Statistiek les 2: turven + staafgrafiek

• Wiskunde
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 1

Startklaar 

       

       Pak je Chromebook/ laptop voor je

       Start je Chromebook/ laptop op

       Log in op www.lessonup.app 

       Stop je telefoon in je tas of in je jas

      

Ophalen voorkennis:
Wat heb je de vorige keer gemaakt?

1. staafdiagram
2. turftabel
3. beelddiagram
4. cirkeldiagram

Leg eens uit wat je de vorige les hebt onderzocht?

Leerdoelen

Aan het einde van de les:

1. kun jij een turftabel maken.

2. weet jij hoe je van een turftabel een 

    staafgrafiek kunt maken.

3. kun jij verschillende staafgrafieken aflezen.

Let op: een staafgrafiek wordt ook wel

staafdiagram genoemd!

Leerdoelgericht werken: 

Voor iedere leerling is duidelijk waar er aan gewerkt gaat worden. Docenten geven vanuit deze leerdoelen vorm aan

de inhoud van hun lessen. Om dit voor leerlingen behapbaar te houden wordt alleen het hoognodige aangeboden. Iedere les worden de beoogde leerdoelen kenbaar gemaakt en

worden onderwijsactiviteiten ingezet die moeten leiden tot het beoogde leerdoel. Hierbij wordt gericht ingezet op succeservaringen. Leerdoelen worden vanuit hoge positieve verwachtingen van alle leerlingen geformuleerd en zetten in op succeservaringen. 

Theorie 1

Statistiek is een onderdeel van wiskunde. In de statistiek doe je onderzoek naar iets.

De gegevens van zo'n onderzoek verzamel je vaak door te tellen. Daarna ga je er iets mee doen. Dat tellen kun je doen door te turven en een turftabel te maken. 

Je presenteert de gegevens bijvoorbeeld met een staafgrafiek. 

Voorkennis activeren: 

In iedere les wordt relevante voorkennis geactiveerd aan de hand

van een terugblik-opdracht om zo de mate van stofbeheersing te bepalen en richting te

geven aan de rest van de les. Enkele werkvormen die zich hier mooi voor lenen zijn:

https://toetsrevolutie.nl/?p=2436

Voorbeelden staafgrafiek

Voorkennis activeren: 

In iedere les wordt relevante voorkennis geactiveerd aan de hand

van een terugblik-opdracht om zo de mate van stofbeheersing te bepalen en richting te

geven aan de rest van de les. Enkele werkvormen die zich hier mooi voor lenen zijn:

https://toetsrevolutie.nl/?p=2436

Theorie 2: de staafdiagram

Voorkennis activeren: 

In iedere les wordt relevante voorkennis geactiveerd aan de hand

van een terugblik-opdracht om zo de mate van stofbeheersing te bepalen en richting te

geven aan de rest van de les. Enkele werkvormen die zich hier mooi voor lenen zijn:

https://toetsrevolutie.nl/?p=2436

Hoeveel zakgeld
krijgt Daan?

1. 1,00 Euro
2. 2,00 Euro
3. 3,00 Euro
4. Weet ik niet.

Van een turftabel een staafgrafiek maken 

Een turftabel heb je gebruikt om te tellen.

Daarna kun je telling tekenen in een staafgrafiek.

Schrijf aan de linkerkant getallen.

Schrijf aan de onderkant de onderwerpen.

Voorkennis activeren: 

In iedere les wordt relevante voorkennis geactiveerd aan de hand

van een terugblik-opdracht om zo de mate van stofbeheersing te bepalen en richting te

geven aan de rest van de les. Enkele werkvormen die zich hier mooi voor lenen zijn:

https://toetsrevolutie.nl/?p=2436

Opdracht 1

In deze turftabel is geteld hoeveel ijsjes er per dag zijn verkocht.

Maak van deze turftabel een staafgrafiek op het werkblad (krijg          je van de docent).

1. Vul hierop zelf getallen in aan

de linkerkant. 

2. Schrijf de verschillende dagen

 aan de onderkant.

Voorkennis activeren: 

In iedere les wordt relevante voorkennis geactiveerd aan de hand

van een terugblik-opdracht om zo de mate van stofbeheersing te bepalen en richting te

geven aan de rest van de les. Enkele werkvormen die zich hier mooi voor lenen zijn:

https://toetsrevolutie.nl/?p=2436

Opdracht 2

1. Loop eens rond in de klas en noteer 

de schoenmaten van je klasgenoten

 in een turftabel.

2. Maak van deze turftabel een staafgrafiek.

Nabespreking: we bekijken de gemaakte 

tabellen en grafieken. 

Wat gaat al goed en wat kan er nog verbeterd worden?

Wanneer is mijn staafgrafiek goed?

Door leerlingen vooraf na te laten denken over waar de opdracht aan moet voldoen, krijgen ze kwaliteitsbesef. Hierdoor zijn de leerlingen in staat om zelf in te schatten waar hun inspanningen bij de opdracht voor verbetering vatbaar zijn. 

Afsluiting: terugkijken naar de leerdoelen

De docent spint een leerdoel.

Laat met jouw duim zien of je het leerdoel beheerst:

   Duim omhoog = ik kan het!

   Duim omlaag = ik vind het nog moeilijk.

In de slotfase van de les controleert de docent of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen de les, het proces en blikt vooruit. 

Begrippen uit deze les

• Turftabel
• Staafgrafiek
• Staafdiagram
• Aflezen

Eerst dacht ik...,

nu denk ik...