H4 grammatica zinsdelen - congruentie en inversie

congruentie en inversie

uitleg theorie 
grammatica / zinsdelen (blz. 124-125)
maken: opdracht 1 t/m 3 (blz. 125)


1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

congruentie en inversie

uitleg theorie 
grammatica / zinsdelen (blz. 124-125)
maken: opdracht 1 t/m 3 (blz. 125)


Slide 1 - Diapositive

Deze antibiotica werkt niet bij mij.
A
Fout
B
Goed

Slide 2 - Quiz

Op de heuvel loopt een kudde bruine schapen rustig te grazen.
A
Fout
B
Goed

Slide 3 - Quiz

Hebben de politie te weinig personeel om kleine inbraken op te lossen?
A
Fout
B
Goed

Slide 4 - Quiz

Gisteren bezochten een klas bruggers de oude molen bij Windesheim.
A
Fout
B
Goed

Slide 5 - Quiz

Congruentie
Wat is dat? 
PV en O = zelfde getal (ev / mv) + zelfde persoon (1e, 2e 3e) 

*Ik zijn jarig
ik ben jarig of wij zijn jarig
Niet zo moeilijk
Moeilijker:
Die groep bejaarden loopt/lopen altijd erg langzaam?

Slide 6 - Diapositive

lastige gevallen (1)
Bij woordgroepen met een enkelvoudige kern en een meervoudige nabepaling richt de pv zich naar de kern. 

De groep betogers wandelde/wandelden van het Malieveld naar het Binnenhof. 
De groep = e.v.; er is één groep betogers. 

Slide 7 - Diapositive

lastige gevallen (2)
Als het onderwerp een verzamelnaam is die uit meerdere personen bestaat, is de persoonsvorm enkelvoudig. 
De jeugd van tegenwoordig is zo gek nog niet.
De jeugd --> er is/zijn één jeugd (al bestaat die uit meerdere jongeren)
De bemanning --> Onze bemanning bestaat/bestaan uit mannen en vrouwen.

Slide 8 - Diapositive

lastige gevallen (3)
In de constructie één van de (1) + meervoudig woord (2)+ die (3) volgt in een bijvoeglijke bijzin een meervoudige persoonsvorm

Één van de (1) Rotterdammers (2) die (3) naar Australië emigreerde/emigreerden, was mijn vader. 

Slide 9 - Diapositive

lastige gevallen (4)
Bij meervoudige titels van boeken, films enzovoort volgt een enkelvoudige persoonsvorm. 

Freedom writers is/zijn een bijzondere en aangrijpende film. 
Freedom writers = mv (writers), maar het gaat om één film!

Slide 10 - Diapositive

lastige gevallen (5)
Na een rekeneenheid volgt een enkelvoudige persoonsvorm.

Rekeneenheid: liter, kilometer, procent, kilo, euro, joule, mol

Twee liter water is/zijn heel veel voor iemand die weinig drinkt.

Slide 11 - Diapositive

Gisteren ... een klas bruggers De Kuip.
A
bezocht
B
bezochten

Slide 12 - Quiz

Bijna tachtig procent van de Nederlanders ... zich gelukkig.
A
noemt
B
noemen

Slide 13 - Quiz

Een aantal leerlingen ... altijd te laat.
A
komt
B
komen

Slide 14 - Quiz

Wist jij dat deze groep anti-vaxers voor veel rellen tegen het corona-beleid verantwoordelijk ... ?
A
is
B
zijn

Slide 15 - Quiz

Inversie
De meeste zinnen hebben een zgn. OPA-constructie:
onderwerp - persoonsvorm - ander zinsdeel
Ik / loop / elke dag / een rondje / in het Vroesenpark. 


Tijdens Nieuwjaar / schenken / veel cafés / alcohol / aan minderjarigen. 
bwb - persoonsvorm - onderwerp - lv - mv
inversie


Slide 16 - Diapositive

Inversie
In veel zinnen staat het onderwerp op de eerste plaats in de zin, vóór de persoonsvorm: (OP)
– Iedereen (ow) / verlangt (pv) / naar het einde van de lockdown.
Als in een zin het onderwerp achter de persoonsvorm staat, heet dat inversie (PO). Op de eerste plaats van de zin staat dan de persoonsvorm of een ander zinsdeel:
– Naar het einde van de lockdown / verlangt (pv) / iedereen (ow).

Slide 17 - Diapositive

Inversie of niet?
Op zondag maken mijn ouders een rondje in de cabrio.
A
Inversie
B
Geen inversie
C
Niet te bepalen

Slide 18 - Quiz

Wie heeft Xavier die mooie verzameling postzegels eigenlijk gegeven?
A
inversie
B
geen inversie
C
niet te bepalen

Slide 19 - Quiz

Inversie of niet?
Soms kun je niet zien of er sprake is van inversie, doordat je niet kunt vaststellen wat het onderwerp van de zin is. De zin heeft dan twee betekenissen:
Wie heeft Xavier die mooie verzameling postzegels eigenlijk gegeven?

Aan wie (mv) heeft Xavier (ow) die mooie ... gegeven?
of
Wie (ow) heeft aan Xavier (mv) die mooie ... gegeven?

Slide 20 - Diapositive

De finale van Wie is de mol ga ik zeker kijken.
A
Geen inversie
B
Inversie
C
Niet te bepalen

Slide 21 - Quiz

Tegenwoordig ... op alle dancefeesten allerlei synthetische drugs te koop.
A
is
B
zijn

Slide 22 - Quiz

denken - delen - uitwisselen
Maak nu zelfstandig opdr. 1 van blz. 125 (5 min.).
Na 5 min. bespreek je je antwoorden met je buurman/buurvrouw.
Hierna bespreken we de opdracht met de hele klas.

Klaar? Maak ook opdr. 2 en 3 --> huiswerk voor woensdag.
Extra oefenen? Cambiumned.nl 


Slide 23 - Diapositive