23-02-13-mh2-cap. 6 pret. perfecto

¡Bienvenidos!
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

¡Bienvenidos!

Slide 1 - Diapositive

Programa de hoy
 Pretérito perfecto
1. Uitleg herhaling.
2. Zelfstandig mee aan de slag. 

Doel van de les:
- Je weet wat de pretérito perfecto is en je weet hoe je deze gebruikt. 

Op tafel:
- boeken
- schrift

Slide 2 - Diapositive

De verleden tijd

Slide 3 - Diapositive

perfecto - indefinido - imperfecto
Perfecto: Het tijdvak waarin iets gebeurde is nog gaande (vanochtend, vanmiddag, vanavond, vandaag, deze week, deze maand, enz.)
indefinido: Het tijdvak waarin iets gebeurde is afgesloten (gister, vorige week, enz.) 
imperfecto: onduidelijk wanneer iets gebeurde in het verleden (vroeger, in mijn jeugd, enz.)

Slide 4 - Diapositive

El pretérito perfecto
Je gebruikt deze tijd wanneer de periode waarin de gebeurtenissen plaatsvonden nog niet is afgesloten.
Ook gebruik je deze tijd wanneer het niet bekend of niet belangrijk is wanneer iets is gebeurd. 

Vervoeging: hulpwerkwoord + voltooid deelwoord
He caminado en el bosque
Hemos estudiado para el exámen

Slide 5 - Diapositive

Hoe maak ik de voltooid tegenwoordige tijd?
Ik heb nodig:

- de vervoeging van een hulpwerkwoord 
- het voltooid deelwoord

Slide 6 - Diapositive

Hoe maak ik de pretérito perfecto?
Ik heb nodig:

- de vervoeging van het hulpwerkwoord haber
- het Spaanse voltooid deelwoord

Slide 7 - Diapositive

Pretérito Perfecto

Slide 8 - Diapositive

Pretérito perfecto
Werkwoorden op -ar                           -ado
Werkwoorden op -er                           -ido
Werkwoorden op -ir                             -ido

Uitzonderingen: 



decir
dicho
hacer
hecho
escribir
escrito
ver
visto

Slide 9 - Diapositive

Het hulpwerkwoord voor de
presente perfecto is...
A
hace
B
hacer
C
hader
D
haber

Slide 10 - Quiz

De perfecto van estar=
A
estido
B
estedo
C
estado

Slide 11 - Quiz

Perfecto: Ir (ellas)
A
Ha isto
B
Han ido
C
Hemos isto
D
Habéis ido

Slide 12 - Quiz

Perfecto: Hacer (tú)
A
He hecho
B
Ha hacado
C
Has hecho
D
Has hacido

Slide 13 - Quiz

Evaluación
Zoveel vormen van het hulpwerkwoord 'haber' zou ik nu al kunnen opnoemen:
06

Slide 14 - Sondage

Hacer: Werkboek p. 84 
(capítulo 6 - D)
Opdracht 11 b & c
Opdracht 12 a & b
Opdracht 13 a, b & c. 

Theorie: blz. 53 tekstboek

Dit moet dinsdag aan het eind van de les af zijn.

Slide 15 - Diapositive

Pretérito perfecto

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive