Robotica les 2

Robotica les 2
1 / 50
suivant
Slide 1: Diapositive
Dienstverlening en ProductenMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3,4

Cette leçon contient 50 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 5 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Robotica les 2

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je kan het verschil tussen serie en parallel uitleggen
  • Je kan de 5 meest gebruikelijke symbolen tekenen van elektrische componenten

Slide 2 - Diapositive

vandaag
Inloggen bij Lessonup (LU) via klascode (gezamelijk)
Welke elektrische onderdelen zijn er? (zelfstandig)
Online een elektrische schakeling maken. (zelfstandig)
Filmpje "hoe bouw je een leaphy robot" (gezamelijk)
Leaphy robot bouwen (zelfstandig)


Slide 3 - Diapositive

Inloggen via klascode

  • Ga naar LessonUp.nl
  • Ga naar inloggen via google account 
  • Log in met je schoolaccount
  • Voer de code dvctw in
  • Als het goed is zie je nu de lessen staan.

Slide 4 - Diapositive

Elektronica
Robotica werkt niet zonder elektronica. Daarbij zijn er veel verschillende onderdelen.

Je gaat eerst bezig die verschillende onderdelen te onderzoeken, zodat je leert waar ze voor zijn en wat ze doen.
Het is heel belangrijk de theorie goed te lezen!

Slide 5 - Diapositive

  Schakelingen

Snoeren, lampen, spanningsbronnen en schakelaars kunnen op verschillende manieren met elkaar verbonden worden. Anders gezegd aan elkaar SCHAKELEN!
Om een schakeling het beste uit te leggen doen we dat met een tekening: SCHAKELSCHEMA

Slide 6 - Diapositive

Serie-schakeling ----- Parallel-schakeling

Slide 7 - Diapositive

 Schakelschema's

Slide 8 - Diapositive

In een serieschakeling is er geen vertakking! Er is maar 1 stroomkring. De stroom gaat door alle onderdelen van de schakeling. Als een lampje in de serieschakeling kapot is ,is de stroomkring verbroken.

De stroomsterkte in een serieschakeling is OVERAL EVEN GROOT!

Slide 9 - Diapositive

Serieschakeling

Slide 10 - Diapositive

In een parallellschakeling heeft elke lamp een eigen vertakking. Elke vertakking is,samen met de batterij, een aparte stroomkring.
Elk lampje kun je dus apart AAN-en UIT doen!
Als een lampje doorbrandt blijven de andere gewoon werken!


Slide 11 - Diapositive

Parallellschakeling

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

Slide 14 - Vidéo

serie vs parallel schakelingen
serie 
parallel
een gesloten stroomkring
meer dan een  gesloten stroomkring
stroom door elke lamp hetzelfde als door de batterij
stroom van de batterij wordt verdeeld in de takken
spanning van de batterij wordt verdeeld over de lampen 
Amperemeter sluit je in serie aan.
spanning van elke lamp is gelijk aan de spanning van de batterij.
Voltmeter sluit je parallel aan

Slide 15 - Diapositive

2. Soms moet je een elektrische schakeling schematisch na tekenen.
Hoe wordt een schematische tekening genoemd?
timer
0:15
A
schakeltekening
B
stroomschema
C
schakelschema
D
stroomtekening

Slide 16 - Quiz

In de tekening zie je een elektrische schakeling. Wat voor schakeling is dit?

A
Een serieschakeling
B
Een parallelschakeling

Slide 17 - Quiz

In de tekening zie je een elektrische schakeling. Wat voor schakeling is dit?

