Hfdst 4.5 & 4.6 fysieke les van 12/04

• Financieel 1
• MBO
• Studiejaar 2

De doelen van vorige week

-Inzicht in de directe en indirecte kosten en hoe deze te gebruiken 

-Verschil begrijpen tussen:

de directe/indirecte kosten  &  de constante/variabele kosten

-Rekenen met de primitieve opslagmethode

-Rekenen met de kostenverdeelstaat

Weten we dit nu?

Inhoud van de les

• Herkansing vorige toets is volgende week dinsdag 19 april
• Uitleg paragraaf 4.5 en 4.6
• Zelfstandig werken/ leren voor de toets.

De doelen van deze week

- De verfijnde opslagmethode 

- De vaste opslagmethode

- Lekkage

-Consumentenprijs

De verfijnde opslagmethode

We hebben gezien dat bij de primitieve methode je een keus maakt hoe je de indirecte kosten verdeeld op basis van de meeste samenhang. Met bijvoorbeeld de inkoopwaarde of de loonkosten. Indien dit voor de verschillende producten die je verkoopt heel erg verschilt kun je ook voor de verfijnde methode kiezen. Je gaat dan ieder deel van de indirecte kosten verbinden met dat deel waar het de meeste samenhang mee heeft. 

De verfijnde opslagmethode

Bij de verfijnde opslagmethode deel je de kosten dus op en verdeel je die over de kosten waar ze samenhang mee hebben.

Bijvoorbeeld:

-in samenhang met de IWO

-in samenhang met de loonkosten

-in samenhang met de totale indirecte kosten

De formules

rekenvoorbeeld

de verfijnde methode

Je gebruikt bij de verfijnde methode dus meerdere percentages. Naast de drie genoemde mogelijkheden kun je hier zelf ook andere aan toe voegen. Bijvoorbeeld directe en indirecte verpakkingskosten. Als je de volgende regels maar opvolgt: 

rekenvoorbeeld 2

rekenvoorbeeld 2

De vaste opslagmethode

Je kijkt bij de vaste methode niet naar de directe of indirecte kosten maar je gebruikt een vast brutowinstpercentage om de winstopslag te bepalen. Je stelt deze vast op basis van resultaten uit het verleden. Je kunt hiermee dan de verkoopprijs berekenen. 

Om dit opslagpercentage te berekenen deel je de gebudgetteerde brutowinst door de IWO en vermenigvuldig dit met 100.  

De vaste opslagmethode

De formules:

Een winkel wil een brutowinstbedrag van €134.000 bereiken. De IWO wordt geschat op €418.750,- Bereken wat de verkoopprijs moet worden voor een artikel dat voor €23,50 wordt ingekocht

Uitwerking

brutowinst 134.000/ IWO 418.750 x 100= 132%

inkoopprijs €23,50 x 132%= €31,02

Verkoopprijs

Lekkage

Lekkage spreken we van als er goederen niet worden verkocht 

Oorzaken lekkage: 

- diefstal

- administratieve fouten

- verkeerde kassaregistratie

Bij lekkage is er sprake van ongeregistreerde derving, dus je weet niet waardoor deze ontstaan zijn. Je wilt deze derving doorberekenen in de kostprijs om te voorkomen dat dit negatieve gevolgen heeft voor de winst.  

Lekkage 

Formule: 

Mark heeft berekend dat de lekkage 8% van de omzet is. De brutowinstmarge is 25% van de omzet.
Bereken de opslagfactor die mark toe moet passen om lekkage door te berekenen in de verkoopprijs

Uitwerking

100/ (100-8) x 100/(100-25) = 1,449

Consumentenverkoopprijs

Dit is de prijs die in de winkel betaald wordt door de consument, dus inclusief winst en btw.

Je gebruikt hiervoor de vorige formule maar voegt daar ook nog de btw aan toe:

De doelen van deze week behaald?

- De verfijnde opslagmethode 

- De vaste opslagmethode

- Lekkage

-Consumentenprijs

Nu zelf aan de slag! 

Maak de vragen 13 t/n 17 die je nog niet hebt gemaakt. 

Herkansing Toets

Volgende week dinsdag 19 april.

Hst 1 en 2.