4.8

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

4.8 Spelling

Planning

> Pecha Kucha Sophia

> Pecha Kucha Douaa

> Pecha Kucha Ryas

> Pecha Kucha Jordan

> Lesdoelen 

> LU vragen 

> Uitleg + aantekeningen

> Maken

Lesdoelen

Aan het einde van de les kun je...

• het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord spellen;

• samenstellingen met een tussen-s en een tussen-n schrijven;

Het gesmolten ijsje.

gesmolten = ...

1. bijvoeglijk naamwoord
2. voltooid deelwoord

Het ijsje is gesmolten.

gesmolten = ...

1. bijvoeglijk naamwoord
2. voltooid deelwoord

De kleding is gedragen.

gedragen = ...

1. bijvoeglijk naamwoord
2. voltooid deelwoord

De gedragen kleding.

gedragen = ...

1. bijvoeglijk naamwoord
2. voltooid deelwoord

Welk bijvoeglijk naamwoord is juist gespeld?

1. De gewit plafond
2. De gewitten plafond
3. De gewitte plafond

Voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord

Van een voltooid deelwoord kun je een bijvoeglijk naamwoord maken.

• Voltooide deelwoorden op -en veranderen als bijvoeglijk naamwoord niet.

VB:

– Mijn ijsje is gesmolten. (vd)

              -> Het gesmolten ijsje (bn)

Voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord

• Alle andere voltooide deelwoorden schrijf je als bijvoeglijk naamwoord zo kort mogelijk. Maar denk aan de gewone spellingregels, zoals de dubbele medeklinker! Ook komt er soms een -e achter.

– De foto is vergroot. (vd)

         -> De vergrote foto (bn)

Maken 4.8

Opdracht 1 t/m 5

Lesdoelen check

De jongen heeft zich verstopt.

verstopt = ...

1. bijvoeglijk naamwoord
2. voltooid deelwoord

De kapotte fiets.

gedragen = ...

1. bijvoeglijk naamwoord
2. voltooid deelwoord

Welk bijvoeglijk naamwoord is juist gespeld?

1. De gewit plafond
2. De gewitten plafond
3. De gewitte plafond

4.8 Spelling

Deel 2

Planning

> Lesdoelen 

> LU vragen herhaling

> Uitleg + aantekeningen

> Maken

Lesdoelen

Aan het einde van de les kun je...

• het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord spellen;

• samenstellingen met een tussen-s en een tussen-n schrijven;

Herhaling

Het bevroren ijsje.

bevroren = ...

1. bijvoeglijk naamwoord
2. voltooid deelwoord

Het ijsje is bevroren.

bevroren = ...

1. bijvoeglijk naamwoord
2. voltooid deelwoord

Welk bijvoeglijk naamwoord is juist gespeld?

1. De gesmist plafond
2. De gemistte plafond
3. De gemiste plafond

Voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord

Van een voltooid deelwoord kun je een bijvoeglijk naamwoord maken.

• Voltooide deelwoorden op -en veranderen als bijvoeglijk naamwoord niet.

VB:

– Mijn ijsje is gesmolten. (vd)

              -> Het gesmolten ijsje (bn)

Voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord

• Alle andere voltooide deelwoorden schrijf je als bijvoeglijk naamwoord zo kort mogelijk. Maar denk aan de gewone spellingregels, zoals de dubbele medeklinker! Ook komt er soms een -e achter.

– De foto is vergroot. (vd)

         -> De vergrote foto (bn)

Samenstellingen

Een samenstelling maak je van twee of meer woorden. Soms moet je tussen de woorden een extra letter zetten: een tussen-s of een tussen-n.

Wanneer doe je dat?

• Een tussen-s schrijf je als je die hoort: stationsplein, streepjescode, meningsverschil

• Voor de tussen-n gebruik je het schema op de volgende dia.

Maken 4.8

Afmaken: 1 t/m 5

Maken: opdracht 6 t/m 12

Lesdoelen check