteriën ook gebruiken om juist voedingsmiddelen na te maken.

Denk aan yoghurt en zuurkool.

Nut en schade

• Helaas kunnen sommige bacteriën ziektes zoals longontsteking veroorzaken. 
• Deze ziekten kunnen we vaak goed bestrijden met antibiotica (gemaakt van de penseelschimmel)

Bacteriën hebben een....

1. celwand.
2. celwand en een celkern.
3. celwand en bladgroenkorrels.
4. een celwand, bladgroenkorrels en een celkern.

Bacteriën zijn

1. Soms ééncellig, soms meercellig
2. Altijd ééncellig
3. Altijd meercellig

Wat zijn bacteriën voor ons?

1. Vrienden
2. Vijanden
3. Allebei
4. Allebei niet

Bacteriën hebben:

1. geen skelet
2. een inwendig skelet
3. een uitwendig skelet

Bacteriën

1. planten zich niet voort
2. vermeerderen zich door te delen
3. planten zich voort met zaadjes
4. Planten zich voort met sporen

Kader : Aan de slag!

Wat?  Lezen va blz. 184 Maken 1 t/m 9

Hoe?   Je bent stil!

Hulp?  Vragen aan je buur, fluisterend, na de uitleg van 3.6 ook aan de docent

Tijd?   10 minuten

Uitkomst, wat doen we ermee? Bedenk welke vragen bij de lesdoelen horen. Random check bij 3 leerlingen.

Klaar? Test-je-zelf 3.5 of werken aan je werkstuk