Voeding Les 2: Vertering

• Biologie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Hoe werkt het verteringsstelsel?

§2.2 Werkboek 

§2.3+2.4 Symbiose

Vorige week

- Verschil voedingsstoffen en voedingsmiddelen

- 6 verschillende voedingsstoffen

- Functies van voedingstoffen

Deze les

- Kennismaken met verteringskanaal

- Route maag-darmkanaal

- Verteringsklieren

- Mechanische en chemische vertering

Maag-darmkanaal

Voedsel blijft in maag-darmkanaal.

Opname van nuttige stoffen,

rest verlaat lichaam.

Maag-darmkanaal

1. Mond (enzymen, kauwen)

2. Slokdarm

3.Maag (enzymen, kneden, maagzuur)

4. 12-vingerige darm (enzymen, gal)

5. Dunne darm (enzymen) 

6. Blinde darm

7. Dikke darm

8. Endeldarm

                                                              (opname stoffen)

Vertering

Vertering is het kleiner maken van voedingsmiddelen/stoffen.

Dit gebeurt mechanisch:

- kauwen (mond)

- kneden (maag/darmen)

Vertering gebeurt vooral chemisch:

- gal

- enzymen

Vertering

Verteringsklieren zijn organen die verteringssappen maken.

(speekselklieren maken speeksel)

Voedsel gaat meestal niet door deze organen.

Kennismakings-opdracht

1. Benoem op het werkblad de onderdelen van het maag-darmkanaal (§2.4 - 1e zin).

Kennismakings-opdracht

1. Benoem op het werkblad de onderdelen van het maag-darmkanaal (§2.4 - 1e zin).

2. Geef aan welke vorm (en hoe) van vertering hier plaatsvindt.

Gebruik Symbiose §2.4

Kennismakings-opdracht

1. Benoem op het werkblad de onderdelen van het maag-darmkanaal (§2.4 - 1e zin).

2. Geef aan welke vorm (en hoe) van vertering hier plaatsvindt.

3. Benoem de verteringsklieren: organen die verteringssappen maken.

4. Geef aan welke voedingsstoffen verteerd worden door dit sap (ook naam sap noemen).