4.1 Wapengeweld wereldwijd

4.1 Wapengeweld wereldwijd






3 havo
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

4.1 Wapengeweld wereldwijd






3 havo

Slide 1 - Diapositive

Waarom zou ''Conflicten'' een hoofdstuk zijn in Aardrijkskunde?

Slide 2 - Question ouverte

Lesdoelen 
  • Je weet waar gewapende conflicten in de wereld voorkomen.
  • Je begrijpt waardoor binnenlandse conflicten kunnen ontstaan. 
  • Je kunt samenhangen over conflicten ontdekken tussen atlaskaarten en met andere gegevens. 

Slide 3 - Diapositive

Strijdtoneel: waar, waarom en hoe?
  • Op de kaart van bron 5 staan de landen waar conflicten gaande zijn. Dit is bijv. in sub-Sahara Afrika, Islamitische wereld, maar waarom is dat zo?
  • Conflicten ontstaan waar een groep mensen macht uitoefent op een andere groep.

Conflicten worden meestal op verschillende manieren ingedeeld:




Slide 4 - Diapositive

We delen conflicten in bij de volgende 3 categorieën: 
- Geinternationaliseerd conflict


Binnenlands conflict


- Internationaal conflict
Een conflict waarbij, naar verloop van tijd het buitenland zich mee gaat bemoeien. Eerst niet internationaal, later wel.
Burgeroorlog en opstanden
Conflict tussen 2 landen

Slide 5 - Diapositive

We spreken van een gewapend conflict als er tenminste:
A
25 doden per maand zijn
B
50 doden per jaar zijn
C
25 doden per jaar zijn
D
50 doden per maand zijn

Slide 6 - Quiz

Het conflict in Syrië is een:
A
internationale conflict
B
binnenlands conflict
C
geïnternationaliseerd conflict
D
burgeroorlog

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Vidéo

Welke redenen zijn er genoemd voor het conflict in Oekraïne?

Slide 9 - Question ouverte

Hoe trek je de grens?
  • Om een conflict te begrijpen moet je iets weten van de staatkunde. Een staat is een gebied met een grens eromheen. Binnen een staat gelden er wetten en regels waar mensen zich aan moeten houden. 

  • We spreken van een volk wanneer de mensen in een staat voelen dat ze bijelkaar horen




Slide 10 - Diapositive

Er zijn meer volkeren dan staten, deze volkeren hebben eigen belangen

Slide 11 - Diapositive

Een volk kenmerkt zich door:
A
Hetzelfde territorium te bewonen
B
Binnen één staat te bestaan
C
Dezelfde taal, godsdienst en geschiedenis
D
Een nationalistisch karakter

Slide 12 - Quiz

Hoe noem je een gebied waarbinnen een volk woont zonder officiële grenzen?
A
Enclave
B
Staat
C
Territorium
D
Strook

Slide 13 - Quiz

Grenzen ter discussie
- Grenzen zijn bedacht door machthebbers. Soms lopen ze dwars door een woongebied van volkeren (bijv. in Afrika).
- Hier zijn volkeren vaak niet mee eens, waardoor zij eisen voor separatisme:
de wens van een volk om zich af te schreiden van een staat. Hierbij spelen economie als cultuur (taal) een belangrijke rol.

- Bijv. de Oeigoeren in China. 

Slide 14 - Diapositive

Xinjiang
Woongebied van de Oeigoeren.

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Vidéo

Leg in je eigen woorden uit waarom de oeigoeren klaar zijn met China?

Slide 17 - Question ouverte

Territorium
Separatisme
Geinternationaliseerd conflict
Binnenlands conflict
Sinds de dekolonisatie strijden bevolkingsgroepen met elkaar
Een lange strijd leidde tot de afscheiding v an Zuid-Sudan
Is er eenreden waarom de Koerden geen eigen land hebben?
Al vanaf 2011 zijn Amerikaanse troepen aanwezig in Syrië

Slide 18 - Question de remorquage

Wat hoort bij wat?        
Internationaal conflict
Burgeroorlog
Regionaal conflict
Amerika valt Noord-Korea aan
IS is actief in Irak en Syrië
In Libië probeert men de regering om te leggen
Rusland verovert een deel van Georgië
In Colombia schiet het leger op demonstranten
De Mexicaanse drugsoorlog leidt tot spanningen in Texas
Oorlog in een buurland heeft invloed over de grens. Hier zijn dan ook meerdere landen bij betrokken.
Oorlog binnen één land, soms ook tegen de regering.
Oorlogen tussen landen. Soms twee, soms wat meer. Regering tegen regering!

Slide 19 - Question de remorquage