Leerdoelen
Je kunt leesstrategieën toepassen;
Je kunt tekstdoelen, tekstsoorten en tekstvormen onderscheiden;
Je kunt een onderwerp en de hoofdgedachte van een tekst vaststellen;
Je kent de kenmerken en de opbouw van een alinea;
Je kent tekstverbanden, signaalwoorden en functies van tekstgedeelten en kunt ze onderscheiden;
Je kunt woorden, zinnen, alinea's en tekstdelen begrijpen.