Leesvaardigheid (argumentatie T1 en T2)

1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Je kent verschillende vormen van argumentatiestructuur:
enkelvoudig, meervoudig, nevenschikkend en onderschikkend
Je kunt standpunt en argument onderscheiden in een eenvoudige tekst.
Je kunt op basis van een tekst een argumentatiestructuur herkennen, benoemen en invullen.
Pimp your memory
Sleepvraag
Sleepvraag (+ zelfstandig oefenen in de modulewijzer van stap 11)
Sleepvraag met 
Oefening met tekst tijdens de les
Zelfstandig leren

Slide 2 - Diapositive

timer
5:00
Wat is het verschil tussen een nevenschikkende argumentatie en een onderschikkende argumentatie?
Wat voor argumentatiestructuur is dit? Vul aan met een passend argument in dit schema.

Slide 3 - Diapositive

Argumentatie-structuur

Slide 4 - Diapositive

Soms (vaak) lastig om het standpunt en het argument van elkaar te onderscheiden in een tekst.

Want en daarom zijn handige hulpmiddelen om het verschil te zien.

Slide 5 - Diapositive

1

2

3

4

Het regent.
Het is verstandig een paraplu mee te nemen.
Je moet snel de tickets bestellen.
De concerten van Harry Styles zijn snel uitverkocht.
Je kunt je tijd beter besteden aan het leren.
Morgen maak je een ontzettend moeilijke toets.
Iedereen mag in Nederland zijn mening uiten.
In Nederland is iedereen gelijk.

Slide 6 - Question de remorquage

Let op: je moet alles verslepen!
enkelvoudig
enkelvoudig
meervoudig
meervoudig
nevenschikkend
nevenschikkend
onderschikkend
onderschikkend

Slide 7 - Question de remorquage

Toepassen en oefenen

a) Noteer de argumenten voor Anwars standpunt 'Nederlanders vinden het leuk om zomaar te lezen.'

b) Noteer de argumenten voor het volgende standpunt: 'De man die daar werkt heeft het slaapverwekkendste baantje.'

c) Geef bij a) en b) aan of er sprake is van enkelvoudige, meervoudige, nevenschikkende of onderschikkende argumentatie.

Slide 8 - Diapositive

Toepassen en oefenen (antwoorden)

a) Noteer de argumenten voor Anwars standpunt 'Nederlanders vinden het leuk om zomaar te lezen.'
- Mijn vrienden hadden een boek bij zich en gingen de hele middag lezen in het gras, net als veel andere gasten van het zwembad;
- Ik ken hier mensen die vlak voor ze op vakantie gaan de boekhandel bezoeken om boeken en tijdschriften te kopen voor hun vakantie;
- Een Nederlands echtpaar waar ik in huis woonde, las zelfs in bed.

b) Noteer de argumenten voor het volgende standpunt: 'De man die daar werkt heeft het slaapverwekkendste baantje.'
- Er is echt helemaal niemand;
- Alleen als er bijvoorbeeld een minister ontvangen moet worden in de stad. dan gebeurt dat in de bibliotheek.

c) Geef bij a) en b) aan of er sprake is van enkelvoudige, meervoudige, nevenschikkende of onderschikkende argumentatie.
- a) meervoudig
- b) nevenschikkend

Slide 9 - Diapositive

Samenwerken mag
Leer van en met elkaar
Extra uitleg en/of uitdaging nodig?
Cambiumned - theorie - argumentatie
Flexlessen Nederlands
Planning
Deze week: stap 11, blok 1-6
Oefenen en toepassen in teksten

Let op: je kijkt zelf je antwoorden na. Wees kritisch, nieuwsgierig en leergierig.

Slide 10 - Diapositive

Waar sta jij nu?
Ik ken het verschil tussen argument en standpunt en ik ken de argumentatie-schema's
Ik kan de inhoud van een eenvoudige tekst in een argumentatieschema plaatsen.
Ik kan zelf een argumentatieschema op de juiste manier invullen en aanvullen op basis van een tekst,
Ik kan zelf een argumentatie opbouwen volgens verschillende argumentatie-schema's.
Ik ken de termen die horen bij argumentatieleer (nog) niet voldoende om het te kunnen toepassen.

Slide 11 - Sondage

Hoe heb jij geleerd?
Ik heb (te) weinig gedaan om argumentatieleer goed te begrijpen.
Ik organiseer mijn leren goed. Zo maak ik aantekeningen en/of samenvattingen.
+Ik leer actief, zowel thuis als in de les.
+ Ik vraag feedback en/of ik kijk mijn antwoorden kritisch na.
+ Ik kan goed reflecteren op en tijdens mijn leerproces. Zo stuur ik steeds tussentijds bij.

Slide 12 - Sondage