klas 2 sp blok 5 en 6

Wat is een voltooid deelwoord?
1 / 29
suivant
Slide 1: Question ouverte
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs.

Éléments de cette leçon

Wat is een voltooid deelwoord?

Slide 1 - Question ouverte

Wat is een bijvoeglijk naamwoord
A
zegt iets over werkwoord
B
zegt iets over voorzetsel
C
zegt iets over zelfstandig naamwoord
D
zegt iets over de persoonsvorm

Slide 2 - Quiz

Ik heb gisteren vier wedstrijden
A
gespeeld
B
gespeeldt
C
gespeelt
D
gespeld

Slide 3 - Quiz

Wat is het voltooid deelwoord van verven?

Slide 4 - Carte mentale

Wat is het voltooid deelwoord van snoeien?

Slide 5 - Carte mentale

Wat is het voltooid deelwoord van opgroeien
A
opgegroeidt
B
opgegroeit
C
opgegroeidd
D
opgegroeid

Slide 6 - Quiz

Maak van het werkwoord een bijvoeglijk naamwoord: vergroten
A
vergrotte
B
vergrote
C
vergrootte
D
vergroote

Slide 7 - Quiz

Wat is het bijvoeglijk naamwoord van verotten

Slide 8 - Carte mentale

Waarom gooi je dat ....jack weg?
A
versleten
B
versleeten
C
versleetten
D
verslijtte

Slide 9 - Quiz

De reddingsbrigade heeft een surfer gered. De .....surfer
A
gerede
B
geredden
C
geredde
D
geraden

Slide 10 - Quiz

Oh nee, de aardappels zijn aangebrand. De ......aardappels
A
aangebrandde
B
aangebrande

Slide 11 - Quiz

De kleuter (spelen) met de blokken
A
speel
B
speeld
C
speelt
D
speeldt

Slide 12 - Quiz

Zet in de verleden tijd. Jan (brengen) mij naar huis.

Slide 13 - Carte mentale

Zet in de verleden tijd. Het vliegtuig (landen) op Schiphol

Slide 14 - Carte mentale

Zet in de verleden tijd. De aardbeving (verwoesten) het dorp.
A
verwoestte
B
verwoeste
C
verwoesten
D
verwoestten

Slide 15 - Quiz

een (wol) deken

Slide 16 - Question ouverte

een (blauw) lucht

Slide 17 - Question ouverte

een (plastic) fles
A
Plasticen
B
Plastice
C
Plastic

Slide 18 - Quiz

Zet in het meervoud. Arno .......pen.

Slide 19 - Carte mentale

Zet in het meervoud. Marnix ....hondje
A
Marnixs
B
Marnix'
C
Marnixen
D
Marnix"s

Slide 20 - Quiz

Wat is de goede spelling van 8

Slide 21 - Carte mentale

Wat is de goede spelling van 130

Slide 22 - Carte mentale

Ik vind alleen .....(suikeren) pinda's lekker.

Slide 23 - Carte mentale

Hoe schrijf je: verpesten - de .........sfeer.
A
verpesten
B
verpestte
C
verpestten
D
verpeste

Slide 24 - Quiz

Ik heb mijn huis werk
A
ingeleverd
B
ingelevert

Slide 25 - Quiz

ik .........van groetensoep
A
houd
B
hou
C
houdt
D
huden

Slide 26 - Quiz

Hij ............de hele week zijn keel schor.
A
hoestte
B
hoeste

Slide 27 - Quiz

De weg is mooi geworden
A
breede
B
brede
C
breedde

Slide 28 - Quiz

Vader de weg gisteren.
A
verbreede
B
verbreedde
C
verbrede

Slide 29 - Quiz