A
Een serieschakeling
B
Een parallelschakeling

Slide 18 - Quiz

Uit welke onderdelen kan een stroomkring bestaan?
timer
0:30
A
schakelaar, en 2 lampen
B
snoer,lamp,spanningsbron en schakelaar
C
snoeren alleen
D
lampen alleen

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Vidéo

Slide 21 - Diapositive

Wat doen spanningsbronnen?
timer
0:30
A
vervoeren energie
B
leveren elektrische energie
C
zetten elektrische energie om
D
meten de spanning

Slide 22 - Quiz

Grootheden, eenheden en symbolen
Grootheid
symbool
Eenheid
symbool
spanning
U
volt
V
stroomsterkte
I
amperé
A
vermogen
P
watt
W
Weerstand
R
ohm

Slide 23 - Diapositive

Van welk GROOTHEID is VOLT de eenheid?
timer
0:30
A
Stroomsterkte
B
Spanning
C
Massa
D
Volume

Slide 24 - Quiz

In welke eenheid wordt stroomsterkte gemeten?
timer
0:30
A
Ampere
B
Kilogram
C
Milliliter
D
Volt

Slide 25 - Quiz

Elektrische componenten met hun symbolen

Slide 26 - Diapositive

Opdracht 4
Na naar https://phet.colorado.edu/sims/html/circuit-construction-kit-dc-virtual-lab/latest/circuit-construction-kit-dc-virtual-lab_en.html

Maak van elke schakeling die je maakt een screenshot en plaats deze in je portfolio

Slide 27 - Diapositive

  • Maak een serie schakeling, met 2 lampjes en 1 schakelaar
  • Maak een parallel schakeling, met 2 lampjes en 1 schakelaar om 2 lampjes uit te kunnen doen
  • Maak een parallel schakeling, met 2 lampjes en 1 schakelaar om 1 lampje uit te kunnen doen andere lampje blijft dan dus aan. 

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Vidéo

Uitleg onderdelen Arduino
Een arduino is een zogenaamde microcontroller.
 

Een arduino kan signalen sturen.

Een arduino kan signalen uitlezen.

Een arduino kan signalen verwerken op basis van een door jou geschreven programma.

Signalen kunnen zowel in, als uit de arduino gaan.



Slide 30 - Diapositive

De digitale pennen
Signalen sturen en ontvangen gaat via de pennen.
 

Deze pennen zijn genummerd en gelabeld. Zo weet je precies welke pennen je moet gebruiken.

De pennen die met rood zijn omkaderd zijn digitale pennen.

Dit betekent dat ze twee opties kunnen zijn.

Hoog/laag
1 / 0
Aan / uit

Ze hebben dus altijd maar twee waarden.




Slide 31 - Diapositive

De analoge pennen
Analoge pennen kunnen meerdere waarden krijgen.


Denk bijvoorbeeld aan temperatuurwaarden, of afstand waarden.

Deze pennen zijn op het gebied van meten en data-logging veel handiger.

Waarden die verschillen noem je ook wel variabelen.

Op analoge pennen sluit je vaak sensoren aan die veel verschillende waarden kunnen dorgeven.




Slide 32 - Diapositive

De power pennen
Deze pennen hebben alles te maken met de stroom.


Er zijn verschillen de outputs aan stroom mogelijk, deze zijn 5v. en 3.3v (rode kader)

De RES pin is de reset pin. (groene kader)

De GND pin is de ground oftewel de aarde. (gele kader)


Slide 33 - Diapositive

Componenten
Op de volgende slides krijg je uitleg over de meest voorkomende componenten bij het werken met een arduino.


Gedurende de lessen zullen er meer worden gebruikt.

Deze hoe je natuurlijk niet allemaal uit je hoofd te leren.

Slide 34 - Diapositive

Breadboard
Om componenten op te monteren

zonder te solderen.

Makkelijke aansluiting.

Buitenkant verticaal verbonden.

Middelste horizontaal verbonden
Gescheiden met een ‘brug’.




Slide 35 - Diapositive

Een breadboard is een gaatjesboard waar componenten ingestoken kunnen worden, de gaatjes van het breadboard zijn op een bepaalde manier met elkaar verbonden. Zonder te solderen, is het met een breadboard mogelijk om snel componenten met elkaar te verbinden. Als je klaar bent met je experiment haal je alles weer uit elkaar, de onderdelen zijn dan opnieuw te gebruiken. Hoe de gaatjes met elkaar zijn doorverbonden, is te zien aan de pijlen.Voorbeeld: gaatje A1 is verbonden met D1, maar ook met B1, C1, en E1. A1 is niet verbonden met F1!

