3.3 Nederland en Bangladesh

4 vwo 3.3 Nederland en Bangladesh
H3 Klimaatverandering in perspectief

Klimaatvraagstukken
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

4 vwo 3.3 Nederland en Bangladesh
H3 Klimaatverandering in perspectief

Klimaatvraagstukken

Slide 1 - Diapositive

Van mondiaal (3.2) --> continentaal --> nationaal (3.3)

- opschuiven klimaat-/vegetatiezones
- afname landijsbedekking
- zeespiegelstijging
schaalniveaus 

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoel
  • Welke gevolgen heeft de klimaatverandering voor laaggelegen kustgebieden als in Nederland en Bangladesh?

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Overeenkomsten Bangladesh en Nederland?

Slide 4 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe verschilt Bangladesh van Nederland?

Slide 5 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 6 - Diapositive

Links: Bangladesh
Rechts Nederland rivierdelta rijn/maas
Temperatuurstijging
IPCC
KNMI
scenario's
Uitleg KNMI Klimaatsignaal '21

Slide 7 - Diapositive

Wereldwijde temperatuurstijging ten opzichte van 1981-2010 volgens de modelberekeningen voor het IPCC 2013-rapport. Twee uitstootscenario’s: RCP4.5 (stabilisatie) en RCP8.5 (hoge uitstoot).

WH: sterke temperatuurstijging (warm), hoge waarde verandering luchtstromen
WL: sterke temperatuurstijging (warm), lage waarde verandering luchtstromen
GH: gematigde temperatuurstijging, hoge waarde verandering luchtstromen
GL: gematigde temperatuurstijging, lage waarde verandering luchtstromen
KNMI
  • Vertaling van de mondiale IPCC-scenario's naar Nederland 
  • Verschil klimaatscenario's / weersverwachting

Slide 8 - Diapositive

Klimaatscenario’s hebben meestal een tijdshorizon van 50 tot 100 jaar. Hierin verschillen ze van weersverwachtingen (tot 15 dagen vooruit). Scenario’s zijn mogelijke toekomstbeelden, geen prognoses. 
De assessmentrapporten van het IPCC beschrijven klimaatverandering op wereldschaal en bevatten te weinig detail voor Nederland, vandaar dat het KNMI zo snel mogelijk na elk IPCC-assessmentrapport een duiding geeft van de informatie uit het IPCC rapport voor de Nederlandse omstandigheden en klimaatscenario’s voor Nederland levert.
Vertaling en kennen daardoor een vergelijkbare verschijningscyclus van circa zes jaar. 
https://www.knmi.nl/kennis-en-datacentrum/achtergrond/veelgestelde-vragen-over-de-knmi-klimaatscenario-s#2

Volgens de KNMI'14-klimaatscenario's worden de zomers rond 2050 1 tot 2,3 °C warmer. In de winter neemt de gemiddelde neerslag tussen de 3 en 17 procent toe terwijl de zeespiegel rond 2050 tussen de 15 tot 40 cm is gestegen. In de scenariotabel zijn meer van dit soort kerncijfers van de KNMI’14-klimaatscenario's te vinden.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Gevolgen van stijgende temperatuur en toenemende neerslag in Nederland?

Slide 12 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 14 - Diapositive

kaart voor 2030
https://www.nature.com/articles/srep20281

Bangladesh

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Lien

Overstromingen gevolg moesson
Moesson India
Zomer 
ITCZ?
Aanlandige wind

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kijkvragen docu
Welke gevolgen ontstaan er door de hevige regenval?
Waarom worden de problemen alleen maar erger?

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke maatregelen neemt Nederland?

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke maatregelen neemt Bangladesh?

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdrachten

Maak Klimaatvraagstukken
Hoofdstuk 3
§3

Opdr. 2/3/5/6

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

2a zeespiegelstijging
Hoe hoog is de verwachte zeespiegelstijging bij Nederland voor de komende honderd jaar?
  • Boek 35 tot 85 cm


Slide 23 - Diapositive

https://www.youtube.com/watch?v=cEjFGCq_kZM

Dit staat in het Klimaatsignaal’21, een rapport waarvoor het Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut (KNMI) heeft uitgezocht wat het gezaghebbende IPCC-klimaatrapport van deze zomer betekent voor Nederland. In het IPCC-rapport stelden honderden wetenschappers van over de hele wereld vast dat klimaatverandering sneller gaat dan ooit tevoren.
Als de wereld voortgaat op de huidige koers, en langzaam de uitstoot van broeikasgassen weet te matigen, ligt de Nederlandse zeespiegel in 2100 zeer waarschijnlijk tussen de 39 en 94 centimeter hoger. De stijging van de zeespiegel kan ook lager uitpakken: als alles meezit, blijft die beperkt tot 30 centimeter.

Stijging van de zeespiegel wordt in Nederland in verband gebracht met toename van de verzilting.


Gebruik in je antwoord de begrippen kwel, riviermondingen, infiltratie, duinen en dijken.


Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

  • Door stijgend zeewater dringt er meer zout kwelwater onder duinen en dijken door (infiltratie) en zal het zeewater bij vloed verder de riviermondingen van de Westerschelde en de Nieuwe Waterweg in stromen. Laaggelegen delen in West- en Noord-Nederland zullen een hoger zoutgehalte krijgen (verzilting).

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Atlaskaart?
  • Hoe zoeken?
  • GB 54e: 46A of 55e: GB 44A/C, Nederland - Waterkwaliteit, verzilting en verdroging, Verzilting

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verklaar waarom flinke delen van de kuststrook van Noord- en Zuid-Holland geen last hebben van verzilting.



  • Daar ligt een brede strook duinen met een zoetwaterbel in de ondergrond. Heel diep stroomt het zoute water onder de duinen door.

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Door stijgend zeewater dringt er meer zout kwelwater onder duinen en dijken door (infiltratie) en zal het zeewater bij vloed verder de riviermondingen van de Westerschelde en de Nieuwe Waterweg in stromen. Laaggelegen delen in West- en Noord-Nederland zullen een hoger zoutgehalte krijgen (verzilting).

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions