Cursus 4 taal §3 verbale en non-verbale communicatie

1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

  • Herhaling vorige les
  • Kennen en kunnen
  • Uitleg
  • Zelfstandig werken
  • Afsluiting

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Was het plaatje ironisch?
A
Ja
B
Nee

Slide 5 - Quiz

"Natuurlijk mag je tijdens de uitleg naar de wc." Zegt de docent met een glimlach.
A
Woordgrap
B
Overdrijving
C
Ironie
D
Serieus

Slide 6 - Quiz

  • Ironie
  • Woordgrap
  • Uitleggen dat veel woorden in het Nederlands afkomstig zijn uit een oude talen en andere talen.
  • Benoemen waarom woorden in verschillende talen op elkaar lijken.

Slide 7 - Diapositive

  • Wat: Lees tekst 1 en maak opdracht 1 blz. 90
  • Hoe: individueel
  • Hulp: lesboek, mevrouw de Vries
  • Tijd: 7 min
  • Uitkomst: bespreken/nakijken
  • Klaar?: Ga verder met opdracht 2.
timer
7:00

Slide 8 - Diapositive

 §3 - Verbale en non-verbale communicatie
Verbaal: doorgeven van informatie door middel van woorden

Non-verbaal: doorgeven van informatie op een andere manier dan met woorden

Lichaamstaal: communicatie via het lichaam

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

VERBAAL
NON-VERBAAL
De jongen knipoogt naar het meisje.
De docent steekt zijn duim op naar de leerling.
De conducteur vraagt of ik een kaartje heb gekocht.
De voetbalspeler scheldt de scheidsrechter uit. 

Slide 11 - Question de remorquage

Thomas moet een presentatie geven. Hij is erg zenuwachtig. Welke lichaamstaal kan hij laten zien? Noem twee dingen.

Slide 12 - Question ouverte

Slide 13 - Diapositive

Welk misverstand over communicatie
zag je in het vorige plaatje?

Slide 14 - Carte mentale

Opdrachten maken
Lees de vraag bij opdracht 1 op blz. 96 door. 
De docent laat de video zien. 
Beantwoord vervolgens de vraag.

Slide 15 - Diapositive

Wat?
Opdracht 2 (blz. 96)
Hoe?
Je mag zachtjes overleggen. Lukt dit niet dan werk je alleen en in stilte.
Hulp
Steek je vinger op als je een vraag hebt.
Tijd
10 minuten. Daarna gaan we afronden.
Klaar?
Laat het controleren door de docent. 
Daarna mag je lezen uit je leesboek. 
Opdrachten maken
timer
10:00

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Lien