Slide 36 - Diapositive

Jumperwires
Om componenten te verbinden met elkaar


Niet erg sterk

Heel goedkoop

3 versies:

Male-male
Male-female
Female-female



Slide 37 - Diapositive

De jumper wires die in deze set worden meegeleverd zijn van het type “male/male”. De stekkertjes steek je eenvoudig in het breadboard. Zo kun je gemakkelijk de ene rij met de andere rij gaatjes doorverbinden. De jumper wires zijn er in verschillende kleuren. We proberen rood zo veel mogelijk voor de + kant te gebruiken en zwart voor de – kant te gebruiken. Ze kunnen kapot gaan maar gelukkig zijn dit enorm goedkope componentjes.

Slide 38 - Diapositive

Drukknop
Verbreekt verbindingen.


Sluit aan wanneer op de knop gedrukt wordt

Verbonden verticaal

Knop ingedrukt: verbonden horizontaal


Slide 39 - Diapositive

De switch, drukknop of schakelaar, hoe je het ook wilt noemen, kan direct op het breadboard geprikt worden. Het is een enkelpolige schakelaar waarvan de aansluitingen dubbel zijn uitgevoerd. 

Kijk je naar de foto’s hiernaast, dan zijn de aansluitingen links boven en onder met elkaar doorverbonden, op de aansluitingen tussen links en rechts schakel je.

Slide 40 - Diapositive

LED
Geeft licht als er een stroom doorheen gaat


Stroom kan maar één richting stromen

Lange kant is de plus

Korte kant is de min

Doet de led het niet? draai deze om



Slide 41 - Diapositive

LED staat voor Light Emitting Diode, oftewel een diode die licht uit straalt. Een diode laat de stroom maar in één richting door! Dus voor je het op de juiste wijze aansluit, moet je hier rekening mee houden. Aan de aansluitpootjes herken je de + kant en de kant van de LED. Lang is plus, kort is min.




De aansluitspanning is afhankelijk van de kleur van de LED. Een rode LED heeft bijvoorbeeld 1,6 Volt nodig, een gele 1,8, een groene 2,2, blauwe en witte LED 3,4 Volt.

Als we een LED aansluiten op een batterij van 4,5 of 9 Volt gaat de LED stuk. De LED brandt door omdat de stroom die door de LED gaat te hoog is. We moeten een weerstand in de stroomkring gebruiken.

Slide 42 - Diapositive

Waarom moet je bij het aansluiten van een LED op de plus en de min letten?
A
anders brandt de LED door
B
de LED laat maar in één richting stroom door

Slide 43 - Quiz

Waarom moet er een weerstand in de stroomkring naast een LED worden gebruikt?
A
Anders brandt de LED door
B
Omdat de weerstand een kleurcode heeft en de LED niet

Slide 44 - Quiz

Weerstand
Gebruikt om de stroom of spanning te beïnvloeden


Vaak nodig bij LED's en knoppen

Specifieke kleurencode

Slide 45 - Diapositive

Arduino
1. Digitale pinnen

2. Analoge pinnen
3. USB aansluiting
4. Reset knop
5. Voeding en GND (Aarde)



Slide 46 - Diapositive

Na het bouwen van een schakeling moet deze worden aangestuurd door een stukje programmeertaal.


Deze programmeertaal maak je met software die op je laptop staat. Deze staat voor jullie op de laptops met de naam leaphy easybloqs

Ook gebruik je dit programma om het programma aan te passen of te wijzigen. 



Slide 47 - Diapositive

lezen
Lees de handleiding van leaphy goed door.

https://www.leaphy.nl/uploads/1/1/0/0/110057577/leaphy_original_-_handleiding_-_2e_druk.pdf

Slide 48 - Diapositive

Slide 49 - Vidéo

Beginnen met Leaphy robot
  • Heb je de hele LU gedaan?
  • Heb je alle filmpjes bekeken?
  • Ga dan naar je docent om een setje op te halen van Leaphy
  • Kijk in stappen nogmaals naar het filmpje hoe je de Leaphy in elkaar moet zetten en ga dit doen. 

Slide 50 - Diapositive