AMS Robotmelken 4.2

AMS Robotmelken
Wat hebben we tijdens de opstartdag ook alweer gehoord en geleerd?
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
AMSMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

Éléments de cette leçon

AMS Robotmelken
Wat hebben we tijdens de opstartdag ook alweer gehoord en geleerd?

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Lely
Er volgen een aantal vragen over de gastles van Mike Kuiperij van Lely. 
Om weer op te frissen wat we vorige week ook alweer gehoord hebben.

Slide 3 - Diapositive

Wat weten jullie nog over de gastles van Lely vorige week?
Lely

Slide 4 - Carte mentale

Wat was volgens Mike Kuiperij een voordeel van robotmelken?
A
Je hoeft niet zo vroeg je bed uit. En je hebt er minder omkijken naar.
B
Er is geen variatie op de manier van melken. Het is altijd hetzelfde.
C
Een koe geeft meer liters melk bij het robotmelken.
D
Het is goedkoper dan melken in een melkstal.

Slide 5 - Quiz

Waarom was speenconditie en barrière bij robotmelken ook alweer van belang?
A
Robotmelken is minder hygiënisch dan conventioneel melken.
B
Een melkrobot heeft een hoger vacuümniveau dan een melkstal.
C
Omdat een robot ruwer werkt dan een mensenhand.
D
De slotgaten kunnen tot wel 4x per dag openstaan.

Slide 6 - Quiz

Wat is het voordeel van het voorbehandelen met de borstels?
A
De andere merken ontsmetten de voorbehandelingsmethode niet.
B
Is het meest prettige voor de koe zelf.
C
De onderkant van de uier wordt ook schoon en bootst een melkdrinkend kalf het beste na.
D
Borstels slijten niet ten opzichte van voorbehandelbekers.

Slide 7 - Quiz

Waarom hebben ze als nabehandeling gekozen voor sprayen bij Lely?
A
Dippen kost teveel tijd. En gaat daarmee ten koste van de capaciteit van de robot.
B
Dippen met een robot kan technisch niet. Een melkrobot is daar niet toe in staat.
C
Dippen is minder nauwkeurig dan sprayen.

Slide 8 - Quiz

Waarvoor is de nabehandeling van belang?

Slide 9 - Question ouverte

Uiergezondheid
Mike Kuiperij van Lely heeft ons ook nog meer verteld over de uiergezondheid en robotmelken. Daar gaan de volgende vragen over.

Slide 10 - Diapositive

Wat is volgens Mike Kuiperij van Lely belangrijk bij de uiergezondheid i.c.m. robotmelken?
Robotmelken vs
uiergezondheid

Slide 11 - Carte mentale

De Lely melkrobot heeft standaard reiniging met koud water en luchtdruk. Optineel is de stoomreiniging. Wat is het voordeel van stoomreiniging?
A
Stoomreiniging is vooral goed wanneer je 'hard' water (met veel kalk hebt).
B
Met stoomreiniging is de robot voor 99,4% schoon. Dus ruim 4% schoner dan zonder.
C
Met stoomreiniging worden alle bacteriën volledig gedood.

Slide 12 - Quiz

Waarom leidt een lage weerstand in combinatie met een agressieve bacterie vaak tot uierontsteking?

Slide 13 - Question ouverte

Welk component uit de melk gaat vaak omhoog bij uierontsteking?
A
Melkgift
B
% vet
C
Lactose
D
Natrium

Slide 14 - Quiz

Snel actie ondernemen bij uierontsteking is ook zeker bij robotmelken belangrijk. Welke van de volgende antwoorden is onjuist.
A
Snel actie ondernemen verlaagt de kans op chronische uierontsteking.
B
Een koe met uierontsteking geeft minder melk en gehalten. En heeft een verlaagde weerstand.
C
Robotmelken verhoogd de kans op uierontstekingen doordat er meer koeien met dezelfde tepelbeker gemolken worden.
D
Een koe met uierontsteking kan andere koeien ook infecteren.

Slide 15 - Quiz

Robotmelken en uiergezondheid
Uiergezondheid is bij robotmelken een belangrijk thema. Koeien worden vaker gemolken, dus slotgaten staan vaker open. De spenen worden meer belast. Maar het kan de uiergezondheid ook bevorderen doordat koeien vaker gemolken worden, dus de hoeveelheid melk in het uier voor het melken is lager. Dus ook minder kans op het lekken van melk in de boxen.

Slide 16 - Diapositive

Waarom kun je bij robotmelken snel schakelen op de uiergezondheid?

Slide 17 - Question ouverte

Welke gegevens zijn van belang om te checken in de robot?

Slide 18 - Question ouverte

Attenties
  • Kleurbepaling: meet vet- en eiwit en veranderingen in samenstelling. Bijvoorbeeld waterige melk, dikkere melk of bloed in de melk. 
  • Temperatuur: meet de temperatuur van de melk en daarmee of de koe een verhoging heeft qua lichaamstemperatuur.
  • Geleidbaarheid: Meet de zouten in de melk, bij een verhoging is er een verhoogde kans op uierontsteking of beginstadia van uierontsteking.
  • Celgetal: Wordt door middel van een beetje melk en reagens d.m.v. magneten gemeten wat het celgetal van de koe is (smart sensing: iedere 3 melkbeurten, bij >500 iedere melking gemeten).

Slide 19 - Diapositive

(Be)Handelen
Een koe die een attentie heeft op geleidbaarheid, kleur, temperatuur, melkgift en celgetal moet getest worden met het vierkwartierenschaaltje. Zijn er afwijkingen aan de melk te zien als vlokken of waterige melk. Daarna behandelen als dat nodig is, dat kan ook in eerste instantie met uiermint/knoflookbolus zijn. Na de behandeling is het ook altijd goed om zo'n koe een tijdje in de gaten te houden of het behandelen heeft gewerkt.

Slide 20 - Diapositive

GEA
Vorige week maandagmiddag zijn we bij Farmonie in Lichtenvoorde geweest en daarna naar veehouder Stoltenborg in Harreveld.

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Vidéo

Wat is jou bijgebleven van het verhaal van Farmonie GEA vorige week?

Slide 23 - Carte mentale

DeLaval
Vorige week hebben jullie een fysieke workshop gehad van DeLaval bij veehouder Breunisse in Silvolde.

Slide 24 - Diapositive

Wat is jullie bijgebleven van het verhaal van DeLaval vorige week?

Slide 25 - Carte mentale

Slide 26 - Vidéo