HV2 week 12

HV2 week 12
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

HV2 week 12

Slide 1 - Diapositive

1HV1 Première leçon
Les objectifs :
  • Chapitre 3: Les bonnes affaires
* Je kunt iemand beschrijven.
* Je kunt de w.w. vouloir en pouvoir gebruiken.
* Je kunt een uitnodiging schrijven en beantwoorden.
* Je weet waar je op moet opletten als je een korte tekst gaat schrijven.

Le programme :
  • Apprendre (= leren)  * Bron G (page 130)* Bron H (page 131)
  • Faire (=maken/ doen) ex 28bcd, 29, 30 (p 122-123), ex 31abcdef* (p 124-125)


Bonjour! Bienvenue à la semaine douze!

Slide 2 - Diapositive

Qu'est-ce qu'on va faire?
  • Répéter la semaine dernière
  • Remettre (=Inleveren) Bron E !!!
  • Ex 28BCD ensemble (=samen) page cent-vingt-deux
  • Au travail lesson up inloggen
  • Kahoot
  • Finir les devoirs pour jeudi 21 mars (ex.28-31)
  • Reflectie invullen lesson up

Slide 3 - Diapositive

Répéter la semaine dernière
Wat hebben we vorige week ook alweer geleerd?
Magister geeft de beurt!

  • Wat betekent: SI JE VEUX, JE PEUX ? 
  • Vertaal: Wat wil je kopen?
  • Wat is 2374 in het Frans?
timer
5:00

Slide 4 - Diapositive

Remettre Bron E (INLEVEREN )
Vergeten?
Alle woorden en zinnen overschrijven
Chapitre 3 Bron A B C E F G !!!

Slide 5 - Diapositive

Ex 28 BCD ensemble (=samen) 
page cent-vingt-deux

Phrases-clés 
écouter
parler
timer
5:00

Slide 6 - Diapositive

Lesson up
Prend ton ordinateur

Vul je klascode in

HV2A: dtakt
HV2B: wzomk
HV2C: dourn





Slide 7 - Diapositive

Les verbes pouvoir et vouloir
pouvoir betekent kunnen/mogen
vouloir betekent willen

Het zijn onregelmatige werkwoorden; je moet iedere uitgang per werkwoord uit je hoofd leren

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

je
tu
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
Combineer de juiste vorm van 'pouvoir' met het onderwerp
peux
peux
peut
pouvons
pouvez
peuvent

Slide 10 - Question de remorquage

Slide 11 - Vidéo

Kahootquiz over pouvoir et vouloir
Kopieer de volgende links om te oefenen.

https://kahoot.it/challenge/03129972?challenge-id=118ccaba-c968-46b7-9883-28f0c8e8d48b_1710613763242

https://kahoot.it/challenge/02582927?challenge-id=118ccaba-c968-46b7-9883-28f0c8e8d48b_1710613854541

Slide 12 - Diapositive

MAANDAG : Geef antwoord op de volgende vragen:
1.Heb je het doel behaald? Zie eerste slide.
2.Wat ging er goed in de les?
3.Wat kan er de volgende les beter?

Slide 13 - Question ouverte

Répéter la semaine dernière
Wat hebben we vorige week ook alweer geleerd?
Magister geeft de beurt!

  • Wat betekent: SI JE VEUX, JE PEUX ? 
  • Vertaal: Wat wil je kopen?
  • Wat is 2374 in het Frans?
timer
5:00

Slide 14 - Diapositive

Lesson up
Prend ton ordinateur

Vul je klascode in

HV2A: dtakt
HV2B: wzomk
HV2C: dourn





Slide 15 - Diapositive

Samen met ander ww
Pouvoir & Vouloir worden vaak samen met een ander ww gebruikt, net als in het Nederlands:

Ik KAN heel goed GAMEN
Wij KUNNEN morgen niet KOMEN
Hij WIL met zijn vrienden VOETBALLEN
Zij MOGEN nog niet DRINKEN

Slide 16 - Diapositive

Overeenkomst NL-Fr
Wat we in beide talen doen, is het eerste ww vervoegen
Je peux
Nous voulons

En dan een infinitief erachter!!!
Je peux jouer avec toi
Nous voulons acheter une pizza

Slide 17 - Diapositive

Verschil NL-Fr
Het verschil is, dat in het NL het 2e ww ACHTERAAN in de zin staat, met van alles tussen de ww in:

Wij WILLEN morgen met iedereen een ijsje KOPEN
Terwijl we in het Frans zouden zeggen:
Wij WILLEN KOPEN een ijsje morgen met iedereen

Slide 18 - Diapositive

Au travail !!!

Slide 19 - Diapositive

Mes parents .........regarder un film drôle. (vouloir)
A
veux
B
veut
C
veulent
D
voulons

Slide 20 - Quiz

Est-ce que tu ... que je vienne
A
veut
B
veux
C
veu
D
veul

Slide 21 - Quiz

...-vous un croissant?
A
veulez
B
voulons
C
vouler
D
voulez

Slide 22 - Quiz

tu ___ (pouvoir)
A
peux
B
peut
C
pouvez
D
peuvent

Slide 23 - Quiz

elles ___ (pouvoir)
A
peux
B
peut
C
pouvez
D
peuvent

Slide 24 - Quiz

nous ___ (pouvoir)
A
voulons
B
voulez
C
pouvons
D
pouvez

Slide 25 - Quiz

vous ___ (pouvoir)
A
pouvons
B
peuvent
C
pouvez
D
peux

Slide 26 - Quiz

DONDERDAG : Geef antwoord op deze vragen:
1.Heb je het doel behaald? Zie eerste slide.
2.Wat ging er goed in de les?
3.Wat kan er de volgende les beter?

Slide 27 - Question ouverte