Cette leçon contient 28 diapositives, avec diapositives de texte et 2 vidéos.
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Vidéo
Slide 2 - Diapositive
grondwet van 1848
Artikel 6
1. Ieder heeft het recht zijn godsdienst of levensovertuiging, individueel of in gemeenschap met anderen, vrij te belijden, behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet.
Confessionelen (katholieken én protestanten) strijden voor gelijke subsidies scholen
Opkomst politieke partijen om eigen eisen kracht bij te zetten Kuypers Anti-Revolutionaire Partij (1878), Liberale Unie (1885), Sociaal-Democratische Arbeiderspartij (1894), Katholieke Algemene Bond (1904),
Slide 5 - Diapositive
‘Wie zal dat betalen, zoete lieve Gerritje!’ Minister De Visser schrikt
van de talloze bijzondere scholen die als paddenstoelen uit de grond schieten. Minister De Visser is minister van financiën. Hij moet voor het geld zorgen.’
Slide 6 - Diapositive
Over welk onderwerp gaat deze spotprent?
‘Wie zal dat betalen, zoete lieve Gerritje!’ Minister De Visser schrikt
van de talloze bijzondere scholen die als paddenstoelen uit de grond schieten. Minister De Visser is minister van financiën. Hij moet voor het geld zorgen.’
Slide 7 - Diapositive
Is de tekenaar een voorstander of een tegenstander van de schoolstrijd?
‘Wie zal dat betalen, zoete lieve Gerritje!’ Minister De Visser schrikt
van de talloze bijzondere scholen die als paddenstoelen uit de grond schieten. Minister De Visser is minister van financiën. Hij moet voor het geld zorgen.’
Slide 8 - Diapositive
Tot welke maatschappelijk-politieke stroming behoort de tekenaar waarschijnlijk?
‘Wie zal dat betalen, zoete lieve Gerritje!’ Minister De Visser schrikt
van de talloze bijzondere scholen die als paddenstoelen uit de grond schieten. Minister De Visser is minister van financiën. Hij moet voor het geld zorgen.’
Slide 9 - Diapositive
noteer de volgeden 2 vragen
1. Waarom laat Abraham Kuyper de grote spoorwegstaking van 1902 zo hard neerslaan als hij naar eigen zeggen toch opkomt voor "de kleine luyden"
2. Leg uit wat "soevereiniteit in eigen kring" is.
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Vidéo
1. Waarom laat Abraham Kuyper de grote spoorwegstaking van 1902 zo hard neerslaan als hij naar eigen zeggen toch opkomt voor "de kleine luyden"
2. Leg uit wat "soevereiniteit in eigen kring" is.
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Diapositive
Algemeen kiesrecht
Slide 15 - Diapositive
Algemeen kiesrecht
De socialisten wilden graag algemeen kiesrecht voor alle mannen.
Zij hadden veel aanhang onder de arbeiders.
Veel arbeiders mochten niet stemmen.
De confessionelen ‘wilden’ door de schoolstrijd ook algemeen kiesrecht.
Liberalen: beperkte en geleidelijke uitbreiding (geschikt en bekwaam)
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Diapositive
Over welke twee onderwerpen gaat deze spotprent?
Slide 18 - Diapositive
Wie is de man bij de boom?
Slide 19 - Diapositive
Wat is de mening van de tekenaar van deze spotprent? Leg dit uit met een beeldelement
Slide 20 - Diapositive
De tekenaar van deze spotprent behoort waarschijnlijk tot welke politiek-maatschappelijke stroming?
Slide 21 - Diapositive
WOI
Tijdens de Eerste Wereldoorlog was Nederland neutraal.
Wel impact: bedrijven moesten sluiten, werkloosheid, voedsel op de bon, het leger stond paraat.
Door deze moeilijkheden moesten de politieke stromingen wel gaan samenwerken.
Slide 22 - Diapositive
Oplossingen
Omdat de socialisten, liberalen, katholieken en protestanten nu wel moesten samenwerkingen konden twee discussies/problemen worden opgelost.