§2.2 - Botten bewegen

• Biologie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Welkom

- Spullen op tafel, startklaar met telefoon of laptop
- Huiswerk in de agenda zetten.

- Les §2.2 - Botten bewegen

- Vooruitblik.

Leerdoelen

- Je kunt de verbindingen van botten noemen en aangeven hoe beweeglijk die zijn.

- Je kunt de onderdelen van een gewricht benoemen en beschrijven hoe een gewricht werkt.

- Je kunt de soorten gewrichten benoemen en beschrijven welke bewegingen ze kunnen maken.

Huiswerk

Lezen (Lz) §2.2

Maken (Mk) §2.2 t/m opdracht 10

Opdracht

Bekijk de leerdoelen (blz. 81 in je boek). Beantwoord de volgende vragen:

- Wat moet je uit je hoofd leren om deze leerdoelen te halen?

- Welke stukjes uit de tekst/ welke bronnen zijn belangrijk?

- Wat kun je nog meer doen?

Beenverbindingen 

Er zijn verschillende verbindingen:

vergroeiing - naadverbinding - kraakbeenverbinding - gewricht

Naadverbinding

Kraakbeenverbinding

Gewrichten

Vergroeiing

Gewrichten

5 typen gewrichten

1. Kogelgewricht: beweging alle kanten op.
2. Scharniergewricht: beweging in een richting.
3. Rolgewricht: het spaakbeen rolt om de ellepijp. 
4. Zadelgewricht: tussen handwortelbeentje en middenhandsbeentje van de duim --> 2 richtingen.
5. Eivorming gewricht: vingerkootjes aan de middenhandsbeentjes --> trommelen.

0

Opbouw gewricht

Bekijk het plaatje van het gewricht in het boek (bron 2) en beantwoorde de volgende vragen:

- Welke onderdelen zouden er nou voor zorgen dat het gewricht aan elkaar blijft zitten?

- Welke onderdelen zouden er voor zorgen dat het gewricht soepel loopt en niet schuurt of hard slijt?

Gewricht

Functies

• Gewrichtssmeer - houd gewricht soepel
• Kraakbeen - voorkomt slijtage
• Gewrichtskapel - houdt de twee botten bij elkaar
• Gewrichtsbanden - geven extra stevigheid aan zwakke plekken (knie/schouder/enkel)

Aantekening

Wat?	Maken: §2.2 t/m opdr. 10
Hoe?	In je boek. Werkbladopdrachten maak je in je schrift. Fluisterend overleggen of muziek luisteren.
Hulp?	Steek je hand op. Als je geen muziek luistert mag je ook overleggen met je buurman/buurvrouw.
Tijd?	De tijd die nu over is.
Klaar?	Maak een begrippenlijst van de dikgedrukte woorden in je schrift. Lees daarna §2.3
Opbrengst	Als je klaar bent heb je je huiswerk af! Nu weet je meer over hoe botten bewegen!