3H les 15 periode 2

3H - programa de 6 de diciembre
nakijken oefen 1 t/m 4
luisteroefening 5 en 6
HERHALEN STOF PW
• oefenen op verbuga/studyspanish - ww p. 1, 2 en 31 gele boekje
• voca elkaar overhoren
• vragen over of oefenen met:
bezittelijk vnw
getallen
toekomende tijd met ir + a + hele ww
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 15 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

3H - programa de 6 de diciembre
nakijken oefen 1 t/m 4
luisteroefening 5 en 6
HERHALEN STOF PW
• oefenen op verbuga/studyspanish - ww p. 1, 2 en 31 gele boekje
• voca elkaar overhoren
• vragen over of oefenen met:
bezittelijk vnw
getallen
toekomende tijd met ir + a + hele ww

Slide 1 - Diapositive

respuestas ejercicios 1a y b
Ejercicio 1a
1 -
2 De Atlantische Oceaan en de Middellandse Zee
3 Andalusië

Ejercicio 1b
1 Grens
2 Kust van het licht
3 Februari

Slide 2 - Diapositive

respuestas ejercicio 2
Ejercicio 2
1 el sol
2 el camping
3 la piscina
4 la playa
5 surfear
6 el bosque

Slide 3 - Diapositive

respuestas ejercicio 3
Ejercicio 3a
1 zaterdag
2 op de camping
3 verschillende activiteiten waaraan je kunt meedoen

Ejercicio 3b
1 b
2 a
3 a
4 b

Ejercicio 3c
1 falso
2 verdadero
3 verdadero
4 falso
5 verdadero
6 verdadero

Slide 4 - Diapositive

respuestas ejercicio 4a
Ejercicio 4a

1h
2e
3b
4f
5g
6a
7d
8c

Slide 5 - Diapositive

respuestas ejercicio 4b y c
Ejercicio 4b
1 la noche
2 participar
3 frío
4 una mochila
5 una linterna
6 el despacho
7 verano

Ejercicio 4c
1 Habéis visitado Cádiz, ¿no? / ¿Habéis visitado Cádiz?
2 He comprado mucha ropa.
3 ¿Tienes un plano del camping?
4 ¿Qué tipo de ropa hay que llevar?
5 Hay que llevar un jersey abrigado.

Slide 6 - Diapositive

ejercicio con los posesivos (bezittelijk vnw)
1. onze kado's
2. jouw kleding
3. jullie rok
4. mijn zonnebril
5. haar maat

Slide 7 - Diapositive

ejercicio con los números
1. 239 tassen
2. 510 broeken
3. 722 winkels
4. 1001 shirts
5. 957 kleuren

Slide 8 - Diapositive

ejercicio con futuro inmediato/futuro próximo
1. ik ga uitrusten.
2. wij gaan een wandeling maken
3. hij gaat betalen
4. zij gaan kleding kopen
5. jullie gaan iets drinken

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Lien

respuestas ejercicio 5
Ejercicio 5a
1 vier
2 Ben je bang in het donker?
3 Een zaklamp
4 In het bos
Ejercicio 5b
1g, 2b, 3f, 4e, 5c, 6a, 7d

Slide 11 - Diapositive

respuestas ejercicio 6a y b
Ejercicio 6a
1 in het donker.
2 of Marta vanavond ook meegaat.
3 een beetje.
4 naar het zwembad.
5 om drie uur

Ejercicio 6b
1 a 3 b
2 b 4 a

Slide 12 - Diapositive

respuestas ejercicio 6c y d
Ejercicio 6c
1 twee
2 half negen
3 half elf
4 blauw
5 verliefd
6 zaklamp

Ejercicio 6d
1 falso
2 falso
3 verdadero
4 verdadero
5 falso
6 verdadero

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Lien

Deberes de jueves 10 de diciembre
leren voor je proefwerk!

Slide 15 - Diapositive